Skip to ContentSkip to Navigation
Aletta Jacobs School of Public Health
Together for more healthy years
Aletta Jacobs School of Public Health
Header image AJSPH

AJSPH

Corona-onderzoek om kwetsbare groepen nu en in de toekomst te beschermen

Datum:23 april 2020
Jochen Mierau
Jochen Mierau

In de lichtroze slaapkamer die zijn 6-jarige dochter aan hem beschikbaar heeft gesteld, vertelt prof. dr. Jochen Mierau, Wetenschappelijk directeur van de Aletta Jacobs School of Public Health, over zijn leven in de coronacrisis, het lopende Lifelines Corona-onderzoek en wat hem motiveert om ook in deze crisistijden zich in te zetten voor zijn werk. 


Persoonlijk profiel

  • Jochen O. Mierau
  • 37 jaar
  • Samenwonend en twee kinderen (4 en 6 jaar)
  • Geboren in Oost-Duitsland
  • Wonend in Groningen
  • Hoogleraar Economie van de Volksgezondheid, en Wetenschappelijk directeur Aletta Jacobs School of Public Health
  • Persoonlijke missie: “Gezondheidsverschillen verkleinen en daarmee onrechtvaardigheid verminderen”


Als hoogleraar Economie van de Volksgezondheid houdt Jochen Mierau zich bezig met gezondheidsverschillen in ons land. “Het is een bekend gegeven dat mensen in verschillende groepen van elkaar verschillen op het gebied van gezondheid. Die groepen zijn bijvoorbeeld gebaseerd op regio, sociaaleconomische positie, opleiding of inkomen. Ik doe onderzoek naar hoe die verschillen tot stand komen en welke mechanismes daaraan bijdragen. Daarover onderwijs ik tevens studenten en professionals om die kennis te laten groeien.” Daarnaast bouwt hij als Wetenschappelijk directeur van de Aletta Jacobs School of Public Health aan samenwerkingen en netwerken tussen kennisinstellingen, provincies en gemeentes in Noord-Nederland en daarbuiten. “Dat we in ons land zulke grote verschillen hebben in onze gezondheid intrigeert me. Ik hoop door wetenschap en beleid dichter bij elkaar te brengen, deze ongelijkheid te verminderen.”

 

Hard werken en momenten koesteren

Deze coronacrisis zorgt voor een (nog vollere) agenda voor de hoogleraar. Als één van initiatiefnemers van het Lifelines Corona-onderzoek is er in korte tijd veel gebeurd en gaat er nog veel komen. Tegelijkertijd is het een bijzondere tijd. “Ja, het is zeker soms lastig, maar ik koester de positieve kanten. Ik ben met mijn vrouw en twee kinderen thuis. We combineren werk met het lesgeven aan onze kinderen. Daarnaast doen we veel samen: in de tuin spelen, wandelen, een stukje fietsen. Normaal gesproken zitten we doordeweeks in een vast ritme van school en werk en zie je elkaar alleen tijdens weekenden en vakanties langere tijd. Maar juist nu zie je ook veel meer van ieders dagelijkse bezigheden die je normaal gesproken mist. Dat waardeer ik heel erg. Daarentegen heb ik ook zorgen. Mijn oma’s zijn in de 80. Zij moeten dus niet besmet raken met het virus maar raken ook eenzamer door de situatie. Ik hoop dat zij, en vele andere kwetsbare en oudere mensen, deze crisis in goede gezondheid doormaken en hun laatste levensfase met hun familie dichtbij kunnen doorbrengen.”

Gezondheidsverschillen in Nederland

“Voor ons gezin gaat het in deze coronacrisis dus redelijk goed, we hebben beiden werk en ruimte in en om het huis. Maar juist in crisistijd worden mensen in een minderbedeelde positie onredelijk hard getroffen. Het zijn de mensen die in de afgelopen financiële crisis aan het kortste eind trokken, die dat mogelijk nu weer doen. Ik denk aan mensen die hun baan kwijtraken, al gezondheidsklachten hebben, op ZZP-basis werken, minimumloon hebben of niet voldoende mogelijkheden om een spaarpotje aan te leggen. Kijk, ik red me wel en met mij veel anderen, maar er is een grote groep mensen die niet in een positie zit waarin ze heel weerbaar zijn tegen de impact van deze crisis. Ik vind dat we die mensen dan ook sterker moeten beschermen om die ongelijkheid te verminderen en iedereen gelijke kansen te geven op een lang leven in gezondheid. Dat vraagt beter gezondheidsbeleid vanuit de overheid waar nieuwe kennis uit bijvoorbeeld het Lifelines Corona-onderzoek een belangrijke bijdrage aan kan leveren.”

Met kennis in de aanval op ongelijkheid

Onderzoek doen naar die gezondheidsverschillen kan juist nu erg goed, vertelt Mierau. “Zo’n crisis zet alles op scherp, situaties worden helaas extremer, maar daardoor kunnen we nog meer ontdekken. In het corona-onderzoek gaan we op zoek naar welke factoren meespelen bij de mate waarin iemand ziek wordt van het coronavirus. De relatie tussen economische positie en gezondheid is aangetoond, maar hoe werkt dit nou precies in het geval van deze ernstige coronacrisis. Hoe kan het bijvoorbeeld dat binnen kwetsbare groepen toch mensen in goede gezondheid leven? Leefstijl speelt een belangrijke rol, maar welke? Welke factoren maken dat mensen verleid worden tot gezondere keuzes? En kunnen mensen in hun situatie die keuzes überhaupt wel maken? De overheid heeft bijvoorbeeld een rol om een omgeving en mogelijkheden te bieden om gezond te zijn. Dat is nu niet altijd het geval. Wat de overheid precies nodig heeft om wél die beleidskeuzes te kunnen maken, daarmee gaan we helpen."

Onmisbare beleidswetenschap

“Er is in Nederland een probleem van sociale onrechtvaardigheid waarbij we zien dat er grote gezondheidsverschillen zijn op een betrekkelijk klein gebied. Rond zo’n vraagstuk komen veel thema’s samen. Het gaat over economie, psychologie van individueel gedrag, communicatie, geschiedenis en bestuurskunde. Daarnaast is het bij uitstek een beleidswetenschap: je kunt met onderzoek naar de volksgezondheid een duidelijke bijdrage leveren aan overheidsbeleid dat voor de hele maatschappij geldt. Dat vind ik persoonlijk belangrijk en is tevens een verantwoordelijkheid van een instituut als de Aletta Jacobs School of Public Health naar de maatschappij.”

Extra corona-onderzoek om overheidsbeleid te verbeteren

“Zo’n belangrijke bijdrage willen we ook leveren met het Lifelines Corona-onderzoek. De enorme schat van data die Lifelines de afgelopen jaren verzameld heeft is uniek en wordt uitgebreid met informatie uit het extra corona-onderzoek. Er worden daarvoor elke week 135.000 mensen benaderd om hun vragenlijst in te vullen, waarvan 1 op de 3 ook elke keer meedoet. Dat is echt ongeëvenaard. Die grote aantallen maken dat we in detail kunnen zoeken naar relaties en oorzakelijke verbanden. We krijgen daarmee een goed beeld van zowel de ziekte COVID-19, risicofactoren op ernstige ziekteverschijnselen en de psychische gevolgen van de crisis. Want door zo’n lockdown beschermen we onszelf tegen het virus, maar tegelijkertijd ontstaat er een grote psychologische druk bij veel mensen. Wie wordt in welke mate ziek, bij wie is die druk groot, welke gezondheids- en omgevingsfactoren spelen mee? Dat is voor beleidsmakers in de hele wereld heel interessant. Daarom blijft het zo belangrijk dat zoveel mogelijk Lifelines-deelnemers aan dit onderzoek blijven meedoen. Ik wil nog dieper in die antwoorden en die data duiken, zodat we de gezondheidsverschillen tussen mensen in Nederland en daarbuiten zo klein mogelijk kunnen maken.”