Nederlands: de taal van de liefde?
Datum: | 14 januari 2025 |
Honnepon, schattebout en tortelduifje. Gaan je haren recht overeind staan van deze koosnamen, of vind je ze eigenlijk wel lief? Zelf vind ik ze vooral heel interessant. Want wat maakt een woord nou geschikt om affectie mee uit te drukken? Om hier meer over te leren, heb ik mijn bachelorscriptie geschreven over koosnamen. Aan de hand van een enquête leerde ik over het grote aantal verschillende koosnamen dat Nederlanders gebruiken. Vervolgens kon ik deze gaan onderzoeken. Ten eerste heb ik gekeken naar de semantiek van de koosnamen, oftewel: naar hun betekenis. Dat je iemand een schatje noemt, dat kan ik mij goed voorstellen; een schat is een kostbare vondst. Maar waarom noemen mensen elkaar een gekkie? Of een scheetje? Als tweede heb ik gekeken naar welke Nederlanders koosnamen gebruiken, en voor wie. Want wie zijn nou eigenlijk de klefste taalgebruikers?
Baby
Woorden of uitdrukkingen kunnen na verloop van tijd zo vaak gebruikt worden dat ze een nieuwe betekenis ontwikkelen. Bijvoorbeeld het woord baby. Wanneer je een geliefde tegenwoordig baby noemt, zal dat niet zijn omdat je diegene kinderachtig vindt. Het woord baby komt al lange tijd veel voor in popcultuur, zoals in de nummers '...Baby One More Time' van Britney Spears (1999) en 'Baby' van Justin Bieber (2010). Het woord heeft langzamerhand een tweede betekenis gekregen, die niet meer te maken heeft met pasgeboren kinderen. Toch zal het niet voor niets zijn dat baby ooit een koosnaam is geworden. Het is aannemelijk dat dit komt doordat een geliefde, net als een baby, lief en schattig is. Op eenzelfde manier schuilt er achter veel andere koosnamen ook een letterlijke betekenis, die iets zegt over de manier waarop we naar de ander kijken.
Beertje
We laten zien dat we iemand waardevol vinden wanneer we diegene parel of schatje noemen, of drukken uit hoe we iemand op zouden kunnen eten met dropje, druifje en schatje patatje. Eén van de grootste groepen in de verzameling koosnamen is die van dieren. Wat hierbij opvalt, is dat voor mannen en vrouwen verschillende dieren gebruikt worden. Zo worden mannen vaak tijger genoemd, of beertje en wolfje. Dit zijn gevaarlijke roofdieren. Vrouwen krijgen deze koosnamen ook, maar ze worden daarnaast ook aangesproken als kleine, zachte dieren als chick(ie) en duifje. Door de beide genders met zulke koosnamen te benoemen, worden bepaalde eigenschappen aan hen verbonden: stoer en sterk, of juist klein en lief. Dit zegt wat over de manier waarop veel taalgebruikers naar mannen en vrouwen kijken. Dit hoeft zeker niet bewust te zijn; we zijn zo gewend aan de koosnamen dat we niet altijd stilstaan bij hun betekenis.
Of je iemand nu een stoere of een lieve koosnaam geeft, je benadrukt een positieve eigenschap van die persoon. Een koosnaam drukt tenslotte iets leuks uit, toch? In het Nederlands blijkt hier iets opvallends te gebeuren: Nederlanders gebruiken beledigingen, geslachtsdelen en uitwerpselen om elkaar de liefde te verklaren. We zouden het van een vreemde niet waarderen als ze ons scheetje, stinkertje, pik of zelfs pisvlek zouden noemen, maar van een vriend of geliefde lijken we een stuk meer te kunnen hebben.
Bestie
Een koosnaam is dus een naam die we niet zomaar aan iedereen geven. Het zal je dan ook niet verrassen dat de meeste koosnamen worden gebruikt tussen geliefden. Toch bestaan leuke naampjes niet alleen binnen romantische relaties: meer dan de helft van de Nederlanders gebruikt koosnamen voor hun vrienden en vriendinnen. Daarnaast zijn vrouwen het meest gul met hun koosnamen. Met name voor kinderen in hun omgeving, voor wie zij meer dan drie keer zo veel koosnamen gebruiken als mannen. Ook voor geliefden, vrienden en (groot)ouders zijn ze keer op keer 'kleffer' dan de mannen.
Nu blijkt het Nederlands niet de enige taal van de liefde te zijn. Veel van de gebruikte koosnamen zijn namelijk afkomstig uit andere talen. Vooral het Engels is populair, met woorden als cutie, honey en sweetie. Maar ook woorden als dushi uit het Papiaments en het Surinaamse mattie komen regelmatig voor. Met name jongeren van 18-25 jaar gebruiken veel anderstalige koosnamen; meer dan 60 procent gebruikt ze voor hun besties en babes. Dat koosnamen uit andere talen ook in het Nederlands worden gebruikt, laat zien dat de liefde niet taalgebonden is. We gebruiken koosnamen die vergelijkbaar zijn met die uit het Engels, of nemen ze zelfs helemaal over. Wel uniek in het Nederlands zijn dan de poepies en de scheetjes, maar met een roze bril op zien zelfs zij er rooskleurig uit.