Het streven om Engeland weer nummer één te maken, leidde tot een ‘gebroken natie’
Interview: Jelle Posthuma
Een derde van de Engelse kinderen groeit op in armoede. De baby- en kindersterfte behoort tot de hoogste van Europa, en helemaal opvallend: Britse kinderen worden steeds kleiner. En dat terwijl het land in de jaren zeventig nog tot de meest egalitaire landen van Europa behoort. Danny Dorling, een vermaard Engels sociaal geograaf, werpt een licht op deze alarmerende ontwikkelingen in zijn nieuwste boek 'Shattered Nation: Inequality and the Geography of A Failing State'. Onlangs was Dorling, op voorspraak van de Rudolf Agricola School for Sustainable Development, te gast in Groningen om te vertellen over zijn werk.
|
In Shattered Nation schetst Dorling een gitzwart beeld van Engeland. Tekenend is volgens hem de week waarin hij zijn manuscript inleverde bij de uitgever. In die week trad Liz Truss na 49 dagen af als premier van Engeland. De Engelse tabloid The Daily Star had een webcam gericht op een krop sla. Honend vroeg de krant zich af: wie houdt het langer vol, Liz Truss of de krop sla? De laatste bleek over een langere houdbaarheidsdatum te beschikken.
Dorling: ‘Het voorbeeld van de krop sla en Liz Truss illustreert dat mijn boek eigenlijk helemaal niet meer nodig was. Iedereen in Engeland wist dat we een ‘shattered nation’ zijn. Ik heb het boek voor publicatie nog wat aangepast om het toch bruikbaar te maken. Tot nu toe heeft niemand gezegd dat Shattered Nation niet klopt. Op een bepaalde manier is dat erg triest.’
Hoe anders zijn de jeugdjaren van Dorling zelf. De sociaal geograaf beschrijft in zijn boek het Oxford van begin jaren zeventig, de plek waar hij opgroeide. ‘Voor de meeste mensen ging het steeds beter. Arbeiders uit Oxford werkten in de BMW-fabriek en konden op hun vijfentwintigste een huis kopen en een gezin starten. En dat is niet alleen hoe ik het mij herinner; ook de cijfers wijzen dit uit.’
Volgens Dorling was Engeland in die jaren een sterk egalitaire samenleving, met de belangrijke kanttekening dat het voor vrouwen en minderheden anders lag. ‘Er was inkomensgelijkheid, kinderen gingen naar de dezelfde scholen en er was goede sociale huisvesting. Andere landen kwamen hier kijken hoe we het deden. In essentie was Engeland een Scandinavisch land. Alleen in Zweden was begin jaren zeventig meer gelijkheid.’
Hoe ziet Oxford er nu, vijftig jaar later, uit?
In Oxford zijn de fabrieksbanen verdwenen. De auto’s worden nu in elkaar gezet door 1200 robots. De armen zijn de stad uitgeduwd. Het huis waar vroeger een fabrieksarbeider met zijn gezin woonde, is onbetaalbaar geworden. Misschien kan een jonge professor aan Oxford met hulp van zijn of haar ouders het net betalen. Ze zijn heel blij dat ze een huis kunnen krijgen, en dat terwijl het eigenlijk een shit huis is, omdat ze vijftig jaar ouder zijn en meestal meer vervallen.
De afgelopen vijftig jaar zijn de rijken steeds rijker geworden in Engeland. Ondertussen treft de 'cost of living crisis' miljoenen Britten. Banken willen alleen tegen hoge rentepercentages geld lenen aan ons land, wat veel zegt over het vertrouwen. Een derde van de kinderen groeit op in armoede. De baby- en kindersterfte behoort tot de hoogste van Europa, en helemaal opvallend: kinderen in Engeland worden steeds kleiner. In verschillende lijstjes staan we tussen de Oost-Europese landen. Ik zeg niet dat de Oost-Europese landen daar horen te staan en wij niet, maar het zegt veel over het verval van Engeland.
Wat is er gebeurd?
Daarvoor moeten we een tijd terug in de geschiedenis. Direct na de Tweede Wereldoorlog behaalde de Labour Party (de sociaaldemocratische partij, red.), tegen alle verwachtingen in, de overwinning bij de verkiezingen. Onder leiding van deze progressieve regering werden aanzienlijke sociaaleconomische hervormingen doorgevoerd, bijvoorbeeld op het gebied van huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs, wat resulteerde in meer gelijkheid.
Tegelijkertijd ontstond er onder de welgestelden grote ontevredenheid. Na de oorlog verloren ze hun grote landhuizen. Zelf moesten ze gaan werken bij de banken in de Londense City. Het klinkt gek, maar dat vonden ze vreselijk, want hun grootvaders bestuurden India. Engeland was niet langer een ‘empire’ met koloniën. Vanaf de jaren zestig begon deze groep welgestelden zich te roeren ‘op rechts’. Ze streefden ernaar om Engeland opnieuw tot 's werelds nummer één te maken. Volgens hen was het Britse volk nog steeds het ‘slimste volk’ op aarde. De naoorlogse gelijkheid had geleid tot een cultuur waarin iedereen die uitblonk, werd beperkt. Althans, dat beweerden de leden uit deze groep.
Deze gedachte – om van Engeland weer nummer één te maken – is belangrijk om de Engelse politiek te begrijpen. Je ziet het bij de toetreding tot de Europese Economische Gemeenschap (EEG), in 1973. Uit alle memo’s uit die tijd blijkt dat Engeland toetrad om toegang tot de markt te krijgen. We deden mee om beter dan de rest te worden, niet vanuit de Europese gedachte.
Wanneer kreeg deze groep politieke invloed?
Vanaf de jaren zeventig kantelt het politieke klimaat naar rechts. Opvallend genoeg begint het binnen de Labour Party. In 1976 hield Labour-leider James Callaghan een speech, waarin hij min of meer stelde dat het allemaal wat te ver was gegaan met de gelijkheid. Een paar jaar later kwam de conservatieve Margaret Thatcher aan de macht. Ondanks de massale werkeloosheid wist ze haar populariteit vast te houden, dankzij lagere belastingen en een kleine, gewonnen Falklandoorlog. In 1990 werd ze opgevolgd door John Major, eveneens een conservatieve politicus.
Hoewel Labour-leider Tony Blair in 1997 premier werd, bleef het politieke klimaat rechts; Labour was naar rechts opgeschoven. Toen Thatcher werd gevraagd wat haar grootste succes was, antwoordde ze: ‘’Tony Blair en New Labour. We dwongen onze tegenstanders om van gedachten te veranderen.’’ Een ander voorbeeld: in 2014 verliet de Britse Conservatieve Partij in het Europees Parlement de rechtse coalitie, om zich aan te sluiten bij de meer pro-fascistische partijen. Het zegt veel over de verrechtsing van het politieke spectrum.
Heeft dit ook tot de Brexit geleid?
De verrechtsing en Engeland-op-één-gedachte vormden een vruchtbare bodem voor de Brexit. Onder druk van andere leden van de Conservatieve Partij, hield premier David Cameron in 2015 een referendum over een vertrek uit de EU. Met het referendum hoopte hij weer controle over de partij te krijgen, maar hij had nooit verwacht dat het Leave-kamp zou winnen. De uitkomst van het referendum was dan ook een schok voor het establishment. Het past bij een ‘shattered nation': zelfs de machthebbers hebben geen controle meer over de situatie.
Toch was de Brexit niet alleen maar slecht, in ieder geval niet voor Europa. Als er voor ‘remain’ was gekozen, was het Brexit-sentiment niet weggegaan. Engeland was altijd al een infectie binnen de EU. Door onze dwarse houding droegen we bij aan de achterkamertjespolitiek en geheime dealtjes in Brussel, precies datgene wat we verafschuwden aan Europa. De Brexit laat bovendien zien dat de Europese Unie weldegelijk een democratie is: als je kiest om de Unie te verlaten, mag dat. Een bijkomend voordeel is dat andere lidstaten nu wel twee keer nadenken voordat ze de EU willen verlaten.
Hoe kijkt u eigenlijk naar de recente politieke ontwikkelingen in Nederland?
Ik denk dat het vergelijkbaar is met de overwinningen van de meer pro-fascistische partijen in Italië en Griekenland. Tegelijkertijd moeten we de recente verkiezingen in Polen niet vergeten. Er wordt in het nieuws vooral veel aandacht aan de opkomst van radicaal rechts geschonken, maar in Polen gebeurde het tegenovergestelde. Die overwinningen moet je ook vieren. Ik denk dat de radicaal-rechtse overwinningen ‘links’ ook minder lui maken. Je ziet het bij de jongere generatie, die kiezen voor een politieke vergadering in plaats van een borrel in de stad.
Engeland wordt inmiddels door de wereld met medelijden bekeken, dat wil je als Nederland zien te voorkomen. Maar ook in Engeland kan er weldegelijk iets veranderen. Kijk naar Schotland. Daar is onlangs nog een belangrijke wet aangenomen om kinderarmoede tegen te gaan. Ik zie bij de jonge generaties de wil om iets te veranderen, ook in Engeland.
Op 19 december was Dorling te gast in Groningen. Hij werd uitgenodigd door Dimitri Ballas, hoogleraar Economic Geography, en ‘fellow’ bij de Rudolf Agricola School for Sustainable Development. Lees hier een verslag van de bijeenkomst.
Laatst gewijzigd: | 18 januari 2024 14:52 |
Meer nieuws
-
10 juni 2024
Om een wolkenkrabber heen zwermen
In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...
-
21 mei 2024
Uitslag universitaire verkiezingen 2024
De stemmen zijn geteld en de uitslag van de universitaire verkiezingen is binnen!