Door onzekerheid in de wereldwijde waardeketen navigeren in een geo-economisch tijdperk: een juridisch perspectief voor EU-bedrijfsbestuur
Datum: | 27 februari 2025 |

Auteur: mr. Ranchun Wang
Het opkomende concept van de postliberale economie richt zich op de beperkingen en mislukkingen van het neoliberalisme. Het roept op tot een herwaardering van de relatie tussen markten en overheden, waarbij de tekortkomingen van marktmechanismen worden benadrukt en er wordt gepleit voor meer staatsinterventie. Onder invloed hiervan herpositioneren sommige staten, mondiale bedrijven en andere sociale actoren zich actief om strategische voordelen te behalen. Daarbij 'geopolitiseren' ze hun handels- en investeringsbeleid steeds meer als reactie op de opkomst van nieuwe wereldmachten.
Deze verschuiving heeft de aandacht gevestigd op het tijdperk van de geo-economie, dat het 'nastreven van machtspolitiek met behulp van economische middelen' samenvat. Het concept van de geo-economie gaat terug tot het 17e-eeuwse Europese mercantilisme, waar economische invloed werd gebruikt om de staatsmacht te versterken. In de hedendaagse geo-economie heeft de heropleving van het statisme - of 'staatskapitalisme' - onder leiding van hoofdrolspelers als China en de VS de wereldwijde concurrentie verhevigd.
Deze dynamiek vormt een belangrijke uitdaging voor de jarenlange inzet van de Europese Unie (EU) voor vrije handel en haar centrale rol in wereldwijde waardeketens ('global value chains', GVC's). De traditionele 'level playing field'-aanpak van de EU, gebaseerd op handel en investeringen waarin veel regels ten grondslag liggen, komt steeds meer onder druk te staan nu toenemende staatsinterventie het geo-economische landschap opnieuw vormgeeft.
Internationale rivaliteit en staatsinterventie
Oorspronkelijk was de ontwikkeling van GVC's een natuurlijk fenomeen, aangedreven door kapitaal en vormgegeven binnen het kader van markteconomieën. Verschillende landen namen deel aan de waardeketen door gebruik te maken van hun comparatieve voordelen. Naarmate de wereldwijde concurrentie om middelen en invloed toeneemt, zijn GVC's echter een strijdtoneel geworden voor internationale rivaliteit en staatsinterventie.
Om grotere voordelen voor binnenlandse industrieën in GVC's te verzekeren, hebben regeringen steeds meer ingegrepen in economische activiteiten. In deze context heeft de rivaliteit tussen de VS en China, samen met maatregelen zoals economische sancties en exportcontroles, de internationale handelsorde grondig verstoord. De verstrengeling van economische instrumenten met politieke doelstellingen heeft de traditionele structuur van de GVC's ondermijnd, waarbij marktgestuurde mechanismen zijn vervangen door politiek geladen strategieën. De EU is als andere grote economische macht diep verankerd in de GVC's en wordt sterk beïnvloed door de geo-economische dynamiek.
Nationale belangen en invloed van partijstaatkapitalisme
Ten eerste introduceert geo-economie inherent onzekerheid voor bedrijven. Door de acties van winstgerichte commerciële bedrijven te beïnvloeden, in te perken of te blokkeren om de macht van de staat ten opzichte van geopolitieke rivalen te vergroten, plaatst geo-economie bedrijven in rollen die ze niet gewend zijn en waarvoor ze ook niet organisatorisch toegerust zijn. In tegenstelling tot traditioneel handelsbeschermingsbeleid dat gericht is op het verbeteren van het concurrentievermogen van binnenlandse bedrijven, geeft staatsinterventie in het kader van geo-economie voorrang aan nationale belangen boven winstgevendheid van bedrijven.
Ten tweede heeft het partijstaatkapitalisme een grote invloed op de besluitvorming en ontwikkeling van bedrijven. In dit systeem worden internationale relaties vaak gezien als doorslaggevende factoren voor bedrijfsinvesteringen en strategische keuzes, waarbij nationale strategieën aanzienlijke controle uitoefenen over de richting van de groei van ondernemingen. De toenemende politisering van bedrijfsbeslissingen onder partijstaatkapitalisme dwingt bedrijven in de EU om rekening te houden met de risico's en complexiteit van door de staat gedomineerde modellen van corporate governance in hun wereldwijde partnerschappen en investeringen.
Complexe omgeving voor bedrijven
Kortom, de opkomst van geo-economie en partijstaatkapitalisme vormt een complexe en onzekere omgeving voor bedrijven. Het kader voor corporate governance van de EU heeft lange tijd de nadruk gelegd op het zich afzijdig houden van politieke invloed, wat de toewijding aan vrijemarktprincipes weerspiegelt. Bovendien maakt de diverse structuur van de EU-lidstaten beleidscoördinatie aanzienlijk ingewikkelder, waardoor het een uitdaging wordt om het niveau van steun dat de VS en China aan hun respectieve bedrijven bieden, te evenaren.
Milieubescherming en mensenrechten
In de afgelopen jaren heeft de corporate governance-agenda van de EU zich toegespitst op milieu-, sociale en governancekwesties (ESG), met strenge maatregelen zoals de richtlijn inzake duurzaamheidsrapportage voor bedrijven (CSRD) en de richtlijn inzake due diligence op het gebied van corporate duurzaamheid (CSDDD). Het bevorderen van milieubescherming en mensenrechten getuigt van een vooruitziende blik en verantwoordelijkheid, maar brengt ook uitdagingen met zich mee.
In het kader van de GSDDD heeft de EU bijvoorbeeld een concept van 'toonaangevende bedrijven' geïntroduceerd, waarbij bedrijven worden gepersonifieerd door van hen te eisen dat ze meer maatschappelijke verantwoordelijkheid en wettelijke verplichtingen op zich nemen om ervoor te zorgen dat andere bedrijven in de toeleveringsketen zich aan de regels houden. Hoewel deze innovatieve aanpak de verantwoordingsplicht van bedrijven versterkt, bestaat ook het risico dat internationale samenwerkingsverbanden die niet aan de strenge normen van de EU voldoen, worden verstoord. Door ethische naleving af te dwingen, verhoogt het de kosten en stelt het EU-bedrijven bloot aan externe politieke risico's.
Advies: maak regels flexibeler en evenwichtiger
Concurrentie op het gebied van regelgeving wordt steeds duidelijker en in deze context moet de EU afzien van het opleggen van al te complexe regels die de deelname van bedrijven aan mondiale waardeketens belemmeren. In plaats daarvan moeten beleidsmakers flexibelere en evenwichtigere regels opstellen om onnodige nalevingskosten te verminderen en een meer inclusief klimaat voor bedrijfsgroei te bevorderen. Hoewel de EU voorstander is van hoge normen en duurzaamheid, kan haar bestuursmodel onbedoeld haar vermogen beperken om zich aan te passen aan de strategische, door de staat gestuurde aanpak die steeds vaker wordt gehanteerd door mondiale rivalen zoals de VS en China.
Er wordt gesuggereerd dat de EU baat zou kunnen hebben bij het onderzoeken van de integratie van politieke en bedrijfsbelangen om een wederzijds versterkende dynamiek te creëren, een dynamiek die de wisselwerking tussen geopolitiek en bedrijfsstrategie erkent. Een dergelijke verschuiving zou het vermogen van de EU kunnen vergroten om te navigeren door mondiale onzekerheden en tegelijkertijd haar economische veerkracht en concurrentievermogen te behouden in een geo-economisch landschap dat wordt gekenmerkt door toenemende complexiteit en rivaliteit.
PS: Dit artikel werd gepresenteerd op de PhD Sessie van de TEGL Conferentie, Re-imagining Law for Sustainable Globalization: Navigating Uncertainty in a Globalized Era, gehouden op 16-17 december 2024. https://www.maastrichtuniversity.nl/events/tegl-conference