Skip to ContentSkip to Navigation
Expertisecentrum HRM&OB
Faculteit Economie en Bedrijfskunde
Expertisecentrum Human Resource Management & Organisational Behaviour (HRM&OB) Blog
Header image Expertisecentrum

Het gevaar van subtiele vormen van discriminatie

Datum:09 juni 2020
Auteur:Floor Rink
Het gevaar van subtiele vormen van discriminatie
Het gevaar van subtiele vormen van discriminatie

Afgelopen week hebben de media volgestaan over nationale en internationale demonstraties tegen discriminatie en sociale ongelijkheid. En dit terwijl veel landen vanwege het nieuwe coronavirus nog in lockdown zitten, of net langzaam uit een lockdown komen. Maandenlang hebben we onze volksgezondheid de hoogste prioriteit gegeven – politici, sociale gemeenschappen, werkgever en werknemers: eensgezind gingen wij de strijd aan tegen het virus.

Tot op de dag dat George Floyd, een donkere Amerikaanse man, door de politie opgepakt werd nadat hij vals geld gebruikt had om een pakje sigaretten te kopen. De media melden dat George Floyd een turbulent leven als jongvolwassene had, hetgeen na een gewapende overval resulteerde in 5 jaar gevangenisstraf. Na het uitzitten van deze straf beterde hij echter zijn leven. Niet alleen in woorden, ook in echte daden. Tien jaar verder was hij inmiddels een vader geworden die goed voor zijn kinderen zorgde, en die werkte als beveiligingsambtenaar en restaurant-medewerker. De dag voor zijn dood werd hij bij dit restaurant ontslagen vanwege de Corona crisis, maar zijn baas was zeer tevreden over hem.

De dood van George Floyd verleidt ons om de strenge corona-maatregelingen opzij te schuiven. Om de straat op te gaan en te strijden tegen onrechtvaardigheid, ongeacht de gezondheidsrisico’s die dit met zich meebrengt, voor onszelf en iedereen om ons heen. Racisme, geuit via deze openlijke vorm van politiegeweld, maakt bij ons hevige emoties los. Het roept woede op. En deze woede overtreft onze angst voor COVID-19.

Wetenschappers houden zich al meer dan 80 jaar bezig met verschillende vormen en uitingen van sociale ongelijkheid. De dood van George Floyd is duidelijk racistisch van aard en makkelijk te herkennen als een gewelddadige vorm van discriminatie. Onderzoek laat zien dat vrijwel elk mens dergelijk gedrag afkeurt en, zoals nu ook blijkt, boos wordt wanneer men met dit gedrag geconfronteerd wordt. Mensen willen graag geloven dat iedereen in hun maatschappij met respect behandeld wordt en gelijke kansen heeft. Gelukkig laat onderzoek zien dat, in algemene zin, openlijke en gewelddadige vormen van discriminatie de afgelopen 50 jaar is afgenomen. Deze afname varieert in snelheid per land en gaat (te) langzaam, maar desalniettemin is er sprake van een neerwaartse trend.

De corona-crisis legt echter pijnlijk bloot dat dit behaalde resultaat fragiel is en afgezet moet worden tegen een toename van non-verbale, indirecte vormen van discriminatie in onze maatschappij. Deze indirecte vorm van discriminatie is subtiel van aard en daarom lastig te herkennen, te straffen en te veranderen. Denk aan de vele sociale barrières die minderheden ervaren bij het krijgen van adequate gezondheidszorg, bij toegang tot het onderwijs, bij het uiten van hun geaardheid of, zoals ikzelf ook vind in mijn onderzoek, bij het maken van carrière [1].

Ik wijs op het verschil tussen duidelijke en subtielere vormen van discriminatie in deze blog omdat Albert Einstein gelijk had. Hij stelde ooit dat we onze problemen niet op dezelfde wijze kunnen oplossen zoals we ze gecreëerd hebben. Politiegeweld tegen minderheden lost zich dus niet op met openlijk geweld tegen de gevestigde orde. Ook niet door simpelweg alleen mildere vormen van arresteren toe te staan. Onderzoek naar sociale ongelijkheid laat zien dat we bij het bestrijden van discriminatie een breder perspectief moeten nemen, en ons doel om het op te lossen moeten herformuleren. Studies van Operario  & Fiske (2001) laten bijvoorbeeld zien dat de meest extreme vormen van discriminatie worden geuit door mensen die jarenlang leven in een omgeving waarin impliciete, subtiele vormen van discriminatie goedgekeurd worden en geïnternaliseerd zijn als norm [2].

Het daadwerkelijke gevaar ligt dus bij het accepteren en voeden van onderliggende, subtiele stereotypes over minderheden in een maatschappij. Wanneer mensen niet gecorrigeerd worden in deze verkeerde beelden kan men niet meer goed inschatten dat deze beelden onrechtvaardigheid en ongelijkheid in de hand werken en is het handelen hierna tijdens een escalatie moeilijk te voorkomen.

Daarom is onderzoek naar een systematische verandering in impliciete stereotype beelden van minderheidsgroepen van groot belang, ook nu. Juist nu. En zeker binnen organisaties. Want onze eigen studies laten zien dat diversiteit op de werkvloer nog altijd één van de belangrijkste bronnen van sociale integratie is [3]. Laten we dus ook om deze reden hopen dat we elkaar snel weer, op gepaste afstand, af en toe live mogen zien.

Floor Rink (f.a.rink rug.nl) is hoogleraar ‘Organizational Behavior and Identity Management’ aan de Faculteit Economie en Bedrijfskunde en doet onderzoek naar diversiteit, macht en invloedsrelaties, en governance processen.

Referenties:

 

[1] Rink, F.Stoker, J.I.Ryan, M.K., Steffens, N.K. & Nederveen Pieterse, A., (2019). Gender Differences in How Leaders Determine Succession Potential: The Role of Interpersonal Fit With Followers. Frontiers in Psychology. 10, 14 p., 752.

[2] Operario, D.,  & Fiske, S.T. (2001). Etnic identity moderates perceptions of prejudice. Perceptions of group based versus personal discrimination and blatant versus subtle bias. Journal of Personality and Social Psychology, 27, 550 561.

[3] Wong, C.Y., Kirby, T.A., Ryan, M.K., & Rink, F. (2020). Intersectional Differences in Reactions to Women's Initiatives. Unpublished manuscript, Human Resource and Organizational Behavior, University of Groningen, Groningen, The Netherlands.