dr. J.E. (Janneke) Weijermars
Correspondentie Prudens van Duyse
Op een novemberwoensdag in 1859 woonden duizenden mensen in Gent de begrafenis bij van Prudens van Duyse. Hij was vijfenvijftig jaar oud geworden en liet, naast zijn vrouw en vijf jonge kinderen, een immens literair oeuvre en een imposante collectie van ruim 4500 brieven na. Ontsluiting van deze correspondentie is vanuit maatschappelijke, culturele en literaire optiek nodig en zinvol: Van Duyse is immers een icoon van de Vlaamse Beweging maar ook de eerste romantische dichter van de Nederlandse literatuur in Vlaanderen. Bovendien was hij een begenadigd dichter in de rumoerige en revolutionaire tijd van de Europese Romantiek, met talloze correspondenten in onder meer Frankrijk, Duitsland en Nederland. De gebroeders Grimm, Nicolaas Beets, Johannes Immerzeel jr, Jan Frans Willems, Maria Doolaeghe, Jan Wap en Jan Michiel Dautzenberg en vele andere negentiende-eeuwse grootheden behoorden tot zijn correspondenten.
Deze brieven zijn nimmer structureel bij onderzoek betrokken geweest, omdat niemand ze ooit systematisch heeft kunnen analyseren. Het materiaal was tot nu toe niet toegankelijk genoeg, te meer omdat het over verschillende archieven en bibliotheken in Vlaanderen en Nederland is verspreid. De Rijksuniversiteit Groningen, het Letterenhuis te Antwerpen, het Vlaamse Fonds voor de Letteren en het Huygens ING te Amsterdam werken daarom samen aan een digitale editie van de gehele correspondentie om een fundamentele studie ervan mogelijk te maken. Het project staat onder leiding van Janneke Weijermars, die tevens een biografie van Prudens van Duyse voorbereidt.
Laatst gewijzigd: | 25 juni 2022 11:15 |