Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek Heymans Institute Talentenkracht

Interview met Henderien Steenbeek

Henderien Steenbeek is sinds 2007 aan het onderzoek verbonden. Zij is Universitair docent aan de faculteit GMW.

Waar gaat jouw onderzoek precies over?

Mijn onderzoek gaat over de interactie tussen volwassene-kind en kinderen onderling als motor van ontwikkeling. In diverse onderzoeksprojecten werk ik aan verschillende aspecten van interactie tussen volwassene-kind en kind-kind in onderwijsleer- en spel-contexten. Ik ben specifiek geïnteresseerd in de rol van sociale processen bij het leren van kinderen, en dan met name in de rol die de interactie tussen leerkracht en leerling speelt.

Mijn onderzoekslijn omvat drie speerpunten:

Speerpunt 1: Talentontwikkeling bij kinderen, o.a. op het gebied van wetenschappelijk redeneren en techniek

Centraal staat de ontwikkeling van Wetenschap en Techniek talent bij jonge kinderen die zich normaal ontwikkelen en kinderen met gedragsproblemen, de rol van scaffolding bij het stimuleren van W&T talent door leerkrachten en ouders, en de professionalisering van leerkrachten door middel van video feedback coaching in de klas.

Hierbij richt ik me op het onderkennen en stimuleren van talenten van kinderen (inclusief kinderen met een afwijkende ontwikkeling, zichtbaar in gedragsproblemen), zowel op cognitief gebied (wetenschap en techniek, rekenen) als op sociaal gebied (sociaal-emotionele vaardigheden, ontwikkeling instrument DINGO).

Speerpunt 2: Leren van kinderen met gedragsproblematiek in het primair onderwijs

Centraal staat de rol van scaffolding tijdens instructie en de invloed daarvan op onderwijsleertrajecten van kinderen in het speciaal onderwijs, en het werken aan leer-en gedragsdoelen in de klas door middel van DINGO, een digitaal scoringsprogramma voor de leerkracht.

Speerpunt 3: Kind-kind interactie tijdens spel

Centraal staat de rol van sociometrische status van kinderen in hun spelgedrag, verschillen tussen jongens en meisjes tijdens spel, en de werking van speltherapie.

Mijn visie: de visie van waaruit ik werk is dat ontwikkeling een dynamisch proces is, waarbij allerlei factoren elkaar wederzijds beïnvloeden. Hierbij is de complexe dynamische systeem theorie een belangrijke inspiratiebron en leidraad voor de gebruikte onderzoeksmethodologie. Ik vind het belangrijk deze innovatieve theoretische procesbenadering ‘handen en voeten’ te geven in praktijkgericht en toepassingsgericht onderzoek, met zowel wetenschappelijke als praktijkrelevantie.

Een belangrijk deel van mijn werk concentreert zich op sociaal gesitueerd cognitief leren van kinderen in de onderbouw van de basisschool. Cognitief leren van een individuele leerling wordt hierbij opgevat als een dynamisch systeem. Dit systeem omvat zowel de korte termijn dynamica van sociaal gesitueerde cognitief handelen, belangen, emoties, en de lange termijn dynamica van cognitieve ontwikkeling.

Wat zijn de andere TK-onderzoeken waar je bij betrokken bent?

Samen met Paul van Geert en Marijn van Dijk ben ik senior-onderzoeker van TalentenKracht. Binnen het TK onderzoek begeleid ik diverse onderzoeksprojecten. Daarnaast ben ik dagelijks coördinator van het TK onderzoek op onze afdeling. Uitgangspunt bij de TK-onderzoeken is de TalentenKracht visie die we hebben ontwikkeld (zie rapportages van het Pilot Expertisecentrum TK 2009-2010), waarbij een vijftal principes van Talent en Talentontwikkeling zijn geformuleerd. Centraal hierbij staat dat talent zich ontwikkelt in de interactie tussen het kind, een volwassene, en het materiaal waar het kind mee bezig is. Daarnaast is een belangrijk punt van onze visie dat talentmomenten de basis vormen voor talentontwikkeling in de klas. Een talentmoment is een spontaan leermoment waarin de interactie tussen kind(eren), volwassene en materiaal optimaal W&T talent ontlokkend en stimulerend is.

Hoe werkt TK in de praktijk, voor kinderen, ouders en leerkrachten?

Wetenschap en Techniek (W&T) talent is bij jonge kinderen volop aanwezig. Het gaat dan om talenten als nieuwsgierigheid, verwondering en enthousiasme. In de klas en ook thuis stellen jonge kinderen veel vragen, en willen van alles weten over allerlei onderwerpen, bv. hoe het kan dat water uit de kraan naar beneden loopt of waarom een ballon leegloopt als je hem loslaat.

Als leerkracht is het belangrijk dit talent zo goed mogelijk te stimuleren. De kunst is talentvol gedrag te zien in de klas, tijdens bijvoorbeeld de Wetenschap en Techniek les, terwijl je als leerkracht een onderwerp wilt bespreken. Ten tweede is het de kunst om zo goed mogelijk bij dit talent aan te sluiten door vragen te stellen aan het kind en zijn/haar enthousiasme te stimuleren door bijvoorbeeld samen iets te gaan onderzoeken.

Idealiter is het zo dat alle leerkrachten binnen een team volgens de TK-manier werken in de klas. Nog mooier is het als de TK-visie op ieder niveau in de school wordt geïntegreerd: op het directie niveau, op team niveau en op het individuele leerkracht niveau. Daarbij is het uitdrukkelijk niet een lesmethode, maar een benadering van de kinderen.

Een van de onderzoeksprojecten richt zich op training van onderbouwleerkrachten, via talentmomenten in de les (onderzoek van Annemie Wetzels). Hierbij gaat het om Wetenschap en Technieklessen, maar als je als leerkracht eenmaal de manier van werken hebt aangeleerd, kun je het ook toepassen tijdens andere lessen, zoals taal en rekenen. Als leerkracht kijk je goed naar de kinderen om erachter te komen wat er al in ze zit, en sluit je hier zo goed mogelijk bij aan, o.a. door leerlingen goede vragen te stellen.

We krijgen veel leuke reacties van leerkrachten uit de onderbouw, die mee hebben gedaan aan het coachingsprogramma. Een voorbeeld uit het onderzoek van Annemie Wetzels is dat een leerkracht die zij ging coachen vaak al in de stress schoot als de directrice alleen maar binnen kwam om te vragen of ze ook koffie wilde. En ze durfde ook weinig te doen met Wetenschap en Techniek. En nu staat ze, na die training van Annemie, blakend van zelfvertrouwen voor de klas.

Een ander voorbeeld van het nut van de coaching tijdens de W&T-les: op één school was er een jongetje dat over het algemeen niet zo goed mee kon komen met de rest van de klas, omdat het stramien van de lessen niet erg geschikt voor hem was. Totdat ze een project deden waarin ze een waterklok moesten maken en ineens duidelijk werd dat dit jongetje wel degelijk talent had. Hij kwam met het super idee om uit de recycling bak van de school een koffiezetapparaat te halen. Daar zat een pomp in waarmee ze de waterklok konden maken.

Wat wil de afdeling uiteindelijk bereiken met TK?

We willen verder gaan met het uitvoeren van een combinatie van fundamenteel en praktijkgericht onderzoek, waarin we ons richten op de ontwikkeling van Wetenschap en Techniek-talent van kinderen over de jaren heen, en hoe je als volwassene die het beste kunt stimuleren. Daarbij vinden we het belangrijk dat het onderzoek zowel wetenschappelijke en praktijkrelevante producten oplevert.

Het onderzoek willen we graag uitbreiden naar diverse andere groepen kinderen, zoals meerbegaafde kinderen, kinderen in het speciaal onderwijs, kinderen in de bovenbouw, en linken aan diverse onderwerpen, zoals de rol van taal bij TK, en trainingen voor de leerkracht voor de stimulering van talent bij kinderen.

Laatst gewijzigd:25 augustus 2020 07:04