Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Politieke partijen Democraten 66 (D66) Geschiedenis

D66 jaaroverzicht 1996

Uit: J. Hippe, P. Lucardie, I. Noomen en G. Voerman. 'Kroniek 1996. Overzicht van de partijpolitieke gebeurte­nissen van het jaar 1996' in: G.Voerman (red.), Jaarboek 1996 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (Groningen 1997), 13-87, aldaar 37-41.

Inleiding

1996 was voor de Democraten een betrekkelijk rustig jaar. De partij be­steedde met een themanummer van het par­tijblad De Democraat aandacht aan het feit dat ze in okto­ber dertig jaar bestond. Op het voorjaarscongres van 1997 zou de eigen­lijke viering plaatsvinden. Er waren wat strubbe­lingen met de coali­tiepartners PvdA en VVD, waarbij de ministers Winnie Sorg­drager van Justitie en Hans van Mierlo van Buitenlandse Zaken klaagden dat met name de VVD-fractie het imago van D66-be­windslieden zou willen be­schadi­gen. Zowel PvdA-leider Wim Kok als de VVD-frac­tie­leider in de Tweede Kamer Frits Bol­ke­stein lie­ten weten dat dat geenszins het geval was en dat D66 over­ge­voelig rea­geerde. Verder begon de partij in 1996 intern een discussie over haar imago en strate­gie.

Partijdeelafdeling Amsterdam-Zuidoost

Op 18 januari sprak de Amsterdamse afdelingsvergadering zich uit over de deelafdeling Amsterdam-Zuidoost, die in 1995 mede ten gevolge van etnische tegenstellingen in drie delen uiteen was gevallen (zie Jaaroverzicht 1995 ). De afde­ling besloot een voorstel van het lande­lijk par­tijbe­stuur tot opheffing van de deelafdeling niet in behan­deling te nemen. In plaats daarvan werd besloten een com­missie van 'wijze mensen' te benoe­men, die zou moeten bemid­delen in het conflict. De el­kaar bestrijden­de groepen konden zich hierin vinden en lieten weten weer met elkaar om de tafel te willen gaan zit­ten.

Partijcongres

Op 30 en 31 maart hield D66 in Noordwijkerhout haar derde con­gres 'nieuwe stijl' (zie Jaaroverzicht 1993 ). Het amusementsge­deelte ervan werd bekos­tigd met behulp van spon­sors. Over de wenselijkheid hiervan was overigens een heftige dis­cussie gevoerd in het hoofdbe­stuur. Het congres - dat in het teken stond van 'inves­te­ren in de toekomst' - nam een aantal beslis­singen om een 'groe­ner ge­zicht' van D66 te be­werk­stelli­gen. Zo sprak men zich uit tegen de HSL door het Groene Hart en tegen nacht­vluchten op vliegveld Beek. Verder vond het congres de ener­gienota van D66-minister van Economische Zaken Hans Wijers niet ver genoeg gaan: met name het terugdringen van de uit­stoot van het 'broeikasgas' kooldi­oxyde moest in een sneller tempo gaan gebeuren. Een ander discussie-onderwerp was het stelsel van sociale zekerheid. Het congres volgde in grote meerder­heid een resolu­tie van het hoofdbe­stuur, waarin voor­alsnog werd afge­zien van het invoeren van een basisinkomen - onder andere om­dat het politiek niet haalbaar zou zijn en een te groot finan­cieel risico met zich mee zou brengen (in februari 1995 had het D66-con­gres zich nog in beginsel uitge­sproken ten gunste van het basisinkomen; zie Jaaroverzicht 1995). Een motie van de Jonge Democra­ten (JD) die pleitte voor het ver­breken van de diploma­tieke banden met het Vati­caan, werd na een emotione­le discus­sie verworpen. 's Och­tends had het con­gres nieuwe statu­ten en een nieuw huis­houde­lijk regle­ment aangeno­men (zie Jaaroverzicht 1995).

Tweede Kamerfractievoorzitter Gerrit Jan Wolffensper­ger en partij­leider Van Mierlo spraken in hun congresredes hun zorg uit over de verslech­terende coalitieverhou­din­gen. Sorg­drager pleit­te voor beper­king van de hoeveel­heid geweld op de televi­sie. Wijers toonde zich in zijn speech voorstander van het ontwikkelen van een samenhangend beleid op het gebied van werkgele­genheid, mobili­teit, huisves­ting en milieu.

Partij-imago en strategie

Begin 1996 besloten de Tweede Kamerfractie en het partijbe­stuur van D66 een project te organiseren met als doel het stroomlij­nen van de gedachtevor­ming binnen de partij over strategie en identiteit. Een in 1995 opge­richte stuur­groep (zie Jaaroverzicht 1995) zou zich met de uitvoering ervan gaan bezig­hou­den. In april werd het discus­siestuk Voor de verandering gepu­bli­ceerd. Het was de bedoeling dit 'start­docu­ment' binnen alle geledin­gen van de partij te bespre­ken, hetgeen uiteinde­lijk zou kunnen uitmon­den in een nieuw pro­gramma voor de Tweede Kamerverkie­zingen van 1998. In het stuk werd de gewij­zigde verhouding tussen overheid en burger ge­schetst, het­geen vroeg om een herbezin­ning op de rol van de overheid en de poli­tieke partijen.

Opvolging Van Mierlo

De discussie over de opvolging van Van Mierlo - mocht die be­sluiten zich niet meer kandidaat te stellen als lijsttrekker voor de Tweede-Kamerver­kiezingen van 1998 - laaide ook in 1996 weer op. In juli maakte partijvoor­zitter Wim Vrijhoef in een vraag­gesprek met Vrij Nederland van 27 juli zijn voorkeur bekend voor een kandi­daat afkomstig uit het kabinet; Wolffen­sperger achtte hij minder geschikt. In augus­tus deed oud-senator en lid van de Raad van State Jan Vis voor de NOS-radio ook een duit in het zakje. Wanneer Van Mierlo niet meer be­schikbaar zou zijn - hetgeen Vis een goede zaak zou vinden - dan vond hij Wijers de beste kandidaat. Ook hij uitte kritiek op Wolffen­sperger, wegens zijn optreden in het kamerdebat van 31 oktober 1995 over de 'gouden handdruk' voor procureur-generaal Rutger van Rand­wijck (zie Jaaroverzicht 1995). Wolffensperger toonde zich in een reactie gekwetst door de kritiek van zijn partijgenoten. Hij beschouw­de de affaire-Van Randwijck als een incident dat was afgedaan. Bovendien vond hij dat de discussie over zijn func­tioneren in de partij zelf en niet in de media ge­voerd moest worden. Van Mierlo noemde het opge­laaide opvol­gingsdebat 'onnodig, con­tra­produktief en kwetsend' (de Volks­krant, 14 augustus 1996); dit laatste met name voor Wolffen­sperger, die wat hem betreft een geschik­te kandi­daat zou zijn. Hij zei verder serieus rekening te houden met de moge­lijkheid dat Wijers - die steeds ontkend had geïnteres­seerd te zijn in het partij­leiderschap - alsnog van mening zou veranderen. Ook sloot hij niet uit dat hij zelf nog eens beschikbaar zou zijn. Dit laatste was wat de JD betreft echter niet aan de orde. De voor­zit­ter van de jon­ge­renorganisatie Dennis Hesse­ling had in maart voor de NOS-radio gezegd dat Van Mierlo 'zijn taak als partij­leider beter snel aan een ander kan overdragen als hij niet in staat is er meer aandacht aan te geven' (de Volkskrant, 16 maart 1996). Eerder al hadden de D66-jongeren zijn optreden als minister van Buiten­landse Zaken bekriti­seerd.

Partijvoorzitterschap

In november zou Vrijhoef, die vier jaar voorzitter van D66 was geweest, zijn functie neerleggen. De procedure voor zijn op­vol­ging was in de maan­den ervoor al in volle gang. Het na­jaars­congres had in november 1995 besloten om van het par­tijvoor­zitterschap een betaalde parttime functie te maken (zie Jaaroverzicht 1995). De profielschets van het hoofd­be­stuur was dan ook op deze leest geschoeid. Een gedeelte van de partij vond dit echter niet ver genoeg gaan en wilde in het kader van een verdere professionalisering een fulltime be­taald voorzitterschap. Wolffensperger was hier ook voorstan­der van. Het hoofdbestuur vond een fulltime voorzit­ter te duur (het salaris zou ongeveer tien procent van de totale partijbe­groting bedragen). Bovendien zou zo'n betaald voorzit­ter in de ogen van het hoofd­bestuur een te grote in­vloed binnen de partij kunnen krijgen. Van Mierlo deelde deze me­ning.

Na een roerige discussie op het najaars­con­gres op 23 novem­ber sprak tweederde van de aanwezigen zich uit tegen een motie die voorstelde tot een full-time betaalde aanstelling van de voor­zitter over te gaan. Dit had tot gevolg dat twee kandida­ten - oud-campag­neleider Lennart van der Meulen en het Noord-Hol­landse Staten­lid Patrick Poelman - zich terugtrokken uit de proce­dure. Het congres moest nu een keuze maken tussen de over­gebleven kandi­daten Tom Kok (de favoriet van het hoofdbestuur) en Michel Dufres­ne. Eerstgenoemde werd met grote meerderheid als voor­zitter geko­zen. Kok zou de functie gaan uitoefenen naast zijn baan als directievoorzitter bij de Friese verzekerings­maat­schappij FBTO (één van de sponsors van het congres van D66). Binnen de partij had hij onder ­meer de functie van pen­ningmees­ter en congresvoor­zit­ter ver­vuld. In zijn toespraak tot het congres baarde hij opzien door het kinder­liedje 'In de manen­schijn' te zingen. De nieuwe voorzitter liet weten zich geïnspireerd te voelen door de New Age-bewe­ging, hetgeen hij ook tot uiting wilde laten komen in zijn nieuwe functie. Verder afficheerde hij zich als iemand die zich moeilijk zou laten verleiden tot een persoon­lijke stel­lingname en die uit­slui­tend partij­stand­punten naar voren zou brengen.

Najaarscongres

Het najaarscongres van D66 had plaats in Almelo. Naast het kiezen van een nieuwe voorzit­ter hield het congres zich aan de hand van een congres­tekst en -resolutie bezig met het thema 'sociale samenhang en veilig­heid'. Minister Sorg­drager pleitte ervoor dat justitie zich zou moeten bezig­houden met gezinsbe­leid en on­der­wijs, teneinde de jeugd­crimi­na­liteit terug te drin­gen.

Wolffensperger waarschuwde op het congres het kabinet dat zijn maatschap­pelijk draagvlak gevaar zou lopen als het in de Tweede Kamer zijn eigen voorkeur voor het tracé van de HSL erdoor zou drukken (zie in deze Kroniek onder Hoofdmomen­ten).

Verwante instellingen en publicaties

Op 11 mei organiseerde de Stichting Wetenschappelijk Bureau van D66 (SWB) een confe­rentie over de toekomst van de gezond­heidszorg. Ter discussie stond de in 1995 verschenen publica­tie Op weg naar een plurifor­me gezondheids­zorg van de werk­groep Voksgezondheid. Op 12 oktober hield het weten­schappe­lijk bureau een bijeenkomst naar aanlei­ding van het verschij­nen van De stad als culturele werkplaats. Hierin werd ge­pleit voor een pluri­form kleinschalig kunstbe­leid, waarbij de steden een be­lang­rijke zelfstandige rol zou­den vervullen. Tij­dens het najaars­congres van D66 werd het rapport Technolo­gie in poli­tiek perspec­tief gepresenteerd dat was opge­steld door de SWB-projectgroep Technologie. Verder bracht het weten­schap­pe­lijk bureau in 1996 nog drie nieuwe publicaties uit: In de basis voorzien (over het basis­inkomen), De mythe van de ruim­te: een politiek-cultu­rele benadering van het vraagstuk van de ruimte (van de hand van SWB-direc­teur Christiaan de Vries) en Inbur­gering en integratie in Neder­land. Deze laatste kwam tot stand in samen­werking met de Bestuurdersver­eniging.

De Bestuurdersvereniging belegde op 15 juni haar algemene leden­vergade­ring in Ede met als thema 'integraal veiligheids­be­leid'. Op 5 oktober hield zij haar Bestuurderscongres. In het najaar publiceerde de vereniging Sturing door de overheid, een nieuwe filosofie, een notitie over de inrichting van het openbaar bestuur die was opgesteld door de werkgroep 'Verde­ling over­heidstaken'.

Het Opleidingscentrum publiceerde Politieke thema's, een bundeling van inleidingen van D66-politici, gehouden op een aantal themabijeenkomsten. In het najaar bracht het Centrum met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen van 1998 de Werk­wijzer lokaal verkiezingsprogramma uit. Op 9 november orga­ni­seerde het Opleidingscentrum een con­gres voor afdelingsbe­stuurders, dat geheel in het teken stond van deze ver­kie­zin­gen.

In oktober publiceerde de JD een boekje ter gelegenheid van het dertigja­rig bestaan van D66. Het bevatte tien democrati­seringsvoor­stellen, waarbij het pleidooi voor een referen­dum over de wenselijkheid van de monarchie de meeste aandacht trok. Andere voorstellen betroffen onder andere een verlaging van de kiesgerechtigde leeftijd van achttien naar zestien jaar en de vrijheid voor gemeenten en pro­vincies om de gemeente­raads- en Statenver­kiezingen te spreiden. De jongerenorganisa­tie koos op haar Algemene Leden­vergadering van 9 en 10 novem­ber Wim Rampen tot nieuwe voor­zitter. Hij volgde Dennis Hesseling op. In november begon de JD ook besprekingen met de jonge­renor­ganisa­ties van PvdA en Groen­Links met als uitein­delijk doel het opstellen van een groen concept-regeerakkoord.

Het Instituut voor Vorming en Scholing in Oost- en Midden-Europa (IVSOM) hield op 28 en 29 september samen met de Libe­rale Partij van Macedonië in dit land een tweedaags seminar met als thema 'Political and economic independence of media in the Republic of Macedonia'. Van 3 tot 5 oktober organiseerde het IVSOM samen met de zusterpartijen in Hongarije, Tsjechië en Polen het congres 'Women in the heart of Europe'. De ELDR-fractie van het Europees Parlement gaf hierbij ondersteuning.

Personalia

Met ingang van 1 december ging de Commissaris van de Koningin in Gelderland Jan Terlouw met pensioen. Vanaf 1991 had hij deze functie bekleed. Van 1981 tot 1982 was hij minister van Economische Zaken in het tweede en derde kabinet Van Agt. Terlouw was de eerste D66-er die Commissaris van de Konin­gin werd. Bij zijn afscheid op 16 december werd hij het eerste erelid van D66.

Per 1 oktober werd Michel Jager - sinds 1989 burgemeester van Wa­geningen en daarvoor burgemeester van Culemborg - ge­ïnstal­leerd als Commissaris van de Koningin in Flevoland. Hij volgde de PvdA-er Han Lammers op, die met pensi­oen ging. De ver­trou­wenscommissie, die voor­keur had voor een VVD-kandidaat, werd hiermee gepasseerd. Jager was van 1988 tot 1990 voorzit­ter van D66.

Laatst gewijzigd:13 maart 2024 11:38