Hoe moet je vragen stellen en structureren?
In deze maandelijkse blog over onderwijsvernieuwing vertellen docenten over hun innovatieve, creatieve en impactvolle onderwijsinitiatieven. Van bijzondere lesvormen tot nieuwe technieken - alles komt aan bod. Hoe zijn deze ideeën ontstaan en welke impact heeft het op de studenten?
Deze maand Martin Lenz, hoogleraar Geschiedenis van de filosofie over het stellen van vragen. Een langere versie van deze blog verscheen eerder op Martin's blog Handling Ideas .
Vragen stellen we constant. Maar omvatten de vragen die we stellen ook daadwerkelijk de vragen die we willen stellen? Als je studenten vraagt of ze na het lezen van een bepaalde tekst nog vragen hebben, krijg je vaak een ongemakkelijke stilte als antwoord. Het is moeilijk om toe te geven dat je in de war bent. Hoewel het stellen van vragen cruciaal is, wordt er vrijwel nooit uitgelegd hoe je dit precies moet doen. Door studenten te leren hoe je vragen moet structureren en analyseren, probeer ik vijf dingen te bereiken:
-
Schaamte tegengaan door te suggereren dat oprechte vragen voortkomen uit verwarring
-
Laten zien dat verwarring de motivatie van een vraag tot stand brengt door studenten te laten aanwijzen welk tekstdeel of welk aspect precies voor verwarring zorgt
-
Laten zien dat verwarring vaak het resultaat is van (verijdelde) verwachtingen van de lezer
-
Uitleggen hoe je zulke verwachtingen kan analyseren als verborgen theoretische aannames
-
Studenten laten inschatten hoe mogelijke antwoorden eruit zouden kunnen zien, bijvoorbeeld door te doorgronden in hoeverre aannames in de tekst verschillen van iemands eigen aannames.
Bij het stimuleren van actief leren heb je geen nieuwe informatie nodig om de meeste van deze stappen te behalen, maar kan dit door een begrip te ontwikkelen van hoe iemands verwarring ontstaat. Studenten worden daarom aangemoedigd om een gesprek aan te gaan met hun eigen verborgen aannames en door uit te spreken hoe deze kunnen verschillen van andermans aannames. Deze oefening is ontworpen om zelfstudie en de uitwisseling van ideeën te stimuleren, en om te kunnen profiteren van het besef van een diversiteit aan aannames. Het stellen van ‘gestructureerde vragen’ is een techniek die actief leren bevordert en werd positief door studenten van mijn faculteit beoordeeld. Ik heb de techniek ontworpen om zelfstudie en interactie met teksten en gesprekspartners aan te moedigen. Aangezien de techniek toegespitst is op teksten en discussies in het algemeen, zou deze makkelijk overdraagbaar moeten zijn naar andere vakgebieden.
Hoe begin je hiermee?
In mijn vakken vraag ik mijn studenten om een vraag te formuleren die zich richt op een specifiek begrip of op een kort deel van een tekst. De vraag mag niet langer zijn dan 500 woorden, en moet de volgende onderdelen bevatten:
-
Onderwerp: vertel waar de vraag over gaat (het tekstdeel of de begrippen die de verwarring veroorzaken)
-
Vraag: stel de daadwerkelijke vraag
-
Motivatie: leg kort uit waarom de vraag is ontstaan (gebruik je aannames of verijdelde verwachtingen)
-
Antwoord: geef een korte voorspelling van ten minste één mogelijk antwoord (bijvoorbeeld door te raden welke verborgen aannames in de tekst voorkomen en hoe die mogelijk verschillen van de jouwe).
Wat wil ik studenten leren met deze techniek?
Aanvankelijk was het mijn doel om een techniek aan te bieden waarmee je verscheidene moeilijke teksten kunt aangaan. Daarbij ging ik ervan uit dat het begrijpen (van een tekst) een algemeen doel kan zijn voor het stellen van vragen. Vaak zie ik het stellen van vragen als een manier is om contact te leggen met de tekst of gesprekspartner. Een oprechte vraag brengt namelijk twee delen samen: aan de ene kant heb je je vraag, en aan de andere kant is er dat specifieke gedeelte van een tekst dat je niet snapt, of waar je meer over zou willen weten.
Om het dialoog aan te gaan, moeten lezers of sprekers leren om vragen te overwegen zoals: Waarom ben ik precies in de war? Kan het zijn dat mijn eigen verwachtingen van een tekst mij op een dwaalspoor brengen? Wat verwacht ik? Wat zegt de tekst niet? Lezers moeten hun eigen verwarring snappen om werkelijk contact te kunnen maken met de tekst. De eigen verwarring moet begrepen worden. Het goede nieuws is dat dit vaak gedaan kan worden zonder nieuwe informatie te verkrijgen. In plaats daarvan zorgt het samenbrengen van de eigen verwachtingen en aannames met die van de tekst (of van de andere lezers) voor wederzijds begrip.
Meer informatie
-
Martin Lenz
Laatst gewijzigd: | 11 juni 2024 08:55 |
Meer nieuws
-
16 december 2024
Jouke de Vries: ‘De universiteit zal wendbaar moeten zijn’
Aan het einde van 2024 blikt collegevoorzitter Jouke de Vries terug op het afgelopen jaar. Daarbij gaat hij in op zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en kijkt hij vooruit naar de toekomst van de universiteit in financieel moeilijke tijden.
-
10 juni 2024
Om een wolkenkrabber heen zwermen
In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...