Koopman Rutte speelde voor dominee - en dat pakte verkeerd uit
Datum: | 02 mei 2018 |
Auteur: | Janka Stoker & Harry Garretsen |
In het Dagblad van het Noorden (DvhN) van 2 mei 2018 staat een opiniebijdrage van onze hand over het leiderschap van Rutte naar aanleiding van de dividendbelasting onder de titel “Nieuwe rol van Rutte pakte verkeerd uit; hij had beter marktkoopman kunnen blijven”, hieronder staat de tekst van deze opiniebijdrage. Voor het DvhN artikel zie http://www.dvhn.nl/Meningen/Opinie/Opinie-Nieuwe-rol-van-Rutte-pakte-verkeerd-uit-hij-had-beter-marktkoopman-kunnen-blijven-23143181.html
Het debat over de dividendbelasting ging vooral over het leiderschap van onze premier. Mark Rutte is bij uitstek een transactionele leider – het is de oervorm van politiek leiderschap: ‘Geef mij uw stem, en ik verlaag voor u de belastingen’. Bij dit ‘voor wat, hoort wat’-model wordt de stem van de kiezer direct gekoppeld aan de (belofte van) een tegenprestatie door de politicus. Hiertegenover staat zogenaamd transformationeel leiderschap, dat persoonlijker is, en waarbij een leider vanuit een aansprekende visie de nadruk legt op een overstijgend algemeen belang. Een van de grote kritiekpunten op Rutte was en is dan ook dat hij te weinig visie heeft, en op zoek zou moeten naar het grotere verhaal om zijn beleid overtuigend te verkopen aan de burgers.
Ondanks deze kritiek is Rutte dus wel aan zijn derde kabinet bezig, en nog steeds lijkt hij wars te zijn van die andere, visionaire leiderschapsstijl: “voor visie moet je naar de oogarts”, aldus de Über-pragmaticus Rutte. Hij blijft dus een prototypische transactionele leider, die politiek bedrijven, gelijk de eerste beste marktkoopman, ziet als een aaneenschakeling van politieke transacties. Was dat dan ook wat we afgelopen week zagen bij het debat rondom de dividendbelasting?
In elk geval is de afschaffing van de dividendbelasting het ultieme voorbeeld van een transactionele deal: het bewijs dat juist het afschaffen van deze belasting veel zoden aan de dijk zet voor onze economie ontbreekt namelijk volledig. In ruil voor de afschaffing ‘koopt’ (en hoopt) het kabinet dat multinationals als Unilever en Shell in Nederland gevestigd blijven. Maar wat vooral opviel, was het atypische leiderschapsgedrag van Rutte toen hij deze maatregel in november in de Tweede Kamer verdedigde. Want voor de verandering was zijn optreden nu van een geheel andere aard. De pragmatische Rutte werd opeens persoonlijk. Hij voelde ‘tot in het diepst van zijn vezels’ dat afschaffing noodzakelijk was en van cruciaal belang voor onze welvaart. Hij deed dus zowaar een beroep op een groter overkoepelend belang. De afschaffing van de dividendbelasting moest juist niet worden gezien als een deal met Unilever en Shell, maar als een investering in de toekomst van Nederland.
Transactionele Rutte ging met deze Grote Woorden dus warempel op de transformationele toer – met vijf maanden later een motie van afkeuring en een forse vertrouwensdeuk als voorlopige anti-climax! De oppositie was nog niet eerder zo kritisch over zijn optreden. Die kritiek ging over het al dan niet juist informeren over de Tweede Kamer, maar uiteindelijk vooral ook over het vertrouwen in de premier. Dat vertrouwen is dus beschadigd, in de kern omdat Rutte op een bij uitstek transactioneel dossier - in de categorie gelijk oversteken ‘belasting weg, Unilever blijft’- heeft geprobeerd om er een visionair sausje overheen te gooien. En die poging tot verpakking van deze zakelijke overeenkomst tussen kabinet en een paar multinationals in een grotere, hogere boodschap keerde zich als een boemerang tegen Rutte. Toen namelijk ook uit ambtelijke stukken duidelijk werd dat die mooie strik om de deal tussen regering en ons grootbedrijf niet bestond, restte de premier en de regeringspartijen weinig anders dan de bepaald niet fraaie verdedigingslijn van de ‘onvolledige herinnering’.
Het grotere verhaal, en het benadrukken van een overkoepelend belang werkt natuurlijk alleen als dat er ook echt is. Van een belastingdeal met multinationals, hoe nuttig op zichzelf wellicht ook, is dat met de beste wil van de wereld niet te maken. In dergelijke gevallen is het verstandiger dat Rutte gewoon bij zijn transactionele leest blijft en als marktkoopman niet de dominee gaat uithangen. Dat is misschien niet heel inspirerend of richtinggevend, maar wel zo duidelijk en eerlijk. Stijlvastheid en het in november al erkennen dat afschaffen van de dividendbelasting een puur zakelijke transactie betreft, had hem vast toen op kritiek komen te staan, maar in elk geval was dan het vertrouwen in de premier en daarmee in de politiek niet zo beschadigd geraakt.
(Bron: Dagblad van het Noorden, 02-05-18)