Skip to ContentSkip to Navigation

Promotie Mark Dekker, Aging and cognitive control - Grote individuele verschillen in geheugenfuncties van ouderen

18 juni 2009

Promotie: M.R. Dekker, 14.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Proefschrift: Aging and cognitive control

Promotor(s): prof.dr. R. de Jong, prof.dr. W.H. Brouwer

Faculteit: Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Grote individuele verschillen in geheugenfuncties van ouderen

Mark Dekker deed onderzoek naar de effecten van ouder worden op cognitieve controlefuncties. Het blijkt dat ouderen als groep op cognitieve taken slechter presteren dan jongeren als in de taak interne controle van cognitieve processen van belang zijn, zoals bij prospectief geheugen, het switchen tussen taken en bij het remmen van automatische response. Binnen de groep ouderen zijn echter grote individuele verschillen. Sommige ouderen doen het net zo goed als jongeren en sommige ouderen doen het heel slecht. Deze resultaten impliceren dat bij studies naar cognitieve veroudering het onderzoeken van groepsgemiddelden niet volstaat. Een meer praktische implicatie in het licht van de arbeidsmarkt, pensioenleeftijden en lage geboortecijfers, is dat, als het om cognitief werk gaat, louter de leeftijd van een individu niet een betrouwbare indicator is van (achteruitgang in) kwaliteit van arbeidspotentieel.

In de eerste twee studies onderzocht Dekker bij groepen met jongere en oudere proefpersonen het prospectief geheugen (het onthouden van een in de toekomst uit te voeren taak) en het switchen tussen verschillende taken. In de derde studie onderzocht hij de relatie tussen verschillende cognitieve controle functies bij meerdere leeftijdsgroepen, waarbij hij rekening hield met andere cognitieve aspecten zoals snelheid van informatieverwerking en intelligentie. In alle drie studies werden leeftijdseffecten op cognitieve controle gevonden. Twee bevindingen waren overeenkomstig in de drie studies. Maten die veelal worden gebruikt als 'pure' metingen van snelheid van informatieverwerking lijken niet onafhankelijk te zijn van cognitieve controle processen. Ten tweede bleek in alle drie studies grote heterogeniteit te bestaan in cognitief functioneren bij de oudere leeftijdsgroepen. Dit impliceert dat bij studies naar cognitieve veroudering het onderzoeken van groepsgemiddelden niet volstaat en dat de leeftijd van een individu niet een goede indicator is voor (achteruitgang) in cognitief functioneren.

Mark Dekker (Wolvega, 1972) studeerde psychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen en deed zijn promotieonderzoek bij de afdeling Experimentele & Arbeidspsychologie van de RUG. Het onderzoek werd gefinancierd door NWO. Sinds 2004 werkt Dekker bij GGZ Friesland als adviseur zorg, vooral op het gebied van preventie van psychische stoornissen.

Laatst gewijzigd:20 juni 2024 07:36
View this page in: English

Meer nieuws

  • 05 november 2024

    Hebben ouders invloed op de roze of grijze bril van hun kinderen?

    Hoe ontstaat een positieve blik eigenlijk? In hoeverre is opvoeding hierbij van belang? En welke rol speelt optimisme eigenlijk in het dagelijks leven van ouders en kinderen? Charlotte Vrijen probeert een antwoord te vinden op deze vragen. Ze doet...

  • 10 september 2024

    Steeds weer de verkeerde

    Julie Karsten onderzoekt hoe ervaringen met seksueel grensoverschrijdend gedrag de online partnerkeuze van jongeren beïnvloeden. Ze richt zich vooral op de vraag of mensen die eerder ‘dader’ of ‘slachtoffer’ zijn geweest elkaar opzoeken. Door deze...

  • 09 september 2024

    Mensen met psychose vaak slachtoffer van geweld

    Mensen met een psychose worden veel vaker slachtoffer van geweld en criminaliteit dan de algemene bevolking. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Bertine de Vries, dat zij op 19 september verdedigt aan de Rijksuniversiteit Groningen.