‘Diversiteit maakt wetenschap beter’
Hannah Dugdale doet niet alleen biologisch onderzoek naar veroudering, ze brengt ook in kaart hoe het is gesteld met de diversiteit in de wetenschap. Voor dat laatste kreeg ze eind 2024 een van de twee jaarlijkse Athena Awards toegekend, een NWO-prijs voor succesvolle en inspirerende vrouwelijke onderzoekers die een rolmodel zijn voor anderen Dugdale: ‘Diversiteit in je onderzoeksgroep verbetert de kwaliteit van het werk.’
Tekst: Nienke Beintema
Diversiteit, gelijkheid en inclusie in de academische wereld zijn niet alleen belangrijk om ethische redenen, of iets om na te streven uit plichtsbesef of voor je reputatie, stelt Hannah Dugdale. ‘Mensen met verschillende achtergronden brengen verschillende ervaringen en perspectieven mee,’ zegt ze, ‘wat vaak leidt tot nieuwe ideeën en invalshoeken.’

Dit is niet een onderwerp waar Dugdale enkel in haar eentje over nadenkt. Ze werkt hard aan een bredere acceptatie van dit idee in de academische wereld. Ze analyseert diversiteitscijfers, publiceert over haar bevindingen, geeft lezingen en probeert zelf een zo breed mogelijk spectrum aan promovendi te werven voor haar eigen Groningse onderzoeksgroep. Dit is het werk waarvoor ze de Athena Award 2024 van NWO kreeg – en dit is waar ze het prijzengeld van 50.000 euro voor gaat gebruiken. ‘We willen in een proefproject gaan bekijken hoe we meer promovendi uit ondervertegenwoordigde groepen kunnen aantrekken, en hoe we hun zichtbaarheid in de academische wereld kunnen vergroten.’
Is diversiteit altijd een belangrijk thema voor je geweest?
‘Niet echt, om eerlijk te zijn. Het begon toen een collega van mij, Julia Schroeder – die in Groningen promoveerde en nu aan het Imperial College in Londen werkt – me wees op de lijst van uitgenodigde sprekers op een prestigieuze conferentie waar ze was geweest. De overgrote meerderheid was man. We zeiden tegen elkaar: “We zijn wetenschappers, dus dit moeten we onderzoeken.” We besloten de congrescatalogi van de afgelopen elf jaar te bekijken. Het bleek dat maar vijftien procent van de uitgenodigde sprekers vrouw was, terwijl over de gehele linie van mid-career-onderzoekers ongeveer eenderde vrouw is. We hebben hier samen een artikel over gepubliceerd. De conclusie is eigenlijk zorgwekkend, want uitgenodigd worden als spreker verbetert je zichtbaarheid. Het helpt je om je netwerk uit te breiden, een baan te krijgen en financiering aan te trekken. Dus een lager percentage vrouwelijke uitgenodigde sprekers is iets wat zichzelf in stand houdt.’
Doe je dit soort onderzoek in je vrije tijd?
‘Over het algemeen wel, ja. Het is echt mijn persoonlijke interesse. En mijn vaste overtuiging dat de wetenschap te lijden heeft van een gebrek aan diversiteit. Daarom vind ik het winnen van deze prijs zo’n enorme erkenning van het feit dat dit belangrijk is. En het helpt me om aan dit onderwerp te blijven werken, naast mijn andere onderzoek.’
Waar gaat jouw onderzoek over?
‘Ik ben evolutiebioloog. Ik bestudeer de mechanismen achter veroudering, en waarom er zulke grote individuele verschillen zijn als het gaat om veroudering. Hier in Groningen proberen we te ontdekken welk deel van de variatie die we zien genetisch is, en welk deel gerelateerd aan omgevingsfactoren.’

Hoe onderzoek je dat?
‘We kijken naar grote datasets over mensen, bijvoorbeeld van het langlopende Lifelines-programma (een groot, multidisciplinair cohortonderzoek dat de gezondheid van meer dan 167.000 deelnemers in Noord-Nederland jarenlang volgt, red.). En we kijken naar vogels met interessante sociale structuren, zoals de seychellenzanger. We bestuderen een complete, geïsoleerde populatie op de Seychellen, waarin de meeste vogels zijn gekleurringd waardoor we ze individueel kunnen herkennen en precies weten hoe alle vogels aan elkaar verwant zijn.’
Is daar al iets uitgekomen?
‘De seychellenzanger is een zeer langlevende soort, met individuen die wel twintig jaar oud kunnen worden. We ontdekten dat naarmate moedervogels jonger zijn, ze dochters krijgen die langer leven – en daardoor meer kleinkinderen produceren – dan de dochters die ze krijgen als ze ouder zijn. Het gebeurt niet vaak dat wetenschappers dit kunnen aantonen gedurende de levensduur van individuele moedervogels. Veel studies vergelijken alleen jonge versus oude ouders, maar dat kan een vertekend beeld geven: verderop in een vogelleven is er in feite al geselecteerd op ‘betere’ individuen, doordat individuen van mindere kwaliteit eerder doodgaan en dus wegvallen uit je onderzoek.’
De kortere levensduur van nakomelingen van oudere ouders staat bekend als het Lansing-effect, merkt Dugdale op. ‘Het is zorgwekkend voor mensen, aangezien die zich tegenwoordig steeds later voortplanten. We weten nog steeds niet wat dit effect veroorzaakt. Het is erg ingewikkeld.’
Nog even over die diversiteit in de wetenschap… Hoe werk je daaraan in je eigen onderzoeksgroep?
‘Dat is ook een uitdaging!’ Dugdale lacht. ‘Ten eerste benadrukken we altijd in onze vacatureteksten hoeveel waarde we hechten aan diversiteit. En ik weet zeker dat sommige mensen in mijn groep hebben gesolliciteerd omdat ze wisten dat diversiteit hier een belangrijk thema is. Maar in de bredere academische wereld moet er nog veel gebeuren. Nog steeds is maar 29 procent van de hoogleraren in Nederland vrouw. Het is geweldig dat universiteiten die vooruitgang nu documenteren.’

Welke mogelijkheden zie je nog meer?
‘Er zijn veel kleine, simpele dingen die heel effectief kunnen zijn. Nodig bijvoorbeeld bij congressen een evenwichtige verhouding aan sprekers uit. En zorg ervoor dat er rolmodellen onder de sprekers zijn: mensen waar vrouwen, vooral jongere vrouwen, tegenop kunnen kijken. En kijk kritisch naar de manier waarop wetenschap wordt onderwezen en in beeld gebracht op scholen. Worden wetenschappers bijvoorbeeld altijd afgeschilderd als gekke, grijze mannen in een labjas? De houding van meisjes en vrouwen tegenover wetenschap, technologie en wiskunde is cultureel bepaald en dat begint al op zeer jonge leeftijd. Kleine stappen in onze eigen labs kunnen ook een verschil maken. Wees je bewust van culturele verschillen in je groep en creëer een cultuur waarin mensen zich vrij voelen om open met elkaar te praten. Benoem eventuele problemen. Kortom, maak van je groep een fijne plek waar mensen zich veilig en gerespecteerd voelen. Er is al vele malen vastgesteld: diversiteit leidt tot betere wetenschap – en daarvan profiteert de universiteit, maar ook de maatschappij als geheel.’
Hannah Dugdale (1977) studeerde biologie in Cambridge en Oxford en promoveerde aan die laatste universiteit. Ze kwam voor het eerst naar Groningen in 2009 als NWO Rubicon Fellow en keerde hier terug in 2011 en 2015 met aanvullende onderzoeksbeurzen. Tussendoor werkte ze via de Natural Environment Research Council (NERC) in Sheffield en als universitair hoofddocent in Leeds. In 2020 werd Dugdale benoemd tot hoogleraar Evolutionary Medicine in Groningen. Ze bestudeert de evolutie van individuele verschillen in veroudering.
Dit artikel is onlangs verschenen in ons alumnimagazine Broerstraat 5.
Meer informatie
Laatst gewijzigd: | 31 maart 2025 15:11 |
Meer nieuws
-
01 april 2025
Nieuw kiesstelsel NSC kan ongewenste gevolgen hebben
Het nieuwe kiesstelsel, voorgesteld door minister Uitermark (NSC), kan mogelijk het fundamentele principe van evenredige vertegenwoordiging ondermijnen. Dat stelt hoogleraar Davide Grossi van de Rijksuniversiteit Groningen.
-
01 april 2025
‘AiNed’ Groeifonds subsidie voor versnellen invoering AI bij mkb-bedrijven
Professor Ming Cao ontvangt een Groeifondssubsidie van EUR 2,4 miljoen voor onderzoek dat bij gaat dragen aan het sneller invoeren van AI bij mkb-bedrijven in de technische industrie in Nederland.
-
31 maart 2025
Groene plastics: we weten hoe het moet
Wetenschappers van de RUG hebben nieuwe manieren ontwikkeld om groene plastics te maken, maar het is lastig om die tegen concurrerende prijzen te produceren.