Gebruik dermatoscoop door huisarts waardevol bij verdachte plekjes
Huidkanker komt steeds vaker voor en daardoor zien huisartsen in hun praktijk steeds vaker patiënten met verdachte plekjes. De dermatoscoop lijkt voor het onderzoeken van verdachte plekjes op de huid een waardevol instrument te zijn voor de huisarts. Het leidt tot minder doorverwijzingen en minder onnodig weggesneden plekjes. Dit blijkt uit onderzoek van huisarts-in-opleiding Cecile Koelink van het UMCG. Zij pleit er voor dat deze diagnostiek een grotere plaats krijgt in de huisartsopleiding. Koelink promoveert op 10 maart op de bevindingen van haar proefschrift aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Volgens de huidige schattingen krijgt één op de zes Nederlanders op een zeker moment huidkanker. In Nederland worden de meeste ‘verdachte’ huidafwijkingen eerst door de huisarts beoordeeld. Gemiddeld wordt een huisarts hiervoor zo’n 6 tot 7 keer per week geraadpleegd. De verwachting is dat het aantal consulten bij de huisarts de komende tijd nog verder zal toenemen. Toch heeft de huisarts weinig tot geen goed onderzochte instrumenten voor het onderzoek van deze ‘verdachte plekjes’.
Koelink ging na of het gebruik van een dermatoscoop door een huisarts zinvol kan zijn bij het onderzoek van verdachte plekjes en bij de diagnose. Een dermatoscoop is een soort vergrootglas waarmee men door de bovenste laag van de huid heen kan kijken. Hierdoor kunnen structuren worden gezien die normaal met het blote oog niet te zien zijn. Dermatologen maken standaard gebruik van een dermatoscoop.
Uit haar onderzoek blijkt dat een dermatoscoop een waardevolle toevoeging is voor de huisarts. Koelink concludeert dat het gebruik er toe kan leiden dat minder vaak een patiënt moet worden doorverwezen naar de ziekenhuisspecialist. Verder zorgt het gebruik er voor dat minder vaak onnodig een verdacht plekje wordt weggesneden door de huisarts.
Gezien deze resultaten pleit Koelink er voor dat er goede richtlijnen voor de diagnostiek komen. Tevens is zij er voorstander van dat er in de opleiding tot (huis)arts meer aandacht komt voor deze veelvoorkomende en mogelijk kwaadaardige huidafwijkingen.
Cecile Koelink (Den Bosch, 1983) studeerde Geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij verrichtte haar onderzoek bij de afdeling Huisartsgeneeskunde van het UMCG. Haar onderzoek werd mogelijk gemaakt door bijdrages van SBOH en ZonMW. De titel van haar proefschrift is ‘Diagnosing skin cancer in general practice’. Zij volgt momenteel de specialisatieopleiding tot huisarts.
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 02:18 |
Meer nieuws
-
25 november 2024
Liekuut | Geef jongeren een culturele hangplek én een stem
Jongeren weten heel goed wat ze op cultureel gebied zouden willen zien en horen, alleen vertaalt zich dat nog niet altijd naar de programmering door culturele instellingen. Volgens Johan Kolsteeg, universitair docent kunstwetenschappen en bestuurslid...
-
21 november 2024
NWA subsidie voor onderzoek om klimaatbeleid te verbeteren
Michele Cucuzzella en Ming Cao zijn partners in het onderzoeksprogramma 'Behavioural Insights for Climate Policy'
-
18 november 2024
Groter dan femicide alleen - de rol van gender in geweld
In de media en in de politiek is er steeds meer aandacht voor femicide. Zo is er een wetsvoorstel om psychisch geweld strafbaar te stellen. Martina Althoff, universitair hoofddocent Criminologie, juicht dat toe, maar is tegelijkertijd ook kritisch....