Adaptation after mild traumatic brain injury
Promotie: | dr. H.J. van der Horn |
Wanneer: | 21 juni 2017 |
Aanvang: | 12:45 |
Promotors: | prof. dr. J. (Joukje) van der Naalt, prof. dr. J.M. (Joke) Spikman |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
Herstel na licht traumatisch hersenletsel hangt af van structuur en functie hersennetwerken
In Nederland bezoeken ieder jaar zo’n 85.000 mensen de spoedeisende hulp van het ziekenhuis nadat ze licht traumatisch hersenletsel hebben opgelopen. De een herstelt snel, de ander ervaart soms zelfs jaren later nog klachten. UMCG-neuroloog in opleiding Hans van der Horn stelt vast dat microbloedingen op een MRI-scan niet kunnen voorspellen of patiënten met licht traumatisch hersenletsel wel of niet klachten ervaren. Dat zou kunnen betekenen dat psychologische factoren meer van belang zijn. Voor psychologische aanpassing na licht traumatisch hersenletsel is volgens hem vooral de functie van de executieve hersennetwerken van belang.
Artsen spreken van een licht traumatisch hersenletsel als een patiënt na bijvoorbeeld een klap op het hoofd of een val korte tijd (maximaal 30 minuten) het bewustzijn is verloren en/of last heeft van een periode van geheugenstoornissen die maximaal 24 uur duurt. Patiënten klagen na het ongeval vaak over hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid, concentratieproblemen en vergeetachtigheid. Op basis van een studie met diffusie gewogen MRI, waarmee de verspreiding van watermoleculen in de hersenen gemeten kan worden, concludeert Van der Horn dat structurele netwerken nauwelijks worden aangetast door het trauma, maar dat de gevoeligheid om klachten te ontwikkelen wel samenhangt met netwerkconnectiviteit.
In een andere studie liet Van der Horn 32 patiënten met en 20 patiënten zonder klachten twee tot vier weken na het ongeval, en 20 gezonde proefpersonen een werkgeheugentaak uitvoeren. Hoewel alle groepen vergelijkbaar presteerden, lieten functionele MRI-beelden bij patiënten zonder klachten een sterkere deactivatie zien van het ‘default mode netwerk’ (DMN) – een hersennetwerk dat in verband wordt gebracht met naar binnen gerichte mentale processen, zoals nadenken over het verleden of de toekomst. De promovendus oppert dat factoren die losstaan van het ongeval, zoals emotieregulatie en persoonlijkheidsfactoren, bepalend zijn voor het optreden of uitblijven van herstel na licht traumatisch hersenletsel. Hij stelt voor om dit hersennetwerk te gebruiken om die patiënten te selecteren die waarschijnlijk blijvende klachten zullen ontwikkelen.
Hans van der Horn (1985) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek binnen het onderzoeksinstituut BCN van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Het onderzoek werd gefinancierd door de Hersenstichting. Van der Horn is nu neuroloog in opleiding in het UMCG. De titel van zijn proefschrift is: “Adaptation after mild traumatic brain injury: The role of structural and functional brain networks”.