Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Medische Wetenschappen
University Medical Center Groningen

Pelvic organ prolapse

Conservative treatments in primary care
Promotie:Mw. M. (Marian) Wiegersma
Wanneer:15 maart 2017
Aanvang:16:15
Promotor:prof. dr. M.Y. (Marjolein) Berger
Copromotor:dr. J.H. (Janny) Dekker
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Pelvic organ prolapse

Pessarium en bekkenbodemfysiotherapie soms effectief bij verzakking

Vrouwen met een milde verzakking kunnen soms baat hebben bij bekkenfysiotherapie. Bij een gevorderde verzakking kan in sommige gevallen een goedkoper alternatief, een pessarium, ook effectief zijn. Dat concluderen Chantal Panman en Marian Wiegersma, die gezamenlijk een proefschrift schreven over dit onderwerp (dubbelpromotie). Vooral als vrouwen daadwerkelijk klachten hebben door de verzakking, kan behandeling effect hebben.

Een verzakking - of urogenitale prolaps – is een veelvoorkomende aandoening waarbij de wanden van de vagina of de baarmoeder verzakken. Dit komt veel voor, vooral bij oudere vrouwen. Door angst of schaamte en gebrek aan kennis bespreken vrouwen deze klachten niet altijd met hun huisarts. Toch zijn er wel behandelingen, zonder dat direct een operatie nodig is. Panman en Wiegersma onderzochten het effect van behandelingen die door de huisarts toegepast kunnen worden.

De onderzoekers maakten onderscheid tussen twee groepen vrouwen: vrouwen met een milde verzakking en vrouwen met een matige tot ernstige verzakking. Bij de vrouwen met een milde verzakking kreeg een deel van de groep bekkenfysiotherapie, terwijl de rest moest afwachten en geen therapie of adviezen kreeg. Ruim de helft van de groep die bekkenfysiotherapie kreeg, gaf aan dat de klachten verbeterden, terwijl van de groep die geen therapie kreeg maar 13%  van de vrouwen verbetering merkte. Vooral vrouwen die bij aanvang van het onderzoek al meer klachten hadden, merkten verbetering. Uiteraard is niets doen wel goedkoper dan bekkenfysiotherapie, maar vrouwen die de therapie ondergingen hadden weer minder kosten aan incontinentiemateriaal.

Bij de groep met een matige tot ernstige verzakking keken de onderzoekers naar het verschil tussen twee behandelmethoden: bekkenfysiotherapie of plaatsing van een pessarium (steunring). De onderzoekers concluderen dat het verschil tussen beide behandelingen meestal heel klein is. Bij sommige specifieke klachten is een pessarium effectiever. Bovendien is een pessarium goedkoper. Een pessarium geeft echter wel meer bijwerkingen. De onderzoekers concluderen dat er meer onderzoek onder subgroepen van vrouwen nodig is om beter te kunnen bepalen in welke gevallen welke therapie het beste kan worden voorgeschreven.

Chantal Panman (1986) studeerde geneeskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en Marian Wiegersma (1986) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij verrichtten hun onderzoek de afdeling Huisartsgeneeskunde van het UMCG en valt binnen de onderzoekslijn buik-bekkenonderzoek. De studies zijn gefinancierd door ZonMw, het programma Alledaagse ziekten. Beiden zijn huisarts in opleiding bij SBOH.