Theologie & Religiewetenschappen

Tijdens de eenjarige master Theologie en Religiewetenschappen ontdekte ik opnieuw de schoonheid van onderzoek, en mede door het enthousiasme van de docenten wilde ik zelf onderzoeker worden. Daarom ben ik van de reguliere eenjarige master overgestapt naar het Research Master's (ReMA) programma. Hierdoor kon ik dieper ingaan op alle aspecten waar ik van hield, zoals oude religies, talen en culturen.

De aanvullende vakken binnen de research master gaan allemaal over hoe je onderzoek moet doen. Je gaat ook zelf onderzoeksvoorstellen schrijven. Tijdens het schrijven van je scriptie wordt er ook van je verwacht om een PhD-voorstel te schrijven. Ik heb geleerd om mijn eigen project te organiseren en hierbij vooruit te plannen, twee vaardigheden die vaak worden onderschat. De ReMA stelt studenten in staat hun eigen interesses na te streven, via een reeks van meerdere onderzoeksstages. Studenten worden verwacht deze stages zelf te organiseren. Die vrijheid kan overweldigend zijn, maar het leert je wel om evenementen en deadlines strategisch te plannen. Een andere waardevolle vaardigheid die ik heb geleerd tijdens mijn ReMA, is het schrijven van artikelen en papers. Dit heeft me niet alleen geholpen om academische papers te schrijven, maar ook om helder te schrijven wanneer ik communiceer met niet-academici of zelfs met middelbare scholieren.

Wat ik het meest waardeerde aan het masterprogramma was de vrijheid om mijn eigen (onderzoek)interesses na te streven. Dit stelde mij in staat om mijn favoriete onderwerp vanuit verschillende invalshoeken te bekijken en om mij te verdiepen in het begrip van het gekozen onderwerp, wat resulteerde in diverse discussies in tijdens college. Hoewel ik de voorkeur gaf aan het schrijven van papers over oude talen en culturen, hielpen discussies met bijvoorbeeld antropologen mij ook in mijn studie.

Bovendien bood de vrijheid van de onderzoeksstages ons als ReMA-studenten de mogelijkheid om de academische wereld buiten de faculteit in Groningen te verkennen en ons (wetenschappelijke) netwerk op te bouwen en uit te breiden. In mijn geval kon ik mijn kennis over (Griekse) papyrologie, Aramese en Akkadische taalkunde en oude wetgeving op de Universiteit Leiden verder uitbreiden.

De master is niet alleen erg interessant voor degenen die een PhD willen behalen, maar ook voor studenten die hun onderzoeksvaardigheden willen verbeteren en hun kennis over hun vakgebied willen verdiepen. Tijdens deze master richt je je niet alleen op het verwerven van kennis, maar leer je ook intrinsieke vaardigheden die nuttig zijn voor elke andere carrière. Op dit moment werk ik als docent aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar ik college geef over Koinè en Nieuwtestamentisch Grieks, en als docent Griekse en Latijnse taal en cultuur op een middelbare school in Friesland.

Ik wilde meer weten over nieuwe religieuze stromingen en de classificaties van niet-reguliere religies, en daarom besloot ik na de bachelor Religiewetenschappen de research master in Theologie en Religiewetenschappen te gaan doen. Deze opleiding geeft me de ruimte en vrijheid om echt de diepte in te gaan en de onderwerpen te verkennen die ik het meest interessant vind. Het is ook mijn doel om te promoveren; het doen van de onderzoeksmaster is een goede voorbereiding op een academische carrière.

Ik vind de opleiding nog leuker nu ik weet hoeveel vrijheid je hebt als student. Afgezien van een aantal verplichte vakken, zoals Academische Vaardigheden, heb je de mogelijkheid om je eigen vakkenpakket samen te stellen en extracurriculaire activiteiten zoals conferenties, summer schools en workshops te kiezen. Daarnaast mag je je eigen ideeën met betrekking tot de werkcolleges en stages naar voren brengen. Hierdoor kan ik echt activiteiten kiezen die goed aansluiten bij mijn onderzoeksonderwerp. Ik voel me ook erg gesteund door mijn persoonlijke mentor en de andere professoren die me in dit programma begeleiden. Ik kan altijd bij iemand aankloppen met vragen of als ik advies nodig heb over bijvoorbeeld een artikel dat ik wil schrijven of een activiteit waar ik aan wil deelnemen.

Ik heb de specialisatie track Religion, Conflict, and Globalization gekozen omdat deze track het beste bij mijn onderzoeksinteresse past. In mijn onderzoek richt ik me veel op de vooroordelen die er zijn rondom nieuwe religieuze bewegingen. Ik richt me vooral op de effecten die woorden als 'culten', 'sektes' en 'alternatieve spiritualiteit' hebben op de individuen die deel uitmaken van nieuwe religieuze bewegingen. Het is algemeen bekend dat het vooroordeel bestaat dat veel 'sektes' - een woord dat ik in mijn onderzoek liever vermijd - gewelddadig zijn en dat leden van deze groepen worden gehersenspoeld. Met mijn onderzoek probeer ik beleid te ontwikkelen dat het begrip tussen individuen van nieuwe religieuze bewegingen en leden van de bredere (meestal christelijke) samenleving, zoals politici en overheidsfunctionarissen, kan versterken en positief kan ontwikkelen. Vakken zoals Religion, Violence, and Conflict Transformation van dr. Joram Tarusarira passen goed bij dit onderwerp en voorzien mij van de nodige achtergrondinformatie.

Ik heb voor het Research Master (ReMa)-programma Theologie & Religiewetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen gekozen omdat ik al twee vakken aan deze faculteit had gevolgd als onderdeel van een minor voor mijn bachelor Psychologie aan de RUG. Dat vond ik een fantastische ervaring omdat mijn docenten en medestudenten zo kritisch en enthousiast betrokken waren bij hun onderwerpen en de mensen om hen heen.

Mijn keuze voor dit programma is dus vooral gebaseerd op de faculteit, de docenten, de academische uitgangspunten, de bereidheid om gevoelige onderwerpen te bespreken en de productieve leeromgeving. Wat religiewetenschappen verder voor mij uniek maakt, is dat de interdisciplinaire aanpak niet kunstmatig hoeft te worden gecreëerd, maar vanzelf ontstaat door een gemeenschappelijke interesse in het onderwerp, in plaats van in de methode.

Een van de redenen waarom ik de specialisatie Religie, Conflict en Globalisering volg, is omdat ik geïnteresseerd ben in de manier waarop internationale of grensoverschrijdende krachten van invloed zijn op religie en zich vermengen met politieke en culturele praktijken en discussies. Bovendien bleek, toen ik aan de opleiding begon, dat deze specialisatie zich als enige mastertrack aan de RUG richt op minderheidsgroepen, migratie, gender en etniciteit.

Wat dit programma zo speciaal maakt, is de steun die je krijgt bij het ontdekken van je eigen onderzoeksinteresses en je manier van studeren. Je wordt aangemoedigd om onafhankelijk te werken en je tot op een hoog niveau bezig te houden met een onderwerp, met als resultaat dat een promotieplek niet langer een eng idee is, maar een haalbare volgende stap. Ik waardeer dit programma omdat het veel verdergaat dan alleen colleges; het is heel breed en biedt een algemeen begrip van de Europese geschiedenis, cultuur en maatschappij van de afgelopen vierhonderd jaar, inclusief de geschiedenis van kennis, gedachten en geloven, en de gelaagde dynamiek tussen wetenschap en religie die nog steeds van invloed is op de lokale en internationale politiek en praktijk en op dagelijkse situaties. Ik heb geleerd om kritisch na te denken en te discussiëren over onderwerpen en om een perspectief te kiezen zonder te bepalen welke antwoorden waar zijn en welke niet.

De grootste uitdaging is de autonomie die je als student hebt. Hoewel het programma een duidelijke, vaste structuur heeft, wordt als ReMa-student van je verwacht dat je je eigen vakken plant, je eigen mentor en ondersteuning regelt en je eigen stages organiseert. Het is heel belangrijk om de juiste balans te vinden! Als onderdeel van mijn stage mocht ik dit collegejaar twee presentaties geven tijdens de jaarlijkse conferentie van de European Association for the Study of Religions in Estland. Bovendien heb ik geholpen bij de organisatie van een symposium in Berlijn en ben ik naar Rome geweest voor een masterclass van prof. Birgit Meyer aan het Koninklijk Nederlands Instituut.

De Research Master Theologie en Religiewetenschappen is in veel opzichten het meest veeleisende en lonende Masterprogramma dat we aanbieden. Je specialiseert je in een specifiek onderzoeksgebied en krijgt daarnaast een intensieve 'algemene' academische training. Deze combinatie zal een belangrijke pijl op je boog worden; het kunnen verbinden van je kernexpertise met verschillende onderzoekstradities is een waardevolle vaardigheid, waar je je talenten ook wilt gaan toepassen.

In het Research Master programma doceer ik het vak Philosophy of Science in the Study of Religion and Culture samen met Professor Kocku von Stuckrad en Dr. Joram Tarusarira. Het is een van de vakken waarin je 'algemene' training krijgt.

Mijn eigen onderzoeksinteresses liggen in het historische en filosofische deel van het curriculum. Ik ben geïnteresseerd in de rol van religie in ethisch en politiek denken en, in bredere zin, in de ideeëngeschiedenis. Zo heb ik me beziggehouden met het veranderende gezicht van de deugdenethiek, van de oude Griekse en Romeinse filosofie tot aan het gebruik vandaag de dag in politieke verkiezingsprogramma’s.

Momenteel ben ik geïntrigeerd door de veranderende omgang met troost in de westerse cultuur. Terwijl filosofen en theologen in het verleden troostbrieven schreven en verhandelingen over hoe je de rouwenden kunt troosten, staat die cultuur met een heel argumenterende benadering van dood en sterven onder druk. Wat kan deze ontwikkeling ons vertellen over de rol van religie, over veranderende ideeën over het zelf, de rede, emotie en menselijke vervulling? Lang verhaal kort: troost is een te weinig bestudeerde maar fascinerende en hoogst significante culturele 'marker' voor de ontwikkeling van de westerse cultuur.

Ben jij ook geïnteresseerd in dit soort vragen? Kom eens langs voor een praatje!

Na het behalen van mijn Bachelor Geschiedenis schreef ik me in voor het Research Masterprogramma van Theologie en Religiewetenschappen. Ik koos voor een specialisatie in Religie, Conflict en Globalisering omdat ik de rol van religie in de hedendaagse wereld wilde bestuderen.

In dit programma probeer je niet het bestaan van religies te ‘bewijzen’, maar focus je op religies als fenomenen die het leven van mensen, hun identiteiten en gedrag beïnvloeden. Je wordt aangemoedigd de wereld te observeren vanuit een niet-Eurocentrisch perspectief. We mogen hier in het Westen dan seculiere staten geworden zijn, waar religie geen grote rol speelt, maar dat geldt niet voor de rest van de wereld. Mijn medestudenten hebben uiteenlopende achtergronden. Dat maakt de discussies in de klas heel interessant. Ik denk dat dit Masterprogramma niet alleen helpt om je kennis uit te breiden, maar dat je er ook persoonlijk door verandert.

Mijn scriptie richt zich op de rol van religie in internationale ontwikkelingsprogramma’s. Omdat West-Europa de internationale politiek domineert, is de ontwikkelingsagenda heel seculier en worden lokale religieuze en culturele systemen vaak niet serieus genomen. In mijn scriptie kijk ik naar religieuze NGO’s en onderzoek ik of ze in dit opzicht iets nieuws brengen. Na mijn afstuderen wil ik een PhD gaan doen om meer over dit onderwerp te leren. In de toekomst hoop ik als academicus te gaan werken of mijn eigen NGO op te richten, een NGO die probeert om de belangen en doelen van lokale gemeenschappen te dienen en niet die van politici of grote bedrijven.

Omdat ik een brede belangstelling heb voor cultuur en mensen heb ik geschiedenis, filosofie en religiewetenschappen gestudeerd. Misschien ben ik wel juist door mijn atheïstische opvoeding altijd gefascineerd geweest in wat mensen aantrekt in religie.

Na mijn afstuderen ben ik vrij snel als consultant aan de slag gegaan en in die functie heb ik bedrijven geholpen met innovatie en het verkrijgen van subsidies. Het bedrijf waar ik voor werkte had vooral economen en bedrijfskundigen in dienst en wilde graag iemand met een ander perspectief. Vervolgens heb ik een aantal jaren als projectmanager binnen de culturele sector gewerkt en daar bijvoorbeeld exposities, educatieve projecten en internationale samenwerkingsprojecten ontwikkeld en begeleid. Vervolgens was ik als subsidieverwerver werkzaam voor de Faculteit Religie, Cultuur en Maatschappij en de Faculteit Letteren van de RUG. In 2015 ben ik met hele gezin verhuisd naar Londen om daar aan de slag te gaan bij de London School of Economics als fondsenwerver.

Ik wilde na jaren van projectmanagement en subsidies ook graag weer meer met de ‘inhoud’ oftewel onderzoek bezig, maar dan wel met een onderwerp dat duidelijke maatschappelijke impact kan genereren. Daarom werk ik nu als onderzoeker en subsidieverwerver aan de Hanze en doe ik onderzoek naar social enterprises en maatschappelijke impact bij het kenniscentrum NoorderRuimte. Daarnaast leid ik ook een groot Europees project dat onderzoek verricht naar de impact van Sociaalwetenschappelijk en Geesteswetenschappelijk onderzoek.

Ik denk dat de kracht van Geesteswetenschappelijke studies vooral ligt in het reflectieve karakter, het denken in andere waarden dan alleen economische waarde en het in context kunnen plaatsen van ontwikkelingen. In mijn huidige functie verricht ik onderzoek en dat heb ik natuurlijk tijdens de researchmaster ook ontwikkeld.

Direct na mijn afstuderen werd ik aangenomen bij een landelijk traineeprogramma voor informatiemanagement. Binnen dat traineeship heb ik meerdere korte projecten gedaan bij diverse overheidsinstanties. Iemand uit mijn persoonlijke netwerk attendeerde mij op de vacature van informatiebeheerder bij de gemeente Nijmegen en halverwege mijn traineeship kon ik daar al aan de slag.

Als informatiebeheerder heb ik een hele actieve functie, waar ik veel energie van krijg. Elke dag is anders en vliegt voorbij. Door middel van training en coaching creëer ik bewustzijn met betrekking tot gevoelige informatie en hoe daarmee om te gaan. Daarnaast denk ik mee en adviseer ik over archiefopbouw, wat niet alleen cultuur-historisch, maar ook juridisch van groot belang is. Ook speelt projectmanagement een belangrijke rol: van aanbesteding tot implementatie van applicaties of nieuwe manieren van werken.

Mijn opleiding is vooral qua verworven vaardigheden nuttig geweest voor mijn functie, zoals netwerken, veel presenteren, kritisch en analytisch nadenken en vraagstukken vanuit verschillende perspectieven benaderen. Ik heb tijdens de Research Master de specialisatietrack Religion, Conflict and Globalization gevolgd. Een interessante link tussen deze opleiding en informatiemanagement heeft betrekking tot globalisering en dan specifiek digitalisering. Privacy en veiligheid worden steeds belangrijker in een wereld waarin toegankelijkheid centraal staat. Er moet dus heel zorgvuldig met informatie worden omgegaan. Aan de ene kant kan digitalisering een handig middel zijn; relevante informatie is snel beschikbaar, het biedt de mogelijkheid tot veilig en efficiënt samenwerken. Aan de andere kant manifesteert geradicaliseerd gedachtegoed zich ook digitaal op internet, informatie kan in verkeerde handen vallen, er vinden datalekken plaats en er worden cyberaanvallen gepleegd.

Mijn nevenactiviteiten tijdens mijn studie zijn enorm belangrijk geweest voor mijn huidige functie. Zo ben ik lid geweest van de opleidingscommissie en de faculteitsraad (nuttig, omdat ik nu ook veel te maken heb met advisering en beleid). Ook heb ik als masterambassadeur ervaring gekregen met voorlichten en als lid van de duurzaamheidscommissie ervaring opgedaan met evenementen organiseren en promoten.