Experiment van Asch
Als jouw vriend in de sloot springt, doe jij dat dan ook? Dit is een bekend spreekwoord dat te maken heeft met groepsdruk en het aanpassen naar groepsnormen. De meeste mensen zouden op deze vraag ‘nee’ antwoorden, want je kan immers toch zelf bepalen wat jij doet? Dit dacht psycholoog Solomon Asch ook, totdat hij verrast werd door de resultaten van zijn onderzoek.
Het experiment van Asch
Het experiment van Asch is een sociaal experiment dat is uitgevoerd in de jaren 50. In dit experiment werden er aan een groep verschillende lijnen laten zien: eerst één lijn en daarna drie verschillende lijnen. De participanten moesten daarna vertellen welke lijn van de drie lijnen even lang was als de eerste lijn.
Dit lijkt misschien heel makkelijk, en dat was ook de bedoeling. Het doel van het experiment is dat de onderzoekers wilden kijken naar het gedrag van de participant in een groep. De andere deelnemers maakten namelijk deel uit van het onderzoek en gaven expres een verkeerd antwoord op de vraag. De onderzoekers waren geïnteresseerd in hoe het antwoord van de groep het antwoord van de participant beïnvloedde. Dus, als iedereen een verkeerd antwoord geeft op een vrij makkelijke vraag, gaat een persoon hier dan in mee? Hoe makkelijk laat iemand zich beïnvloeden door de groepsnorm? Dit kan een interessant onderwerp zijn voor een profielwerkstuk en is te koppelen aan veel verschillende onderwerpen. Bijvoorbeeld heeft pestgedrag te maken met groepsdruk? Of geven jongeren vaker een positieve mening over roken of vapen om aan de groepsnorm te voldoen?
Wat kwam er uit dit experiment?
Binnen deze groepen werden in totaal 12 van dit soort kleine testjes gedaan: vragen die erg vanzelfsprekend waren of heel erg makkelijk te zien. De proefpersoon gaf telkens als laatste antwoord, dus nadat deze de antwoorden van de groep had gehoord. En wat bleek? In 75% van de gevallen is de proefpersoon minstens één keer meegegaan in het foute antwoord van de groep. Veel participanten gaven aan dat zij door de foutieve mening van de andere groepsleden aan het twijfelen raakten aan hun eigen beoordelingsvermogen. Asch vermoedde echter dat de reden voor het foute antwoord meer kwam uit de angst voor afwijzing. Hij deed het experiment opnieuw, maar dit keer noemde de groepsleden hun antwoord hardop, maar schreef de participant zijn antwoord op een briefje. De andere groepsgenoten zouden dus niet weten wat de participant zou antwoorden. In dit deel van het experiment gaf nog maar 33% van alle participanten een onjuist antwoord. Dit was voor de onderzoekers een bewijs dat mensen een verkeerd antwoord geven omdat zij bang zijn voor afwijzing van de groep.
Sociale experimenten binnen een profielwerkstuk
Dit is een voorbeeld van een sociaal experiment. Deze sociale experimenten proberen achter de reactie van mensen in bepaalde situaties te komen. Vaak worden deze situaties dan gecreëerd door de onderzoeker, zonder dat de proefpersonen de situatie van tevoren weten. Dus om een antwoord te geven op de vraag: ‘ja, als mijn vriend in de sloot springt doe ik dat hoogstwaarschijnlijk ook’.
Dit soort experimenten kan jij ook gebruiken in je profielwerkstuk. Je kunt bekende voorbeelden gebruiken om bepaalde fenomenen te verklaren, maar je kan natuurlijk ook zelf een sociaal experiment uitvoeren. Je zou dit experiment van Asch bijvoorbeeld kunnen nadoen, om te testen of jij dezelfde resultaten krijgt. Verder kan jij natuurlijk ook een zelf bedacht experiment uitvoeren. Let er wel op dat dit altijd ethisch moet gebeuren: je hebt altijd de toestemming van participanten voor hun deelname nodig en jij mag ze bijvoorbeeld ook niet fysiek ‘testen’. Vraag van tevoren altijd aan jouw begeleider of zij jouw sociale experiment goedkeuren.
Heb je vragen over een sociaal experiment of wil je tips over een experiment dat jij wil uitvoeren? Mail ons dan op gammasteunpunt rug.nl.
Laatst gewijzigd: | 08 december 2023 10:31 |