Zo leid je een onderzoeksteam
Als je een succesvolle wetenschapper wilt zijn, is het beheersen van je vakgebied pas de eerste stap. Er is namelijk heel veel dat ze je niet leren in de collegebanken, bijvoorbeeld hoe je je carrière moet opbouwen, hoe je aan geld komt of hoe je een goede groepsleider wordt. Gelukkig is er een serie boeken over die drie onderwerpen, allemaal geschreven door RUG-hoogleraar en decaan Talentontwikkeling Ritsert Jansen.
Jansen is hoogleraar Bioinformatica en heeft een sterke belangstelling voor de extra vaardigheden die onmisbaar zijn voor een succesvolle wetenschapper. De afgelopen jaren heeft hij als decaan Talentontwikkeling aan de RUG een systeem opgebouwd om wetenschappers in alle stadia van hun carrière te ondersteunen. Hij schreef ook een serie boeken: het eerste is Developing a Talent for Science (2011), daarna kwamFunding your Career in Science (2013) en nu is er Leading your Research Team in Science (2018, alle drie gepubliceerd bij Cambridge University Press).
Keuzes
Het eerste boek gaat vooral over de belangrijke keuzes die je in de eerste fase van je carrière maakt. Het tweede is precies wat de titel zegt: een gids om je te helpen onderzoeksgeld binnen te halen. Het laatste deel van de trilogie beschrijft de ontwikkeling tot groepsleider, een onvermijdelijke stap in een wetenschappelijke loopbaan. Er komt een moment waarop je jouw eigen promovendus gaat begeleiden, of een postdoc en een analist aan het werk moet houden. Dat vraagt om vaardigheden die je niet direct leert in het lab.
Hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat alle individuen die je aanneemt samen een goed team vormen? Je kunt natuurlijk gewoon de vacatures plaatsen en hopen dat het goed komt. Jansen beschrijft hoe je je eigen netwerk gebruikt om de beste kandidaten te vinden en hoe je een goede mix krijgt waardoor je groep en echt team kan worden. Het is allemaal niet heel ingewikkeld, maar de lijsten met dingen waar je aan moet denken die Jansen in het boek geeft zijn zeker nuttig.
STARR
Daarnaast legt hij uit hoe je de sollicitatiegesprekken kunt voorbereiden en uitvoeren, bijvoorbeeld met de STARR methode. Die helpt bij het beoordelen van kandidaten door ze te vragen hoe ze zijn omgegaan met een lastige Situatie, welke Taken ze uitvoerden, de Acties die ze ondernamen en de Resultaten van die acties, om ten slotte uit te komen bij de Reflectie over de hele ervaring. Het is een bekende methode, maar de beschrijving in het boek helpt je om deze ook echt te gaan gebruiken.
Na het hoofdstuk over de opbouw van een team behandelt Jansen personeelszaken. Universiteiten bieden doorgaans hulp aan op terreinen als personeelszaken in financiën via gespecialiseerde afdelingen. Jansen somt op waar dit soort professionals kan helpen. Maar er komen ook andere zaken kijken bij het leiden van een groep. Hoe zit het bijvoorbeeld met patenten en met juridische zaken? Opnieuw volgen er lijsten met punten waar je als groepsleider op moet letten.
Als je groep eenmaal lekker loopt en wetenschappelijke resultaten produceert is het tijd om na te denken over hoe je deze productie naar buiten brengt. Open Acces publiceren is op dit moment een belangrijk thema en Jansen laat zien welke opties er zijn voor dit soort ‘Open Science’. Een ander actueel thema is ‘Citizen Science’ (burgerwetenschap), waarmee het bijvoorbeeld mogelijk is om allerlei belangrijke gegevens te verzamelen. Maar het is ook een manier om de maatschappij te betrekken bij je onderzoek, wat de zichtbaarheid vergroot.
Publiciteit
Het laatste deel van het boek beschrijft de omgang met de media. Publiciteit kan belangrijk zijn voor je carrière, maar om echt media-wijs te zijn is er meer nodig dan de wetenschap dat ze je naam goed moeten spellen. Je moet investeren in media-relaties, zorgen dat je bekend bent met sociale media en een heel goed idee hebben welke boodschap je over wilt brengen.
Bij alle onderwerpen levert Jansen een heldere introductie en allerlei ideeën en doe-lijstjes plus wat oefeningen waarmee je de smaak te pakken krijgt. Het is geen boek om lekker op de bank te lezen, maar een rijke informatiebron. Je zult vermoedelijk plakbriefjes gebruiken om de pagina’s te markeren waar zaken staan die je bezighouden – de rest komt een ander keer weer van pas. De teksten zijn goed leesbaar, de vele lijstjes en oefeningen zijn helder. Niet alles zal op alle momenten nuttig of inspirerend zijn voor iedere lezer, maar er staat zo veel in het boek dat je er altijd wel iets uit kunt halen voor je functioneren in (of groei naar) de positie van groepsleider.
Het boek is via de boekhandel of online te koop voor €26,40 maar je kunt het – geheel volgens de Open Acces principes – ook gratis downloaden als pdf.
Laatst gewijzigd: | 16 mei 2019 09:15 |
Meer nieuws
-
16 december 2024
Jouke de Vries: ‘De universiteit zal wendbaar moeten zijn’
Aan het einde van 2024 blikt collegevoorzitter Jouke de Vries terug op het afgelopen jaar. Daarbij gaat hij in op zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en kijkt hij vooruit naar de toekomst van de universiteit in financieel moeilijke tijden.
-
10 juni 2024
Om een wolkenkrabber heen zwermen
In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...