Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Thema's

Ledentallen van politieke partijen

Vrijwel alle politieke partijen hebben leden, die voor hen van groot belang zijn. Via hun leden staan partijen in contact met de samenleving, wat helpt bij de opstelling van verkiezingsprogramma’s. In hun ledenbestand kunnen partijen kandidaten vinden voor de volksvertegenwoordigende organen. En met hun contributies dragen leden bij aan de inkomsten van de partij. Sinds 1970 krijgen partijen ook subsidie van de overheid. De hoogte is gebaseerd op het aantal Kamerzetels, maar sinds 2005 ook ten dele op grond van het aantal leden (waarbij dan aan bepaalde voorwaarden moet worden voldaan).

Persbericht ledentallen

Jaarlijks maakt het DNPP de ledentallen van de politieke partijen per 1 januari bekend.

Zie voor de persberichten van februari 2024 en eerder: persberichten ledentallen

ledentallen per jaar

Vanaf 1984 zijn de ledentallen opgesteld per 1 januari van dat jaar.

gezamenlijk ledental van de partijen

10 maart 2025

Figuur 1. Gezamenlijk ledental van de partijen die in de Tweede Kamer zitting hebben per 1 januari, 1950-2024
Figuur 1. Gezamenlijk ledental van de partijen die in de Tweede Kamer zitting hebben per 1 januari, 1950-2025

subsidiabele leden van de partijen

Het tweede kabinet-Balkenende besloot in 2005 bij de aanpassing van de Wet subsidiëring politieke partijen het ledental van de partijen naast hun aantal Kamerzetels als grondslag voor de bepaling van de hoogte van de overheidssubsidie op te nemen. Een belangrijk argument daarvoor was dat politieke partijen over een breed maatschappelijk draagvlak zouden moeten beschikken. In de subsidie zou daarom ‘de waardering tot uitdrukking moeten komen, voor de mate waarin een politieke partij er in slaagt om mensen aan zich te binden en bij de activiteiten van de partij te betrekken’, zo schreef eerder de Commissie subsidiëring politieke partijen in haar in 1991 verschenen rapport Waarborg van kwaliteit (p. 24).

Zo werd de maatschappelijke verankering van de partijen een doel van de subsidiëring. Er werd in 2005 een bedrag van ruim 1,85 miljoen euro ter beschikking gesteld dat moest worden gedeeld door het aantal leden van alle subsidie-ontvangende politieke partijen. Deze ‘subsidiabele’ leden dienen jaarlijks minstens twaalf euro aan contributie te betalen en te beschikken over vergader- en stemrecht in de partij. In 2020 ging het om een bedrag van € 3.289.718.

Klik hier voor een vergelijking tussen het totaal aantal aan het DNPP opgegeven leden en het totaal aantal aan het ministerie van BZK opgegeven subsidiabele leden.

Tabel 1. Subsidiabele ledentallen van de in de Eerste- en Tweede Kamer vertegenwoordigde partijen per 1 januari, 2009-2023

Partij
2023d)
2017a)
2016a)
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
50PLUS
1.478
1.728
2.676
3.574
4.430
5.249
5.735
5.125
5.345
6.071
3.199
1.289
-
-
-
BBB
10.895
2.917
b)
BIJ1
4.500
-
b)
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
CDA
27.378
27.378
30.458
31.405
32.993
34.786
37.199
37.348
40.456
42.808
44.771
47.608
51.297
53.061
54.548
CU
24.780
25.435
24.965
24.914
24.751
24.665
23.454
22.958
23.048
22.994
23.590
24.008
24.691
24.979
25.378
D66
24.615
28.152
27.121
22.665
23.273
25.239
23.738
23.557
23.674
22.309
20.958
20.984
20.873
17.735
11.604
DENK
3.233
3.503
3.352
3.137
3.329
3.409
3.093
1.055
-
-
-
-
-
-
-
FVD
61.284
58.890
46.039
43.716
19.426
20.005
-
-
-
-
-
-
-
-
-
GL
30.321
30.321
28.678
27.537
25.961
24.927
19.611
18.586
18.104
17.867
18.393
17.554
18.965
16.311
16.847
JA21
5.728
4.843
3.748c)
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
NSC e)
8.209
OPNLf)
2.927
1.008
1.009
1.047
1.078
1.121
1.121
1.117
1.117
1.123
1.123
1.150
1.152
1.151
1.144
PvdA
36.825
39.275
40.953
40.070
40.592
42.958
44.014
43.680
46.224
49.530
52.571
52.166
53.510
53.093
55.471
PvdD
25.776
24.798
19.830
19.318
17.510
16.566
12.901
11.976
11.313
11.225
11.478
11.273
11.036
9.903
7.649
SGP
28.360
28.162
28.400
28.286
29.339
29.672
30.245
29.503
29.810
29.834
29.493
27.902
27.598
27.902
26.874
SP
27.641
27.026
26.663
27.378
29.003
31.170
33.461
35.174
35.585
38.330
40.164
39.913
38.469
39.362
43.856
VVD
23.818
26.550
25.041
23.901
25.557
27.692
26.497
28.391
31.379
33.498
35.362
36.934
37.942
35.465
36.678
Volt
12.401
10.949
b)
Totaal
364.120
340.935
308.933
296.948
277.242
287.459
262.425
259.592
266.055
275.598
281.102
280.781
285.533
278.962
280.049

Bron: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

a) Voor Nederland (VNL) ontving subsidie in 2016 (1.122 leden) en 2017 (1.356 leden).
b) Geen opgave.
c) Subsidiabel ledental per 1 april 2021.
d) Belang van Nederland (BVNL) ontving subsidie in 2023 (6.358 leden).
e) Subsidiabel ledental per 1 december 2023.
f) OPNL (Onafhankelijke Politiek Nederland) was tot december 2021 bekend onder de naam OSF (Onafhankelijke Senaatsfractie).

literatuur

Gerrit Voerman en Wijbrandt van Schuur, ‘De Nederlandse politieke partijen en hun leden (1945-2010)’, in: Rudy Andeweg en Jacques Thomassen (red.), Democratie doorgelicht. Het functioneren van de Nederlandse democratie (Leiden: Leiden University Press, 2011), 203-220.

G. Voerman, ‘De ledentallen van politieke partijen, 1945-1995’, in: G. Voerman (red.), Jaarboek 1995 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (Groningen: DNPP, 1996), 192-206.

R.A. Koole en G. Voerman, ‘Het lidmaatschap van politieke partijen na 1945’, in: R.A. Koole (red.), Jaarboek 1985 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (Groningen: DNPP, 1986), 115-176.

Josje den Ridder, Schakels of obstakels? Nederlandse politieke partijen en de eensgezindheid, verdeeldheid en representativiteit van partijleden (z. pl., 2014).

Figuur 1. Ledentallen per partij per jaar, 2000-2023
Figuur 1. Ledentallen per partij per jaar, 2000-2025
Laatst gewijzigd:12 maart 2025 15:15