Harmonisatie hoogste bestuursrechtspraak en rechtsbescherming
| Promotie: | Mw. J.M.J.F. (Janneke) Jansen |
| Wanneer: | 13 februari 2023 |
| Aanvang: | 16:15 |
| Promotors: | prof. dr. E. Poelmann, prof. dr. J.N. Bouwman |
| Waar: | Academiegebouw RUG |
| Faculteit: | Rechtsgeleerdheid |
Harmonisatie hoogste bestuursrechtspraak en rechtsbescherming
Op 1 januari 1994 zijn de eerste twee delen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in werking getreden. Het tweede deel van deze wet gaat onder andere over het bestuursprocesrecht. Het primaire doel van de invoering van het algemene bestuursprocesrecht was het verbeteren van de bestuursrechtelijke rechtsbescherming. Daarnaast streefde de wetgever voor wat betreft de formele bewijsregels naar harmonisatie met het civiele procesrecht en was het de bedoeling om de bestuursrechters onderling op één lijn te krijgen.
Janneke Jansen onderzocht of de uitleg die de hoogste bestuursrechters aan de formele bewijsregels geven, aansluit bij de harmonisatiewens van de wetgever. Ook heeft zij onderzocht of deze uitleg aansluit bij de beoogde verbetering van de bestuursrechtelijke rechtsbescherming.
De uitkomst van het onderzoek is dat de uitleg van de hoogste bestuursrechters zich goed verhoudt tot de harmonisatiewens van de wetgever. Zij oordelen daarnaast in lijn met het civiele procesrecht, daar waar het karakter van het algemene bestuursprocesrecht of de Awb harmonisatie met het civiele procesrecht niet onmogelijk maakt. Ook verschilt hun uitleg onderling op hoofdlijnen niet wezenlijk van elkaar. Deze uitleg sluit echter niet altijd aan bij het uitgangspunt dat rechtsbescherming het primaire doel is van het algemene bestuursprocesrecht. De hoogste bestuursrechters stellen een belanghebbende dus niet altijd in staat om het aan hem toegekende recht op beroep effectief te kunnen afdwingen.