Opzet en toerekening bij medeplegen
Promotie: | Dhr. A. (Anne) Postma |
Wanneer: | 20 maart 2014 |
Aanvang: | 16:15 |
Promotor: | prof. dr. F. Vellinga-Schootstra |
Copromotor: | prof. mr. dr. H.D. (Hein) Wolswijk |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Rechtsgeleerdheid |
In hoeverre is de medepleger aansprakelijk voor delicten die een
overschrijding zijn van het gezamenlijk plan? In de heersende
opvatting wordt de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van de
medepleger in hoge mate begrensd door diens opzet. Volgens
promovendus Anne Postma zou echter ook de causaliteit een
belangrijke rol moeten spelen bij de afbakening van die
aansprakelijkheid.
Er is sprake van medeplegen als twee of meer personen in bewuste en
nauwe samenwerking een delict begaan. In een dergelijk geval zijn
de samenwerkende personen aansprakelijk voor alle handelingen die
worden verricht in het kader van die samenwerking. Anne Postma
richtte zich in zijn onderzoek op gevallen waarin de uitvoering van
het gezamenlijk plan afwijkt van de voorstelling die de medepleger
zich daarvan heeft gemaakt. In dat verband kan worden gedacht aan
de uitvoering van een geplande woningbraak die ontaardt in de
levensberoving van een huisbewoner, of de afgesproken moord die
uitloopt op het begaan van meerdere levensdelicten. Welke factoren
beïnvloeden de aansprakelijkheid van de medepleger voor de
overschrijding van het gezamenlijk plan door de mededader?
Vanuit deze centrale vraagstelling is medeplegen vergeleken met het
Mittäterschaft (Duitsland) en de joint criminal enterprise
(Engeland). Bij elk van de onderzochte aansprakelijkheidsfiguren
blijkt het opzet van de samenwerkende persoon een dominante rol te
spelen bij de begrenzing van diens aansprakelijkheid: voorziene (en
aanvaarde) risico’s komen voor zijn rekening. In
werkelijkheid geven samenwerkende personen zich echter lang niet
altijd rekenschap van risico’s die kleven aan de uitvoering
van het gezamenlijk plan. Dit heeft als consequentie dat de rechter
soms alleen tot een wenselijke uitspraak kan komen door zeer lage
eisen te stellen aan het bewijs van ‘opzet’. Postma zet
uiteen dat deze onwenselijke consequentie in belangrijke mate kan
worden voorkomen door de causaliteit een prominentere plaats te
geven in het aansprakelijkheidsmodel. De benadering van medeplegen
die wordt verdedigd, beoogt een betere grondslag te bieden voor de
begrenzing van de aansprakelijkheid van de medepleger.
Anne Postma studeerde Nederlands recht (Togamaster) aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Daarnaast heeft hij aan deze
universiteit het bachelorprogramma Wijsbegeerte van de sociale
wetenschappen gevolgd. Hij is als universitair docent verbonden aan
de sectie Strafrecht van de Faculteit Rechtsgeleerdheid. Het
promotieonderzoek is gefinancierd door NWO. Het proefschrift
verschijnt bij uitgeverij Wolf.