Verhalen van de doden
Chirurg, dat wilde ze als kind worden. Snijden doet Brenda Mathijssen nu niet, toch kijkt ze diep in het binnenste van de mens. Ze onderzoekt begrafenisrituelen en de betekenis die nabestaanden geven aan de dood van een dierbare. Het bracht haar in intieme situaties – tot aan het invoeren bij een crematie-oven.
Tekst: Eelco Salverda, afd. Communicatie RUG / foto's: Elmer Spaargaren
‘Wat maakt een mens tot mens – dat is wat me altijd al interesseerde. En als je wilt weten wat de mens ten diepste bezielt, dan moet je bij de dood zijn,’ verklaart Mathijssen de afslag die ze nam na haar studie Religiewetenschappen. Ze kent de gemiddelden, de statistieken, de cijfers over begrafenissen. Maar dát is niet wat ze wil weten. ‘Ik ben juist op zoek naar het individuele verhaal, naar de dingen waar mensen waarde aan hechten. De dynamiek tussen nabestaanden en uitvaartverzorger na een overlijden is heel interessant. Dan komt naar voren welke betekenis iemand heeft gehad.’ Maar hoe onderzoek je zulke privésituaties? En dat ook nog in een periode waarin nabestaanden laveren tussen wensen en onmogelijkheden, verdriet en troost, emoties en zakelijke beslissingen
Rechterhand van de uitvaartondernemer
Mathijssen liep mee met uitvaartverzorgers, hield gesprekken met nabestaanden en werkte mee bij uitvaarten. Als vreemde over de vloer komen bij iemand wiens vrouw, vader, kind een paar uur is overleden – het is geen alledaagse bezigheid. Ze is zich bewust van gevoeligheden en de invloed die haar aanwezigheid kan hebben. ‘Mensen spreken zich soms minder gemakkelijk uit als er een vreemde bij zit. En als je zegt dat je onderzoeker bent, ben je ook direct een soort autoriteit. Dan beïnvloed je het proces. De uitvaartverzorger vraagt daarom vooraf of het goed is dat er iemand meekomt die meer wil weten over uitvaarten.’ Mathijssen is ook vaak het luisterend oor waar mensen behoefte aan hebben. Want het blijft niet bij één bezoek.
Bij de crematie-oven
‘Een relatie groeit. Je bent een aantal keer bij mensen thuis, bent bij de uitvaart, blikt samen terug.’ Het leidt tot bijzondere, intieme ervaringen. Zoals die keer dat ze bij afwezigheid van een zieke uitvaartondernemer op verzoek van de familie de ceremonie leidde en hielp bij het invoeren van de kist in de crematie-oven. ‘Gelukkig stond ik er niet helemaal alleen voor: er was een draaiboek, een uitvaartspreker en de familie deed heel veel zelf. Bij zo’n persoonlijk verzoek twijfel je niet. Ik ben blij dat ik de familie toen heb kunnen bijstaan bij hun afscheid.’ Het gevaar van een te grote betrokkenheid ligt evenwel al snel op de loer.
Afstand nemen
Mathijssen is zich er van bewust dat ze niet te lang contact moet blijven onderhouden. ‘Het is voor nabestaanden niet afgelopen met de begrafenis. De doden blijven bij ons. Maar ik kan iemand niet heel lang bijstaan. Soms moet ik het contact bewust afbouwen, omwille van het welzijn van mensen. Dan help ik ze verder, naar andere personen of organisaties.’
Betoverd
Hoe ga je om met andermans leed? Raakt Mathijssen zelf nooit overmand door verdriet? ‘Ja, ik huil weleens. Het zijn persoonlijke verhalen, die je raken. Maar al met al: het is minder belastend dan ik dacht.’ Al pratend raakt ze verzonken in haar gedachten. ‘Je vergeet niemand, ik kan ze me allemaal nog zo voor de geest halen.’ Je ziet haar denken, bedachtzaam formulerend en herinneringen aan uitvaarten opdiepend. Haar ogen gaan richting het plafond, ondertussen rustig en breed gebarend met de handen. De beelden in haar hoofd worden bijna tastbaar, zwevend boven de tafel. Ze lijkt even emotioneel te worden, en kijkt verstoord als het gesprek een andere richting opgaat. Het voelt bijna oneerbiedig deze betovering te verbreken.
Dr. Dood
Dr. Dood noemt ze zich wel eens. Het is bijna koketteren met het macabere. ‘Mijn studenten hebben dat een keer bedacht en sindsdien gebruik ik het soms. Ondanks alle openheid blijft praten over de dood of emoties daaromheen lastig. Met een grapje breek je het ijs een beetje en creëer je ruimte voor een gesprek.’ Hoe reageren vreemden als ze vertelt over haar onderzoek? ‘Sommigen gaan snel over op iets anders. Anderen willen vooral eigen ervaringen met dood en verlies delen. Nee, dat is niet vervelend. Ik luister graag naar mensen.’
Symbolen en structuren
De ontkerkelijking heeft voor veel verandering gezorgd in de branche. Het is de familie die een leidende rol heeft of een toespraak houdt. Muziek, aankleding en locaties veranderen. ‘Maar een ritueel is nooit nieuw,’ zegt Mathijssen. ‘Onze oude kerkelijke uitvaarten klinken door in wat we doen.’ Ze somt de elementen op: de muziek, het levensverhaal, de waarde die we uit iemands leven kunnen halen, de boodschap die de overledene ons meegeeft, onze plek in het grote geheel. ‘De christelijke betekenis van symbolen vervaagt. Ze zijn nu voor verschillende uitleg vatbaar. Maar de vorm van een uitvaart blijft gelijk. Mensen weten wat er gaat gebeuren, dat zorgt voor saamhorigheid.’
Individualisme
Als begrafenissen de ontwikkelingen in de samenleving tonen, wat ziet Mathijssen dan? ‘Mensen hebben meer inspraak in hoe het afscheid eruit ziet. De eigen identiteit wordt meer benadrukt. Ik heb meegemaakt dat iemand in zijn zwembroek in de kist lag. Aan de andere kant zoeken mensen naar verbinding: je wilt onderdeel zijn van iets groters. Uniek, maar wel binnen gedeelde waarden.’ Het is de mens eigen: zich willen onderscheiden, zonder buiten de boot te vallen. Ook bij begrafenissen zijn onze voorkeuren minder individueel dan we wellicht denken.
Alle lijken uit de kast
De dood maakt helder wat er toe doet: een cliché, maar het klopt wel. Het vormt ook een moment van reflectie, van grote schoonmaak. Of zoals Mathijssen het passend verwoordt: alle lijken komen uit de kast. ‘Over de doden niets dan goeds, luidt het gezegde. Maar dat werkt niet bij een begrafenis. Nabestaanden willen ook nare gebeurtenissen of eigenschappen benoemen, al is het maar zijdelings. Het zorgt voor gelaagdheid van een karakter en een eerlijk beeld. Het doet recht aan de ervaringen van naasten. Want een uitvaart is er uiteindelijk ook voor hen.’ Het lijkt een emotioneel reinigingsproces, in het verlengde van de fysieke reinigingsrituelen in sommige culturen.
Een hoger doel dienen
Iedereen denkt wel eens over wat er gebeurt na de eigen dood. Sommigen hebben levensgeschiedenis en muziek al jaren klaar liggen. Waarom doen we dat? ‘Voor ouderen geldt vaak dat ze niemand tot last willen zijn. Daarnaast willen mensen hun identiteit benadrukken of tonen hoe ze waren als levende. Ze dragen als overledene hun lievelingskleding, een bril of die kenmerkende nagellak. Ook hebben mensen behoefte aan zeggenschap over de herinneringen die achterblijven. Ze willen bijvoorbeeld nog één keer een hoger doel dienen. Dat kan variëren van een financiële bijdrage leveren aan onderzoek tegen kanker tot het bijleggen van familieruzies.’
Eigen uitvaart
En haar eigen uitvaart, heeft ze daar al een beeld van? ‘Ik denk daar niet teveel over na. Naarmate ik meer zie maakt het me ook steeds minder uit. Er is geen ritueel dat me speciaal aanspreekt. Begraafplaatsen vind ik trouwens mooie plekken, die veel zeggen over onze cultuur. Dus ik wil wel begraven worden.’
Het verhaal over het leven
Ze hoopt in elk geval wel wat na te laten. ‘Ik wil graag bijdragen aan een meer open uitvaartcultuur. Bijvoorbeeld door ruimte te creëren voor een kritisch gesprek over de plaats van de dood in Nederland. We huilen binnenshuis of bij de therapeut, liggen begraven buiten de bebouwde kom, laten de uitvaart aan professionals over en vinden reclames van verzekeringen vooral ongepast. Zelfs feestdagen voor onze doden, zoals het traditionele Allerzielen, gaan aan velen voorbij. Terwijl die juist een kans bieden om na te denken: wie waren onze doden en wat hebben ze ons te vertellen? De dood is niet alleen het einde van het leven, maar vertelt verhalen over het leven.’
Meer informatie
- Brenda Mathijssen
- Brenda Mathijssen en Claudia Venhorst publiceerden onlangs Funerary Practices in the Netherlands, waarin ze kaders van de uitvaartpraktijken in Nederland schetsen.
Laatst gewijzigd: | 20 maart 2020 10:55 |
Meer nieuws
-
15 oktober 2024
Focus op zingeving en leefstijl in de psychiatrie: Oratie Rogier Hoenders
Focus op zingeving en leefstijl in de psychiatrie met nieuwe leerstoel RUG
-
09 juli 2024
Nieuwe mastertrack vanaf september 2025 in Groningen: Antropologie van Religie en Cultuur
Met trots maakt de Faculteit Religie, Cultuur en Maatschappij bekend dat het vanaf collegejaar 2025-2026 zal starten met de nieuwe mastertrack Antropologie van Religie en Cultuur. Deze masteropleiding stelt studenten in staat om vitale...
-
29 mei 2024
Europese samenwerkingsmasters behoren tot de top
Op 27 mei werd door het EACEA in Brussel gevierd dat 20 jaar geleden de eerste Erasmus Mundus Masters van start gingen.