Geen kritische periode voor het leren van grammatica
Taalwetenschappers van de Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit van Essex komen met nieuwe inzichten omtrent hersenprocessen bij leerders van een tweede taal, die pleiten tegen het bestaan van een kritische periode voor het leren van grammatica. Ze tonen dit aan met behulp van een nieuwe analysemethode van het EEG-signaal, een verzameling van hersengolven. De resultaten zijn gepubliceerd in het Open Access tijdschrift PLoS ONE.
Kritische periode?
Het is al bekend dat leerders die op jongere leeftijd beginnen met het leren van een vreemde taal een betere kans maken om deze taal goed onder de knie te krijgen dan oudere leerders. De cruciale vraag is of dit leeftijdseffect veroorzaakt wordt door een zogenaamde taalspecifieke ‘kritische periode’, d.w.z. een bepaalde leeftijdsgrens waarvoor begonnen moet worden met het leren van een tweede taal om het niveau van een moedertaalspreker te bereiken. Het idee achter een dergelijke kritische periode is dat er een beperkte periode zou kunnen bestaan waarin het brein ontvankelijk is voor het leren van een tweede taal. Om te bepalen of zo’n kritische periode bestaat, wordt er gekeken naar de relatie tussen de leeftijd waarop begonnen wordt met het leren van de tweede taal en het uiteindelijke niveau. Als dat niveau geleidelijk daalt met een hogere startleeftijd is dit geen bewijs voor het bestaan van een kritische periode, maar als er ineens een duidelijke daling is na een bepaalde leeftijd, dan zou dit juist wel een indicatie kunnen zijn van het bestaan daarvan.
Hoe later, hoe moeilijker
De taalwetenschappers tonen aan dat wanneer bepaalde grammaticale regels in de tweede taal anders zijn dan in de moedertaal, deze steeds lastiger onder de knie te krijgen zijn naarmate men op latere leeftijd begint met leren. Waar de reactie van het brein op een grammaticale fout bij iemand die in zijn tienerjaren is begonnen met leren vrijwel niet te onderscheiden is van die van een moedertaalspreker, laat bijvoorbeeld een leerder die op zijn dertigste begint een heel andere hersenreactie zien. Deze verandering is echter niet abrupt, maar geleidelijk en daarom pleiten de resultaten van dit onderzoek tegen het bestaan van een kritische periode in de verwerving van een tweede taal.
Nieuwe methode
Tevens laten de onderzoekers zien dat het van belang is analysemethoden te gebruiken die alle gegevens tegelijkertijd kunnen analyseren en waarbij het maken van kunstmatige groepen niet nodig is. Door de grote hoeveelheid gegevens die in een EEG-experiment verzameld wordt, zijn traditionele methoden gebaseerd op herhaaldelijk middelen. Hierbij gaan echter veel details verloren. In het huidige onderzoek zou een traditionele analyse van de gegevens zelfs leiden tot een onjuiste interpretatie, namelijk het accepteren van de aanwezigheid van een kritische periode. Wanneer de gegevens echter worden geanalyseerd met behulp van een nieuwe statistische techniek, generalized additive modeling, lijkt van een kritische periode helemaal geen sprake. De oorzaak van deze tegengestelde conclusie is dat het bij deze nieuwe techniek niet nodig is leerders op te delen in groepen aan de hand van de leeftijd waarop ze begonnen zijn met het leren van de tweede taal. In plaats daarvan kan het precieze effect van deze startleeftijd bepaald worden. Daarnaast is het bij deze techniek niet nodig gemiddeldes uit te rekenen, maar kunnen alle gegevens tegelijkertijd worden geanalyseerd. Dat houdt ook in dat deze techniek het verloop over tijd van het hersensignaal meeneemt in de analyse.
Het onderzoek is mogelijk gemaakt door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), die hiervoor een Vici-beurs toekende aan Monika S. Schmid.
Nienke Meulman, Martijn Wieling, Simone A. Sprenger, Laurie A. Stowe, Monika S. Schmid, 'Age effects in L2 grammar processing as revealed by ERPs and how (not) to study them',
PLoS ONE, 18 december 2015.
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Nienke Meulman, 050 - 363 2133 / 050 - 363 9456.
Laatst gewijzigd: | 12 maart 2020 21:40 |
Meer nieuws
-
30 januari 2025
RUG-onderzoek naar extremisme in IJsselland
Hoewel extremisme in IJsselland een beperkt fenomeen is, moet het vanwege het dynamische en veelzijdige karakter en recente maatschappelijke ontwikkelingen serieus worden genomen door bestuurders en professionals. Dat concludeert een...
-
28 januari 2025
Online èn offline spelen belangrijk voor de ontwikkeling van digitale geletterdheid bij kinderen
Kinderen tussen de 8 en 12 jaar kunnen het best spelenderwijs hun digitale geletterdheid ontwikkelen. Dat kan zowel offline als online gebeuren. Digitale media-activiteiten van kinderen, zoals het bekijken van onlinevideo’s of gamen, lijken op...
-
28 januari 2025
Artistieke ambassadeurs: het maken van kunst als onderzoeksmethode
Schilderen, schrijven, theater maken – het zijn geen activiteiten waar je als eerste aan denkt bij wetenschappelijk onderzoek. Toch is dit mogelijk aan de Rijksuniversiteit Groningen.