Eurocommissaris voor Handel prijst onderzoek Groningse economen

De Eurocommissaris voor Handel, Karel de Gucht, heeft op maandag 16 april op een conferentie in Brussel zijn lof uitgesproken voor een onderzoeksproject dat door drie economen van de Rijksuniversiteit Groningen wordt geleid. Dankzij dit onderzoek is het nu mogelijk internationale handel betrouwbaar te meten, wat van groot belang kan zijn voor (Europees) beleid.

Een van de eerste Groningse analyses laat bijvoorbeeld zien dat het handelstekort van de EU ten opzichte van China als gevolg van de nieuwe berekeningswijze met 36 procent daalt. De traditionele handelsstatistieken geven slechts een beperkt beeld van de complexe handelsnetwerken die door globalisering zijn ontstaan.

Aansluiting bij de realiteit

Eurocommissaris De Gucht besprak de nieuwe perspectieven van het Gronings onderzoek op de High-Level Conference on European Competitiveness in Brussel. De zogeheten World Input-Output Database (WIOD) die op de conferentie openbaar is gemaakt, maakt het mogelijk de gevolgen van internationale handel te meten op een manier die veel beter aansluit bij de huidige realiteit. Waar producten voorheen vaak binnen één land werden gemaakt, zijn de productieprocessen momenteel steeds meer opgesplitst in separate activiteiten, die in verschillende landen kunnen plaatsvinden. De componenten voor Apple’s iPhone bijvoorbeeld, worden grotendeels in landen als Japan en Zuid-Korea gemaakt en vervolgens naar China geëxporteerd. Daar vindt de assemblage plaats. Verschillende landen zijn dus verantwoordelijk voor de productie van het eindproduct.

‘Estafette’

Als de handelspositie van een land wordt bepaald, gaat het vandaag de dag gaat dus niet langer om de producten die een land verhandelt, maar om de losse activiteiten die het in grensoverstijgende productienetwerken uitvoert. De traditionele internationale handelsstatieken sluiten daar niet meer goed op aan. ‘Als ik de vergelijking met een estafettewedstrijd maak, kom ik tot de conclusie dat we tot nu toe alleen een medaille gaven aan de slotloper.’ Zo verwoordde Eurocommissaris De Gucht de geboekte vooruitgang. ‘De eerste lopers van een winnend team hebben echter ook een grote bijdrage geleverd. De World Input-Output Database maakt het mogelijk alle activiteiten die voorafgaan aan de productie van het eindproduct op systematische wijze in kaart te brengen. Daardoor kunnen we nu ook de prestaties van landen die veel halffabrikaten en componenten produceren op waarde schatten.’

Nieuw licht op waardering yuan, dollar en euro

De Eurocommissaris en de tweede man van de WHO (Wereld Handelsorganisatie) Alejandro Jara, gaven op de conferentie in Brussel aan dat analyses op basis van de nieuwe database onder andere nieuw licht kunnen werpen op de gevolgen van onderhandelingen over opwaardering van de Chinese munt ten opzichte van de dollar en de euro, en op de effecten van bilaterale handelsverdragen.

WIOD-slotconferentie 23 april

Het World Input-Output Database project wordt in het kader van het 7e Kaderprogramma van de Europese Commissie gefinancierd. Het wordt geleid door de Groningse economen economen Erik Dietzenbacher, Bart Los en Marcel Timmer . Het consortium bestaat uit tien Europese onderzoeksinstituten in samenwerking met internationale organisaties zoals de WTO en de OECD. Het project zal in de week van 23 april worden afgesloten met een academische conferentie in Groningen. De conferentie kent drie plenaire lezingen, verzorgd door Oxford-professor Adrian Wood, de in Oslo actieve milieu-economische onderzoeker Glen Peters en Dale Jorgenson, hoogleraar aan Harvard University.

Noot voor de pers

Meer informatie over het project, de publiek toegankelijke database en de slotconferentie: www.wiod.org of prof.dr.  Marcel Timmer , tel 050 363 3653.