Oogziekte heeft weinig invloed op functioneren hersenen
Slijtage van het netvlies (maculadegeneratie) heeft veel minder invloed op het functioneren van onze hersenen dan tot nu toe werd aangenomen. Dit is een verrassende uitkomst, die niet alleen indruist tegen de wereldwijd heersende opinie op dit gebied maar ook van groot belang is voor de behandeling van slechtziendheid. Het nieuwe inzicht blijkt uit een studie van hersenonderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen die hiervoor samenwerkten met onderzoekers uit York en Londen. Hun resultaten publiceerden zij in het gezaghebbende wetenschappelijke tijdschrift Nature Neuroscience van 28 maart 2011.
Maculadegeneratie is een vorm van slijtage van het centrale deel van het netvlies. Het netvlies is de lichtgevoelige laag van ons oog. Tot nu werd gedacht dat maculadegeneratie van invloed is op de organisatie van het hersengebied dat zich bezighoudt met het verwerken van visuele prikkels (de zogenaamde visuele hersenen). Uit eerder onderzoek was namelijk geconcludeerd dat hersencellen zich aanpassen en veranderen wanneer sprake is van maculadegeneratie. Deze conclusie was voornamelijk gebaseerd op proeven bij apen. De Nederlandse en Engelse wetenschappers wilden onderzoeken of dit idee ook opgaat voor mensen.
Uitkomsten
De nieuwe onderzoeksresultaten laten echter iets anders zien. Bij mensen met maculadegeneratie is geen sprake van verandering en aanpassing van cellen in het visuele hersengebied. Wanneer sprake is van maculadegeneratie, en dus het centrale deel van het netvlies niet goed meer functioneert, wordt ook een deel van de visuele hersenen niet meer geactiveerd. Het gaat hier om het specifieke gebied in de hersenen dat normaal gesproken de informatie van het centrale deel van het netvlies verwerkt. Het vermogen van hersencellen om zich aan te passen noemen we plasticiteit. Deze plasticiteit blijkt dus veel minder groot dan tot nu toe werd aangenomen.
De nieuwe onderzoeksresultaten laten echter iets anders zien. Bij mensen met maculadegeneratie is geen sprake van verandering en aanpassing van cellen in het visuele hersengebied. Wanneer sprake is van maculadegeneratie, en dus het centrale deel van het netvlies niet goed meer functioneert, wordt ook een deel van de visuele hersenen niet meer geactiveerd. Het gaat hier om het specifieke gebied in de hersenen dat normaal gesproken de informatie van het centrale deel van het netvlies verwerkt. Het vermogen van hersencellen om zich aan te passen noemen we plasticiteit. Deze plasticiteit blijkt dus veel minder groot dan tot nu toe werd aangenomen.Gevolgen voor therapieën
De uitkomst van het onderzoek is goed nieuws voor slechtziende en blinde mensen. De uitkomst van het onderzoek bevestigt namelijk dat de nieuwe therapieën die ontwikkeld worden om slechtziendheid en blindheid te verhelpen, zoals bijvoorbeeld in het oog implanteerbare beeldchips of stamceltherapie,goed toepasbaar zullen zijn. Er zijn namelijk geen veranderingen in de hersenen die eerst weer teruggedraaid moeten worden. Het onderzoeksresultaat vormt dus een extra stimulans voor de verdere ontwikkeling van deze nieuwe behandelingen.
De uitkomst van het onderzoek is goed nieuws voor slechtziende en blinde mensen. De uitkomst van het onderzoek bevestigt namelijk dat de nieuwe therapieën die ontwikkeld worden om slechtziendheid en blindheid te verhelpen, zoals bijvoorbeeld in het oog implanteerbare beeldchips of stamceltherapie,goed toepasbaar zullen zijn. Er zijn namelijk geen veranderingen in de hersenen die eerst weer teruggedraaid moeten worden. Het onderzoeksresultaat vormt dus een extra stimulans voor de verdere ontwikkeling van deze nieuwe behandelingen. De uitkomst van het onderzoek is goed nieuws voor slechtziende en blinde mensen. De uitkomst van het onderzoek bevestigt namelijk dat de nieuwe therapieën die ontwikkeld worden om slechtziendheid en blindheid te verhelpen, zoals bijvoorbeeld in het oog implanteerbare beeldchips of stamceltherapie,goed toepasbaar zullen zijn. Er zijn namelijk geen veranderingen in de hersenen die eerst weer teruggedraaid moeten worden. Het onderzoeksresultaat vormt dus een extra stimulans voor de verdere ontwikkeling van deze nieuwe behandelingen.Dr. Frans Cornelissen van de afdeling Oogheelkunde van het UMCG stelt: ‘De resultaten zijn belangrijk voor mensen met slechtziendheid. Over de hele wereld wordt onderzoek gedaan naar behandelingen om de functie van beschadigde delen van het netvlies te herstellen. Het is voor dit soort behandelingen van wezenlijk belang om te weten of de hersenen de informatie van het netvlies nog goed verwerken. Onze studie laat zien dat er geen reorganisatie optreedt in de visuele hersenen. Bij de toepassing van zulke nieuwe behandelingen kan er dus vanuit worden gaan dat het brein nog net zo werkt als ten tijde voor de ziekte.’
Onderzoeker Koen Haak voegt daar aan toe: ‘De resultaten zijn niet alleen belangrijk voor de behandeling van slechtziendheid, maar zijn ook belangrijk om te begrijpen hoe het zien werkt. De simulaties van slechtziendheid en de analyses die we in deze studie hebben gebruikt bieden volop mogelijkheden om de visuele hersenen in detail te kunnen gaan onderzoeken.
Onderzoekstechnieken
Voor het onderzoek, dat in York werd uitgevoerd, maakten de wetenschappers gebruik van zeer precieze hersenscans en nieuwe hoogwaardige analysetechnieken. Dankzij nieuwe en uitgebreidere meetgegevens konden zij voor het eerst zeer nauwkeurig bepalen wat de gevolgen van de oogziekte waren op het menselijk brein. De onderzoekers konden bovendien gebruikmaken van een database met gegevens van een grote groep van zowel jonge als oudere patiënten.
Maculadegeneratie
Maculadegeneratie is een aandoening van het centrale deel van het netvlies, ook wel de macula lutea of gele vlek genoemd. Bij deze oogziekte neemt de gezichtsscherpte af ten gevolge van het afsterven van de lichtgevoelige cellen in het centrale deel van het netvlies. Daardoor wordt het lezen en herkennen van gezichten bemoeilijkt. Leeftijdsgebonden maculadegeneratie is de voornaamste oorzaak van slechtziendheid bij mannen en vrouwen boven de 50 jaar. Naar schatting 18% van de mensen tussen 65 en 74 jaar lijdt in meer of mindere mate aan deze vorm van maculadegeneratie. Boven de 74 jaar loopt dit zelfs op tot 30% van de mensen. Maculadegeneratie is meestal het gevolg van een natuurlijk verouderingsproces van het oog. Er is ook een erfelijke vorm die al op jongere leeftijd kan optreden.
Zie verder het tijdschriftartikel: http://www.nature.com/neuro/journal/vaop/ncurrent/full/nn.2793.html
Noot voor de redactie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling persvoorlichting van het UMCG, bereikbaar op telefoonnummer (050) 361 22 00.
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:56 |
Meer nieuws
-
27 augustus 2024
UMCG gaat onderzoeksfaciliteiten beschikbaar stellen voor geneesmiddelenontwikkeling
Om de beschikbaarheid en effectiviteit van geneesmiddelen in Nederland te verbeteren gaat het UMCG het bedrijf G² Solutions opzetten. Dit bedrijf moet ervoor gaan zorgen dat belangrijke technologische ontwikkelingen op het gebied van DNA sequencing...
-
17 juli 2024
Veni-beurzen voor tien onderzoekers
Aan tien onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen en het UMCG is een Veni-beurs van maximaal 320.000 euro toegekend. De Veni-beurzen worden jaarlijks toegekend door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek (NWO) en zijn...
-
16 juli 2024
Geneeskunde nog altijd gestoeld op de man
Aranka Ballering onderzocht het ziektetraject dat mensen met veelvoorkomende klachten afleggen. Een van de opvallendste uitkomsten: vrouwen doorlopen gemiddeld een ander en minder uitgebreid traject dan mannen.