Zwangerschap en straling
Pregnancy and medical radiation
Engelstalige PowerPoint-presentatie over zwangerschap en straling in de medische praktijk, gebaseerd op ICRP-publicatie 84.
Het Besluit Basisveiligheidsnormen Stralingsbescherming bevat onder meer een aantal voorschriften ter bescherming van het ongeboren kind. Gezien de omvang, de man-vrouwverhouding en de leeftijdsverdeling van de groep studenten tandheelkunde die elk jaar in het kader van hun studie de cursus Toezichthouder Stralingsbescherming - tandheelkunde - basis volgen, zal het geen verwondering wekken dat er elke keer wel iemand is die zich vanwege haar zwangerschap ernstig zorgen maakt over het risico dat haar kind loopt tijdens het practicum.
Hieronder wordt een kwantitatieve schatting gemaakt van de maximaal mogelijke stralingsdosis die men tijdens de uitvoering van het practicum kan ontvangen. Het resultaat wordt vergeleken met enkele situaties die iedereen uit eigen ervaring kent. Als je het uitgereikte cursusboekje hebt bestudeerd, moet je deze schattingen zonder al te veel moeite kunnen verifiëren.
Uit de schattingen volgt dat de stralingsbelasting tijdens het practicum van deze cursus een verwaarloosbaar risico met zich mee brengt. De verhoging van de effectieve dosis valt immers in het niet bij de fluctuaties van de natuurlijke straling qua tijd en qua locatie.
Maar toch... Het is heel begrijpelijk dat een moeder zich zorgen maakt over de gezondheid van haar kind. Gelukkig wordt er tijdens het practicum gewerkt in koppels, zodat het altijd mogelijk is dat je niet zwangere practicumpartner de radioactieve bronnen hanteert, terwijl je intussen zelf op ruime afstand (kwadratenwet!) de aantekeningen verzorgt en het nodige rekenwerk verricht. Op die manier kun je de toch al kleine dosis nog verder reduceren.
Het wettelijk kader
Volgens Besluit Basisveiligheidsnormen Stralingsbescherming mag de effectieve dosis die een werknemer ten gevolge van zijn werkzaamheden ontvangt niet groter zijn dan 1 mSv per jaar. Ook de effectieve dosis die het ongeboren kind ten gevolge van de werkzaamheden van de moeder gedurende de zwangerschap ontvangt, mag niet groter zijn dan 1 mSv.
Ter vergelijking: de effectieve dosis die iedere burger in Nederland oploopt als gevolg van natuurlijke stralingsbronnen (radon, kalium, kosmische straling) bedraagt 1 à 2 mSv per jaar.
Het practicum
De sterkste radioactieve bron waarmee tijdens het practicum wordt gewerkt, bevat ongeveer 150 MBq 60Co. De bronconstante van dit radionuclide is Γ = 0,36 μSv h-1 MBq-1 m2. De werkafstand tijdens de proef bedraagt 1 meter of meer, en de tijd nodig voor de uitvoering van de proef bedraagt 2 uur of minder. De effectieve dosis die men tijdens de proef oploopt, is dus zeker kleiner dan 0,36 × 150 × 2 = 100 μSv. Dit is ongeveer 10% van de jaardosis als gevolg van natuurlijke straling.
Omdat het om een sterk gecollimeerde bron gaat, geldt bovenstaande berekening alleen als je in de directe bundel staat. Met een stap opzij kun je op een eenvoudige manier het dosistempo met een paar ordes van grootte verkleinen. De andere radioactieve bronnen waarmee op het practicum wordt gewerkt, bevatten 10000 keer zo weinig activiteit en spelen bij de dosisberekening dus geen rol.
De tandartspraktijk
De gemiddelde effectieve dosis die een patiënt ontvang ten gevolge van een intra-orale röntgenfoto, bedraagt hoogstens een paar μSv (zie: RIVM - stralingstoepassingen in de tandheelkundige praktijk). Deze dosis wordt bijna geheel veroorzaakt door de rechtstreekse bestraling van één of meer van de zes speekselklieren - met een weefselweegfactor wspeekselklieren = 0,01 - en doordat de schildklier - met een weefselweegfactor wschildklier = 0,04 - getroffen wordt door aan de kaak verstrooide röntgenstraling. De equivalente orgaandosis voor de schildklier is dus kleiner dan Hschildklier = 1 / 0,04 = 25 μSv per röntgenopname.
De afstand tussen baarmoeder en kaak is meer dan 10 keer zo groot als de afstand tussen schildklier en kaak. Op grond van de kwadratenwet zal de equivalente orgaandosis voor de baarmoeder - en dus de effectieve dosis van het ongeboren kind - meer dan 102 = 100 keer kleiner zijn dan de schildklierdosis van de moeder. Oftewel: de effectieve dosis van het ongeboren kind is veel minder dan 1 μSv per röntgenopname. Dit is ongeveer evenveel als het kind dagelijke oploopt als gevolg van natuurlijke straling.
Skiën in de alpen
De achtergrondstraling varieert in de tijd (fluctuerende zonneactiviteit), per locatie (variërende bodemgesteldheid), en met de hoogte. Zo is het stralingsniveau op 1500 m hoogte 60 nSv/h in plaats van 30 nSv/h op zeeniveau. Op 10 km hoogte - de gemiddelde vlieghoogte tijdens een trans-Atlantische vlucht - is het stralingsniveau zelfs 3 μSv/h!
Als gevolg van een skivakantie op 1.500 meter hoogte ontvangt men dus een extra effectieve dosis van 14 × 24 × (60-30) = 10000 nSv = 10 μSv.
Laatst gewijzigd: | 12 november 2020 12:41 |