ADHD and the power of generalization
Promotie: | dr. S. (Sanne) te Meerman |
Wanneer: | 20 juni 2019 |
Aanvang: | 14:30 |
Promotor: | prof. dr. H.W.E. Grietens |
Copromotor: | prof. dr. L. (Laura) Batstra |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Gedrags- en Maatschappijwetenschappen |
ADHD: Maak geen ding van druk gedrag
Wat zegt het over ons en onze cultuur dat we kinderen ‘diagnosticeren’ op basis van lastige gedragingen die we ‘symptomen’ noemen? Waarom maken we letterlijk en figuurlijk zo’n ding van druk gedrag? Abstracte begrippen tot ‘ding maken’ - in letterlijke zin - heeft een naam: reïficatie. Reïficatie kan ervoor zorgen dat we de naam die we hebben gegeven aan druk en rusteloos gedrag, ADHD, gaan aanzien voor de oorzaak van datzelfde gedrag.
Het verwarren van ‘naming’ en ‘explaining’ is slechts één manier van reïficeren. Promovendus Sanne te Meerman beschrijft er meer en toont dat er in academische studieboeken vaak reïficerend geschreven wordt over ADHD. Kleine hersenverschillen die op groepsniveau gevonden zijn, worden bijvoorbeeld veelvuldig weergegeven alsof ze zouden gelden voor ieder individueel kind met ADHD.
Dit is een misleidende generalisatie. Er zijn nooit lichamelijke kenmerken gevonden die onderscheidend zijn voor mensen met een ADHD-classificatie. Door te suggereren dat dergelijke kinderen een uniek (hersen)kenmerk delen wordt ADHD ten onrechte voorgesteld als een ziekte-entiteit die vergelijkbaar is met een neurologische aandoening.
De onjuiste suggestie dat ADHD een ziekte-entiteit in plaats van een beschrijvende classificatie is, maakt het kind probleemeigenaar en stimulerende middelen als Ritalin al snel tot ‘medicijn’. Dit is niet altijd in het belang van het kind. Het kinderrechtenverdrag, dat onder meer verplicht tot goede voorlichting, zou moeten waarborgen dat professionals beter worden geïnformeerd, onder andere over reïficatie.