Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Organisatie Wet- en regelgeving Vertrouwelijkheid, klachten, bezwaar en beroep

Gedragscode (Seksuele) Intimidatie, Agressie, Geweld en Discriminatie RUG

2009 - ex artikel 1.12 CAO NU

Preambule

Deze Gedragscode (Seksuele) intimidatie, agressie, geweld en discriminatie is een uitwerking van het streven van Cao-partijen om waarborgen te scheppen voor een goed en stimulerend werkklimaat binnen de Nederlandse universiteiten. In een goed en stimulerend werkklimaat behoren collegialiteit, respect, en aandacht voor de ander tot de normale omgangsvormen, en wordt op ongewenst gedrag alert gereageerd. Zo'n klimaat vereist een actieve bijdrage van een ieder die bij de universiteit werkzaam is: niet alleen met betrekking tot het eigen gedrag, maar ook door een waakzame houding tegenover elke vorm van ongewenst gedrag die men in de eigen werksituatie signaleert. Ongewenst gedrag behoort altijd aan de orde te worden gesteld, hetzij door de betrokkenen rechtstreeks aan te spreken, hetzij door derden in te schakelen. Aan een universiteit is ook een goed en stimulerend studieklimaat van groot belang. Deze gedragscode is dan ook tevens gericht op ongewenst gedrag jegens en tussen studenten in de context van hun studie aan deze universiteit.

Het doel van de gedragscode is om deze uitgangspunten expliciet onder de aandacht brengen van de universitaire gemeenschap in al haar geledingen.

Reikwijdte

Deze gedragscode is van toepassing op alle werknemers en studenten van de universiteit, in hun gedrag jegens:

  • studenten;
  • werknemers van de universiteit;
  • andere personen die in opdracht van de universiteit werkzaam zijn, zoals gastdocenten, stagiairs en uitzendkrachten;
  • (werknemers van) derden die op het universiteitsterrein werkzaamheden verrichten;
  • bezoekers van de universiteit.

Begripsbepaling

Seksuele intimidatie:

Iedere ongewenste seksuele toenadering in de vorm van verzoeken om seksuele gunsten of ander verbaal, non‑verbaal of fysiek gedrag (waaronder het ongevraagd verzenden of bewust voor anderen zichtbaar raadplegen van pornografische afbeeldingen of teksten, o.m. via internet).

Intimidatie:

Gedrag dat tot doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast en dat een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd.

Agressie en geweld:

Het welbewust verbaal uiten of gebruiken van fysieke kracht of macht, dan wel het dreigen daarmee, gericht tegen een medewerker of student .

Discriminatie:

Het in enigerlei vorm doen van uitspraken over, het verrichten van handelingen jegens of het nemen van beslissingen over personen die beledigend zijn voor die personen vanwege hun ras, godsdienst, geslacht, levensovertuiging en/of seksuele geaardheid, dan wel het maken van enig onderscheid op basis van deze factoren.

Pesten:

Het systematisch, herhaaldelijk uitoefenen van psychische mishandeling door een persoon of een groep op een collega of medestudent.

Seksuele intimidatie, agressie en geweld, discriminatie en pesten kunnen op verschillende manieren worden gebruikt:

  • Het onderwerpen aan dit ongewenst gedrag wordt expliciet of impliciet gebruikt als voorwaarde voor de tewerkstelling of de studie van de bejegende persoon;
  • Het onderwerpen aan of afwijzen van dit ongewenst gedrag wordt gebruikt als basis voor beslissingen die het werk of de studie van de bejegende persoon raken;
  • Dit ongewenst gedrag heeft tot doel of als gevolg dat de werk‑ of studieprestaties van de bejegende persoon worden aangetast en/of dat een intimiderende, vijandige of onaangename werk‑ of studieomgeving wordt gecreëerd.

Preventief beleid

De opstelling van deze gedragscode is bedoeld als een vorm van preventief beleid. Preventief beleid inzake (seksuele) intimidatie, agressie en geweld, pesten en discriminatie is onderdeel van het universitaire beleid, dat zich onder meer moet concretiseren in:

  • Het in voldoende mate kenbaar maken van deze code;
  • Het geven van adequate voorlichting over het beleid en de risico’s van ongewenst gedrag binnen de instelling;
  • Het systematisch in kaart brengen van de risico's met betrekking tot ongewenst gedrag in het kader van de Risico‑inventarisatie & Evaluatie (RIE) als bedoeld in de Arbeidsomstandighedenwet;
  • Het wegnemen of verminderen van risico's met betrekking tot ongewenst gedrag;
  • Het houden van toezicht op de naleving van de gedragscode;
  • Scholing van leidinggevenden en docenten binnen de instelling;
  • Voor werknemers: de inbedding van de gedragscode in het beleid betreffende ontwikkelingsgesprekken en beoordelingen.

Vertrouwenspersoon

De universiteit kent een vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon heeft een onafhankelijke positie en geniet daarin bescherming van de zijde van de werkgever. Taken van de vertrouwenspersoon zijn onder meer:

  • Het leveren van een bijdrage aan voorlichting over ongewenst gedrag;
  • Het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling en uitvoering van het preventieve beleid als bedoeld in deze gedragscode;
  • Het zorgen voor een adequate opvang van degene die klachten heeft over het terzijde staan van de klager bij de formele af handeling daarvan;
  • Het verlenen van eventuele nazorg;
  • Het registreren van klachten, mede ten behoeve van het signaleren van knelpunten en het doen van aanbevelingen;
  • Het maken van een jaarverslag.

Klachtenregeling

De universiteit kent een Klachtenregeling Seksuele intimidatie, agressie, geweld en discriminatie (SIAGD). De belangrijkste onderwerpen die deel uitmaken van deze regeling zijn:

  1. Vertrouwelijkheid
    De regeling kent een artikel waarin het vertrouwelijk karakter van de klachtenbehandeling wordt gewaarborgd.
  2. Klachtencommissie
    De regeling kent een artikel waarin de samenstelling van een onafhankelijke, ter zake kundige klachtencommissie wordt vermeld.
    De klachtencommissie adviseert het College van Bestuur over de afdoening van de klachten. Indien het College van Bestuur dat noodzakelijk acht kunnen passende maatregelen worden getroffen, waaronder disciplinaire maatregelen en ontslag.
  3. Klachtentermijn
    De regeling vermeldt de termijn waarbinnen de klacht moet worden ingediend om in behandeling te worden genomen.

De universiteit kent naast de Klachtenregeling SIAGD een Algemene Klachtregeling. Beide klachtenregelingen zijn gepubliceerd op de website van de Rijksuniversiteit Groningen.

Deze gedragscode treedt in werking op 1 februari 2009.

Met de inwerkingtreding van deze gedragscode vervalt de Gedragscode (Seksuele) intimidatie, agressie, geweld en discriminatie RUG 24 juli 2001.

Aldus, na instemming door het Lokaal Overleg en de Universiteitsraad, vastgesteld door het College van Bestuur der Rijksuniversiteit Groningen op 20 januari 2009.

Laatst gewijzigd:13 maart 2020 00:26
View this page in: English