Wetenschap Werkt | Hoe een verdachte tegen de lamp loopt
Wetenschappers werken dag in, dag uit aan oplossingen voor uiteenlopende problemen. Van nieuwe medicijnen tot slimme landbouwtechnieken: ons onderzoek helpt de samenleving vooruit. Maar dat is niet altijd direct zichtbaar. In deze rubriek laten we daarom met verhalen over impactvolle innovaties, producten en ideeën zien dat wetenschap wérkt!
We kunnen mensen vaak, ook als het donker is, herkennen aan hun loopje. Maar: we weten meestal niet waar we dat aan zien. Emeritus hoogleraar NeuroMechanica Bert Otten en Mickey Wiedemeijer, MSc ontwikkelden een methode waarmee zij loopjes kunnen analyseren. Vrij reguliere bewegingswetenschap, toch? Maar niets is minder waar: de methode is zo verfijnd en zo uniek dat ze er misdaden mee oplossen. Op basis van een loopanalyse kon een verdachte van brandstichting in Harlingen worden aangehouden, waarna er meer bewijs gevonden werd. Een bekentenis volgde.

Wat doen ze precies?
Otten en Wiedemeijer vergelijken video-opnamen van een plaats delict met opnames van een verdachte. Ze analyseren het looppatroon van beide videosets en berekenen dan de kans dat het dezelfde persoon is met behulp van Bayesiaanse statistiek. Heel kort: dat is de statistische kans dat ze de loopovereenkomst vinden, aangenomen dat het dezelfde persoon is, gedeeld door de kans op overeenkomst als aangenomen wordt dat het niet dezelfde persoon is. ‘Dat moet je precies zo zeggen, anders ga je voor de bijl in de rechtszaal,’ grinnikt Otten.
Het looppatroon wordt geanalyseerd op basis van 20 verschillende kenmerken, zoals de stand van de knieën en de voeten. Vervolgens vergelijken ze die kenmerken met een grote database gebaseerd op video-opnamen op straat om zo te kijken hoe ‘bijzonder’ een loopje is. Daarbij wordt ook heel specifiek gekeken naar de samenhang van die kenmerken: x-benen komen redelijk vaak voor, en voeten die naar buiten staan ook, maar die twee samen in één looppatroon, dat is zeldzaam. Wanneer een loopje heel bijzonder is, stijgt de kans dat het inderdaad om dezelfde persoon gaat.
Dat gaat met het blote oog: Otten en Wiedemeijer kijken zélf naar de beelden en de kenmerken en scoren die, niet met AI. ‘We wilden het eerst met computer vision doen, maar we kwamen keer op keer tot de conclusie dat het niet werkt,’ vertelt Otten. ‘Mogelijk lukt het ooit, maar op dit moment doen wij, loopexperts, het beter dan computers.’
Dat loopje, kunnen jullie daar iets mee?
Hoe ontstaat zoiets? ‘De politie kwam met de vraag,’ vertelt Wiedemeijer. ‘Ze hadden een verdachte van een overval, en die had een ‘raar loopje’. Of we daar iets mee konden.’ Wiedemeijer was op dat moment bezig met haar master Bewegingswetenschappen en was direct geïntrigeerd. ‘Daar wil ik iets mee!’ Haar masterscriptie vormde daarmee de basis voor de methode waar zij nu mee werken.
Het komt heel nauw
Op basis van deze methode worden mensen opgepakt, veroordeeld of vrijgesproken. Het is uiterst belangrijk dat het resultaat nauwkeurig is én dat het niet overschat wordt. Otten en Wiedemeijer leggen (soms tot in den treure) uit wat het resultaat betekent. ‘Als we een percentage van 99,2% geven, denkt men: “dat moet ‘m zijn!” Maar er is nog steeds een kans dat het niet dezelfde persoon is.’ Daarom hanteren ze nu kansverhoudingen: 'Ik leg dan uit dat er bij een kansverhouding van 4000 nog een paar honderd mensen in de stad óók dat loopje hebben. Dat helpt enorm om het resultaat niet te overschatten, en wordt iemand niet veroordeeld op basis van alleen dat loopje,’ vertelt Otten.
Otten en Wiedemeijer nemen ook hun eigen foutmarge mee in de statistiek, en testen zichzelf uitvoerig. Ook werden ze gecontroleerd door statistiek experts van het Nederlands Forensisch Instituut. ‘Dat schept vertrouwen en daarom hebben we nu zeventig zaken gehad waarin we iets konden betekenen', vult Wiedemeijer aan.
Veel potentie
Wiedemeijer en Otten hebben inmiddels een VOF opgericht en worden nu met grote regelmaat als experts ingevlogen door de recherche, de officier van justitie en advocaten. Bewegingswetenschappen lijkt een prachtige aanvulling te zijn binnen het forensische veld. Officiers van justitie, advocaten en politie weten het tweetal daarom regelmatig te vinden, ook voor andere bewegingsanalyses, zoals het herkennen van fietsende mensen, wapenoverdrachten en valpartijen. ‘Ik heb 30 jaar gewerkt aan kennis, waarvan ik niet wist hoe goed die te gebruiken was voor forensisch werk,’ zegt Otten. ‘Er zit veel potentie in, eigenlijk zou forensische bewegingswetenschap een afstudeerrichting kunnen zijn!’
Meer informatie
Laatst gewijzigd: | 13 februari 2025 14:27 |
Meer nieuws
-
16 december 2024
Jouke de Vries: ‘De universiteit zal wendbaar moeten zijn’
Aan het einde van 2024 blikt collegevoorzitter Jouke de Vries terug op het afgelopen jaar. Daarbij gaat hij in op zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en kijkt hij vooruit naar de toekomst van de universiteit in financieel moeilijke tijden.
-
10 juni 2024
Om een wolkenkrabber heen zwermen
In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...