CvB in gesprek met studenten en medewerkers over Israel-Gaza conflict

Dagelijks stromen de vreselijke beelden over het Israel-Gaza conflict bij ons allen binnen. Met afschuw nemen we kennis van de onmenselijke situatie aldaar. We maken ons grote zorgen over het welzijn van de mensen daar, maar ook over de invloed die het conflict heeft op onze RUG-gemeenschap.

In uitingen via diverse media worden termen over het conflict als antisemitisme en islamofobie gehanteerd en bediscussieerd. Het uitgangspunt voor de RUG is en blijft dat iedereen binnen de muren van de RUG met een veilig gevoel moet kunnen studeren en werken en dat niemand wordt uitgesloten. Iedereen heeft het recht op vrijheid van meningsuiting en academische vrijheid. Anderzijds moet een universiteit optreden wanneer door medewerkers of studenten aangezet wordt tot haat of onverdraagzaamheid.

We ontvangen niet alleen vragen maar ook petities/brieven waarin eisen aan onze universiteit worden gesteld over hoe om te gaan met het conflict. We nemen de vragen en reacties uiterst serieus en doen ons best om daar binnen onze mogelijkheden zo goed mogelijk gehoor aan te geven. Daarbij vinden we het belangrijk om met respect voor elkaar te blijven communiceren.

Op de faculteiten, maar ook daarbuiten, worden individuele gesprekken gevoerd en bijeenkomsten gehouden over het conflict. Door studenten en medewerkers te betrekken bij mensen met verschillende achtergronden en standpunten kunnen we een belangrijke rol spelen in het tegengaan van polarisatie.

De afgelopen maanden heeft het CvB goede, open gesprekken gevoerd met studenten en medewerkers van onder andere IJAR Nederland (Joodse studentenvereniging) en RUG Students for Palestine over het Israël-Gaza conflict. Tijdens de gesprekken zijn er op een begripvolle en respectvolle manier standpunten, gevoelens en meningen met elkaar gedeeld. Ook was er ruimte om met elkaar te verkennen hoe we als RUG-gemeenschap met het conflict en de gevolgen daarvan om kunnen gaan. We hebben afgesproken een open dialoog met elkaar te blijven voeren om samen de zorgen die leven bij onze studenten en medewerkers zoveel mogelijk weg te kunnen nemen. Er is afgesproken een vervolgafspraak te maken waarin onder andere onderstaande punten verder besproken worden. In deze punten wordt ook ingegaan op de vragen die gesteld zijn in de brief van Scholars for Palestine.

• De RUG blijft bij het statement dat eerder gepubliceerd is, maar staat ervoor open te onderzoeken of het uitgebreid kan worden.
• Het is goede praktijk in onderzoek en onderwijs om samenwerkingen te beoordelen in het licht van de waarden van de instelling, en eventueel te heroverwegen. De huidige samenwerkingen met Israëlische en Palestijnse partijen zullen onderzocht worden in samenwerking met het Adviesteam kennisveiligheid.
• De RUG stemt in met het faciliteren en toestaan van meer duidingsbijeenkomsten over het conflict. Deze moeten echter worden georganiseerd volgens de procedures van de universiteit. Het is belangrijk is dat het veilig is voor iedereen om deel te nemen. Een goed voorbeeld hiervan is het evenement van Studium Generale op 14 december jl. waar het conflict nader is toegelicht. Wij werken aan een vervolg.
• Wanneer werk of studie van studenten of medewerkers wordt beïnvloed door de effecten van het conflict, wil de RUG hen daar zo veel mogelijk bijstaan. De RUG onderzoekt hoe de veiligheids- en ondersteuningsmaatregelen beter onder de aandacht kunnen worden gebracht.

De RUG wil studenten en medewerkers bijstaan in een tijd waarin je misschien verdriet ervaart en het moeilijk voor je is om hiermee om te gaan. Heb je bijvoorbeeld behoefte aan een gesprek over je mentale welbevinden en het effect dat dit heeft op je studie of werk? Er zijn verschillende ondersteuningsmogelijkheden voor studenten en medewerkers.

Het College van Bestuur:

Jouke de Vries
Jacquelien Scherpen
Hans Biemans