Bi+ in Nederland: Onderbelicht en veel vooroordelen

De Rijksuniversiteit Groningen en Rutgers hebben onderzoek gedaan onder bijna 3.000 bi+ mensen van 16 t/m 55 jaar oud. Dat gebeurde in opdracht van emancipatie-organisatie Bi+ Nederland. Het is voor het eerst dat er op deze schaal onderzoek naar deze groep verricht is. De onderzoeksresultaten laten zien dat deze veelal onzichtbare groep met diverse vooroordelen te kampen heeft.

Onderbelichte groep

De term bi+ verwijst naar mensen die zich aangetrokken voelen tot meer dan één gender, (seksuele) relaties hebben met meer dan één gender, voor wie gender geen rol speelt, of mensen die zichzelf biseksueel, panseksueel, heteroflex, bi+ of queer noemen. “We weten nog heel weinig over bi+ en dat is gek, want het lijkt om een grote groep te gaan,” aldus Laura Baams, onderzoeker aan de RUG. Omdat de meeste mensen in termen van homo of hetero denken, blijft bi+ vaak onzichtbaar. Desondanks ervaren bi+ mensen vooroordelen, buitensluiting en afwijzing. “Ons onderzoek laat voor het eerst zien wat de ervaringen met de monoseksuele norm zijn. De bevindingen suggereren dat een overmatig gebruik van labels en hokjes voor bi+ mensen beperkend kan voelen.”

Discriminatie

Het onderzoek laat zien dat de helft van de bi+ deelnemers in het onderzoek regelmatig wordt lastiggevallen met vervelende grappen. Ongeveer 17% wordt regelmatig uitgescholden of nageroepen vanwege de seksuele oriëntatie. “Dit maakt wellicht dat het voor bi+ mensen niet altijd makkelijk is om hun seksuele oriëntatie te delen” aldus Hanneke de Graaf, onderzoeker bij Rutgers. Uit het onderzoek blijkt dat bi+ mensen hun seksuele oriëntatie wel veel delen met vrienden, maar veel minder met familie of op het werk. Voor bi+ mannen blijkt het extra moeilijk om erover te praten.

Vooroordelen

Bijna de helft van de bi+ deelnemers maakt het mee dat mensen denken dat hun seksuele oriëntatie tijdelijk is. Een derde van de bi+ mensen uit het onderzoek maakt regelmatig mee dat mensen denken dat zij ontrouw zijn. Terwijl de meerderheid (64%) van de bi+ mensen met een relatie monogaam is. “Pijnlijke ervaringen, waarvan het niet ondenkbaar is dat deze het beeld van jezelf en je welzijn op een negatieve manier beïnvloeden” aldus Baams. “Dit zien we ook terugkomen in onze bevindingen.” Hoe meer bi+ mensen geconfronteerd worden met stigma en vooroordelen, des te meer hebben zij last hebben van depressieve en angstklachten. Stigma vergroot ook de kans dat iemand in de afgelopen zes maanden een zware drinker was of in het afgelopen jaar drugs gebruikte.

Meer aandacht

Ondanks de groeiende aandacht voor positie, welzijn en rechten van lhbti+ personen in Nederland, blijft de bi+ groep onderbelicht. Baams: “Bi+ mensen vallen in onze maatschappij vaak niet zo op. Maar dit onderzoek maakt duidelijk dat zij slecht begrepen worden, regelmatig worden geconfronteerd met vooroordelen, en dat dit een negatieve impact op hun welzijn heeft. Door de ervaringen van bi+ mensen serieuzer te nemen, vergroten we het begrip voor deze groep. Daarnaast kunnen we beleid en wetgeving inclusiever maken door oog te hebben voor de verschillende behoeften binnen de lhbti+ gemeenschap als het gaat om verschillende relatie- of gezinsvormen en de aanpak van discriminatie.”

Contact

Laura Baams (RUG-onderzoeker) of Gerrit Jan Wielinga (contactpersoon Bi+ Nederland)