Promotie dhr. C.J. Kuiken: Het Bildt is geen eiland. Capita cultuurgeschiedenis van een vroegmoderne polder in Friesland
Wanneer: | do 03-10-2013 om 15:00 |
Promotie: dhr. C.J. Kuiken, 15.00 uur, Martinikerk Franeker
Proefschrift: Het Bildt is geen eiland. Capita cultuurgeschiedenis van een vroegmoderne polder in Friesland
Promotor(s): prof.dr. M.G.J. Duijvendak
Faculteit: Letteren
Cultuurgeschiedenis van Het Bildt
Anders dan de plaatselijke overlevering wil is Het Bildt niet in 1505 bevolkt door een invasie van dijkwerkers. De ‘ontfriesing’ van eigennamen na 1506 in Het Bildt wijst in de richting van geleidelijke kettingmigratie. Dat concludeert promovendus Kees Kuiken op basis van onderzoek voor zijn promotie in de voormalige universiteitsstad Franeker. Juist door de oude banden van veel Bildtse boeren met het gewest Holland speelde Het Bildt in de zestiende en zeventiende eeuw een herkenbare rol in de (stedelijke) handelsnetwerken aan weerszijden van de Zuiderzee.
De in 1505 bedijkte Friese polder Het Bildt is in de zestiende eeuw bevolkt door boeren van buiten, voornamelijk uit (Zuid-)Holland. In de Friese geschiedschrijving heet het een ‘Hollandse enclave’: ‘Hollands’ in talig opzicht, want de polder was en is overwegend niet-Friestalig. Kees Kuiken hanteert in zijn proefschrift een ander perspectief: de netwerken van handels- en familiebetrekkingen die deze migranten jarenlang tot ver buiten Friesland onderhielden en hun wisselwerking met de Friese samenleving in de loop der eeuwen.
Kuiken heeft ook sociaal-economische en politieke omstandigheden onderzocht, maar dit proefschrift is vooral een brede cultuurgeschiedenis. Vanwege de beschikbare bronnen ligt de nadruk op de culturen van wisselende elites in en buiten Het Bildt: de gemengde elitecultuur van het zestiende-eeuwse ‘boerenpatriciaat’, de aristocratische cultuur van de jaren 1650-1750 (tot nu toe een nogal ‘magere eeuw’ in de Friese geschiedschrijving) en de ‘liberale’, ‘burgerlijke’ of ‘moderne’ cultuur in de negentiende en twintigste eeuw. Omstreeks 1745 is de brede Bildtse bevolking voor het eerst demografisch in beeld gebracht. Hun mobiliteit in de voorafgaande eeuw is onderzocht, evenals de oorzaak van het bijzonder hoge aantal Bildtse ‘bedeelden’ in 1744. Mobiliteit en migratie vormen een rode draad in deze vijf eeuwen Bildtse cultuurgeschiedenis. Een tweede rode draad is de ontwikkeling van de memoriecultuur door de eeuwen heen. Bij iedere wisseling van elites veranderde de memoriecultuur mee. In de vroegmoderne tijd werd deze cultuur sterk bepaald door familie- en standsbesef. In de ‘democratische’ (late) twintigste eeuw is vooral de cultuur van het ‘Bildts aigene’ gegroeid.
Kees Kuiken verrichtte zijn onderzoek bij de vakgroep Economische en Sociale Geschiedenis van de Faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen en het Nederlands Agronomisch Historisch Instituut. Kuiken werkt als zelfstandig onderzoeker. Dit is de tweede keer dat hij promoveert: eerder promoveerde hij aan de Faculteit Theologie van de RUG.