Uitstoot broeikasgassen is objectief meetbaar
Hoewel er wereldwijd miljarden in de emissiehandel omgaan, heeft nog geen enkel land haar emissieschattingen objectief nagemeten. Uit het onderzoek van Sander van der Laan en Ingrid van der Laan-Luijkx blijkt dat het wel degelijk mogelijk is om bestaande schattingen van broeikasgassen objectief te toetsen. Zo kan bijvoorbeeld de uitstoot van broeikasgassen in een gebied zo groot als Nederland met één meetstation worden vastgesteld. Deze en andere conclusies staan beschreven in de proefschriften waarop het echtpaar Van der Laan-Luijkx op 22 oktober 2010 promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Onlangs kocht Nederland het recht om drie miljoen ton CO2 uit te stoten van Letland. Kosten hiervan bedroegen ruim veertig miljoen euro. Wereldwijd gaan er enorme bedragen om in de emissiehandel. De landen die het Kyoto-protocol hebben ondertekend, spraken af hun emissies op een onafhankelijke manier te toetsen.
In principe zijn daar metingen in de atmosfeer voor nodig. In de praktijk komt het er echter op neer dat een onafhankelijke instantie de emissies van een land herberekent op basis van dezelfde gegevens die de overheid gebruikt. De gehanteerde methodes bevatten bovendien vele onzekerheden; de uitkomsten verschillen onderling soms tot wel veertig procent.
Uitstoot objectief toetsen
Uit onderzoek van Sander van der Laan blijkt dat het mogelijk is om de bestaande berekeningen objectief en nauwkeurig te toetsen door middel van metingen in de atmosfeer. Voor een gebied zo groot als Nederland volstaat in principe één meetstation. Met vier á vijf meetstations is het resultaat optimaal nauwkeurig. Van der Laan beschrijft in zijn proefschrift metingen die werden verricht op het RUG-meetstation Lutjewad, op de Waddenzeedijk bij Hornhuizen.
Fraude uitbannen
Van der Laan concludeert dat de daadwerkelijke uitstoot van de belangrijkste broeikasgassen CO2, CH4 (methaan) en N2O (lachgas) in Nederland overeenkomt met de door de overheid gerapporteerde waarden. Nederland is een van ’s werelds grootste uitstoters van broeikasgassen en komt daar eerlijk voor uit. Van der Laan: ‘Kennelijk is de rapportage in Nederland goed geregeld en leveren onder meer landbouw en industrie betrouwbare gegevens over hun uitstoot. Maar zeker in ontwikkelingslanden is de kans op fraude groot. Objectieve metingen zijn daarom zeer noodzakelijk.’
Eenvoudig inzetbaar
De door Van der Laan beschreven meetmethode is eenvoudig toepasbaar en zou wereldwijd op grote schaal kunnen worden ingezet. Van der Laan: ‘De meetapparatuur moet enige tijd op dezelfde plek staan om betrouwbare gegevens te genereren. Maar na drie of vier jaar kan de apparatuur verplaatst worden om elders ter wereld berekeningen te valideren.’ Wereldwijd bestaat al een groot netwerk aan meetstations die zouden kunnen worden uitgebreid, maar ook bijvoorbeeld telefoonmasten kunnen de apparatuur herbergen.
CO2-opname door oceanen
Ingrid van der Laan-Luijkx verrichtte metingen van CO2 en zuurstof vanaf de F3, een booreiland in de Noordzee. Doel was onder meer de opname van CO2 door de oceanen wereldwijd in kaart te brengen. Van der Laan-Luijkx: ‘CO2-metingen worden voornamelijk verricht aan de lucht boven land. Over de rol van oceanen in de koolstofkringloop bestaat nog altijd onduidelijkheid. Onder meer omdat het lastig is te meten en omdat er nooit een praktische aanleiding was voor onderzoek. Dit, terwijl nauwkeurig inzicht in de rol van oceanen van belang is: zij nemen meer dan de helft van de uitgestoten CO2 op en zijn dus cruciaal voor de koolstofkringloop.’
Verbetering klimaatmodellen
Uit het onderzoek van Van der Laan-Luijkx blijkt dat de oceanen wereldwijd 1.8 Pg koolstof per jaar opnemen. Ook stelde de onderzoekster vast dat de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer het afgelopen decennium met 2 ppm per jaar steeg. Hiermee bekrachtigt het onderzoek uitkomsten van eerdere internationale studies en vult deze aan. Van der Laan-Luijkx: ‘De conclusies die ik trek ten aanzien van onder meer seizoensvariaties in uitstoot en opname van CO2, leveren extra input aan klimaatmodellen. Door onderzoek als dit krijgen we nader inzicht in het proces van klimaatverandering.’
Curriculum vitae
Sander van der Laan (Dokkum, 1978) en Ingrid van der Laan-Luijkx (Eindhoven, 1979) leerden elkaar kennen tijdens hun studie Energie- en Milieuwetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Delen van hun promotieonderzoek verrichtten ze samen. Hun proefschriften zijn respectievelijk getiteld: Validation of the greenhouse gas balance of the Netherlands en Atmospheric oxygen and the global carbon cycle. Ze promoveren elk afzonderlijk tot doctor in de wiskunde en natuurwetenschappen. Hun promotores zijn prof.dr. H.A.J. (Harro) Meijer en prof.dr.ir. H.J.W. (Hein) de Baar. Inmiddels werken zij in een duobaan als onderzoekers aan de universiteit van Bern, Zwitserland.
Noot voor de pers
Voor meer informatie: Ingrid van der Laan-Luijkx i.t.luijkx rug.nl; Sander van der Laan s.van.der.laan rug.nl, of, bij geen gehoor, prof. Harro Meijer 050-363 4739
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:57 |
Meer nieuws
-
20 december 2024
NWO M1-subsidie voor drie FSE-onderzoekers
Dr. Antonija Grubišić-Čabo, dr. Robbert Havekes en prof. dr. ir. Jan Komdeur ontvangen een NWO M1-subsidie.
-
19 december 2024
NWO ENW-XL-miljoenenbeurzen voor onderzoeksprojecten RUG
Vier onderzoekers van de Faculty of Science and Engineering (RUG) ontvangen NWO beurzen van 3 miljoen euro voor hun onderzoeksprojecten.
-
19 december 2024
Jacquelien Scherpen geëerd met Hendrik W. Bode Lecture Prize 2025
Vanwege haar verdiensten voor de wetenschappelijke ontwikkelingen van regelsystemen en -techniek heeft Rector Magnificus Jacquelien Scherpen de 2025 Hendrik W. Bode Lecture prijs ontvangen van de IEEE Control Systems Society (CSS).