Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

The fate of phosphate in diabetes

Phosphate, fibroblast growth factor 23 and vascular calcification in diabetes
Promotie:Mw. A. (Amarens) van der Vaart
Wanneer:13 december 2023
Aanvang:14:30
Promotors:prof. dr. M.H. (Martin) de Borst, prof. dr. S.J.L. (Stephan) Bakker
Copromotor:P.R. van Dijk
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
The fate of phosphate in diabetes

Het lot van fosfaat bij diabetes

Dit proefschrift van Amarens van der Vaart onderzoekt de wisselwerking tussen fosfaat- en glucoseregulatie en de impact van deze wisselwerking op het risico op hart- en vaatziekten in mensen met diabetes. Fosfaat lijkt een belangrijke rol te spelen in de ontwikkeling van hart- en vaatziekten. 

Uit dit proefschrift blijkt dat er een sterke wisselwerking bestaat tussen fosfaat- en glucoseregulatie. Bij diabetische ketoacidose (DKA), een zeer ernstige uiting van diabetes waarbij de bloedsuikerspiegels excessief zijn, treden aanzienlijke schommelingen op in fosfaatniveaus. Ook bij gezonde mensen treden na de inname van glucose veranderingen in fosfaatspiegels en het belangrijkste fosfaat-regulerende hormoon FGF23. Andersom hebben verhoogde niveaus van FGF23 ook een verband met het risico op type 2 diabetes. 

Vervolgens heeft van der Vaart studies gedaan naar de rol van fosfaat in het risico op hart- en vaatziekten in type 2 diabetes. Bij mensen met type 2 diabetes worden verhoogde fosfaatniveaus sterker gerelateerd aan een verhoogd sterfterisico vergelijken met mensen zonder diabetes. Fosfaat is dan ook een sterke speller in het ontstaan van vaatwandverkalking, en glucose versterkt dit effect mogelijk nog meer. Een snellere "T50-tijd", wat indicatief is voor het ontwikkelen van vaatverkalking in de toekomst, wordt in verband gebracht met de mate van glucoseregulatie in type 2 diabetes (gemeten als HbA1c).

Deze T50-tijd is voorspellend voor overlijden door hart- en vaatziekten bij deze patiënten. De vraag is hoe we de fosfaatniveaus dan ook omlaag kunnen brengen. Het laatste hoofdstuk vertelt dat een hoge zuivelinname, rijk aan fosfaat, in elk geval niet resulteert in een toename van de fosfaatspiegels.