“Marked for life” - the impact of adverse childhood experiences in later life
Promotie: | M.M. Dimitriadis |
Wanneer: | 27 januari 2025 |
Aanvang: | 09:00 |
Promotor: | prof. dr. R.C. (Richard) Oude Voshaar |
Copromotors: | dr. H.W. Jeuring, dr. R.M. Marijnissen |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
“Getekend voor het leven” - de impact van negatieve ervaringen uit de kindertijd op latere leeftijd
De neurotrofe hypothese van depressie stelt dat verlaagde niveaus van neurotrofe factoren, met name hersenafgeleide neurotrofe factor (BDNF), bijdragen aan structurele en functionele hersenveranderingen die depressie kenmerken. Behandelingen zoals antidepressiva en psychotherapie kunnen BDNF-niveaus herstellen. In de eerste studie bleek dat hogere BDNF-niveaus remissie van depressie voorspelden bij specifieke subgroepen, afhankelijk van kindertijdtrauma en SSRI-gebruik. Trauma leek de responsiviteit van het neurotrofe systeem op SSRI’s te verminderen, wat belangrijker leek dan de absolute BDNF-niveaus.
Verder toonde het onderzoek van Dimitriadis Menelaos aan dat depressie bij ouderen gepaard gaat met versnelde biologische veroudering, gemeten via een Frailty Index (FI). Hoewel depressieve symptomen en kwetsbaarheid overlappen, blijven depressieve ouderen kwetsbaarder in de tijd. In een andere studie (LASA) bleek dat adverse childhood experiences (ACE) bijdragen aan een verhoogde kwetsbaarheid bij ouderen, vooral bij 70-plussers. Dit effect blijft decennia na traumatische gebeurtenissen zichtbaar.
Hoofdstukken 5 en 6 onderzochten de relatie tussen ACE en sarcopenie. In een cross-sectionele studie (CLSA) werd bij de oudste ouderen (75+) een onverwachte associatie gevonden, mogelijk door overlevingsbias. Longitudinale analyses lieten echter zien dat ACE, vooral bij depressieve individuen, fysieke achteruitgang en sarcopenie bevorderen. Deze bevindingen onderstrepen de invloed van psychologische factoren, zoals depressie, op de lange-termijneffecten van ACE op fysieke gezondheid.
Concluderend benadrukken de studies dat vroege levensgebeurtenissen, via psychologische en biologische routes, blijvende effecten hebben op zowel mentale als fysieke gezondheid op latere leeftijd.