Secure or at risk?
| Promotie: | Mw. L. (Lin) Rouvroije |
| Wanneer: | 15 april 2024 |
| Aanvang: | 12:45 |
| Promotors: | prof. dr. C.J.I.M. (Kène) Henkens, prof. dr. J.J. Schippers, prof. dr. H. van Dalen |
| Waar: | Academiegebouw RUG |
| Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
Veilig of in gevaar?
In verschillende Westerse landen is het aandeel flexwerk de afgelopen decennia sterk gegroeid. Flexibele arbeidscontracten komen het vaakst voor onder werkenden jonger dan 35 jaar. Dit proefschrift behandelt de vraag: hoe bezien jongvolwassenen en werkgevers het verband tussen flexwerk en de overgang naar volwassenheid en hoe denken beide partijen over negatieve gevolgen van flexwerk? Analyses zijn gebaseerd op nieuwe, in Nederland verzamelde gegevens uit kwalitatieve interviews, vragenlijsten en een beoordelingsstudie.
Uit het onderzoek van Lin Rouvroije blijkt dat werkgevers en jongvolwassenen flexwerk ieder vanuit een eigen invalshoek bekijken. Deze perspectieven sluiten nauwelijks op elkaar aan. Werkgevers zijn overwegend positief over het gebruik van flexibele arbeidscontracten, omdat dit volgens hen de bedrijfsvoering verbetert. In de praktijk kan de ene strategie achter het gebruik van flexwerk een andere strategie echter tegenwerken. Werkgevers rapporteren bovendien nadelige gevolgen van flexwerk. Personeelsbeheer gaat bijvoorbeeld moeizamer en het welzijn van werknemers is lager. Toch zien werkgevers weinig aanleiding om flexwerk terug te dringen.
Jongvolwassenen tonen duidelijk afkeer van flexibele arbeidscontracten, vooral wanneer deze weinig baan- of inkomenszekerheid bieden. De manier waarop jongvolwassenen flexibele arbeidscontracten beoordelen hangt af van belangrijke levensgebeurtenissen, zoals op jezelf gaan wonen of het vinden van een partner. Daarnaast maken jongvolwassenen met een flexibel arbeidscontract zich meer zorgen over hoe hun leven er in de toekomst zal uitzien dan jongvolwassen met een vast contract.
Op basis van dit promotieonderzoek kan worden geconcludeerd dat flexwerk onder jongvolwassenen het opbouwen van een eigen leven in de weg zit. Het is niet waarschijnlijk dat het initiatief tot het aanpakken van dit maatschappelijke probleem van werkgevers zal komen.