Oratie dhr. prof.dr. R.A. de Boer: Hartfalen: Lost in Translation?
Wanneer: | di 27-05-2014 om 16:15 |
Waar: | Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen |
Oratie: dhr. prof.dr. R.A. de Boer
Titel: Hartfalen: Lost in Translation?
Leeropdracht: Translationele cardiologie
Faculteit: Medische Wetenschappen
Hartfalen: Lost in Translation?
Prof.dr. Rudolf de Boer gaat in zijn oratie in op de translationele cardiologie: het overgangsgebied tussen basaal en toegepast onderzoek binnen de cardiologie. Als cardioloog behandelt De Boer voornamelijk patiënten met hartfalen. Dat is een veelvoorkomende aandoening met een slechte levensverwachting, ondanks het feit dat de behandelmogelijkheden van hartfalen de afgelopen halve eeuw verbeterd zijn. De laatste tien jaar is echter sprake van een kentering; het lijkt het steeds moeilijker om de levensverwachting te verbeteren. De uitkomsten van recente grote geneesmiddelenonderzoeken met duizenden patiënten waren vaak neutraal, of zelfs negatief.
Om te komen tot verdere verbetering van de levensverwachting is het noodzakelijk de huidige systematiek van het onderzoek te herijken, stelt De Boer. Lange tijd dacht men dat hartfalen één ziekte is, maar in werkelijkheid is het een heterogene aandoening met diverse oorzaken, zoals een hartinfarct, hoge bloeddruk of suikerziekte. Er bestaan dus duidelijk verschillen tussen patiënten. Met nieuwe (bio)markers kunnen we die verschillen ook steeds beter aantonen, maar specifieke behandelmethodes zijn er nog niet. Observaties gedaan in epidemiologische studies of patiënten cohorten worden vaak niet of onvolledig geanalyseerd en gepubliceerd. Daardoor kan basaal moleculair onderzoek te weinig steunen op het volledige ziekte beeld.
Daarnaast worden bevindingen vanuit het basale onderzoek, die leiden tot inzichten in moleculaire processen in de hartspier, ook slechts mondjesmaat vertaald naar nieuwe medicijnen. Zo worden in het basale onderzoek soms ziektemodellen gebruikt die geen directe of geen goede afspiegeling zijn van humane ziekte. Tevens worden de bevindingen vanuit basaal onderzoek vaak slecht vertaald naar een klinische setting, waar behandeling pas start nadat patiënten vaak al jaren hebben geleden aan onderliggende oorzaken voordat het ziektebeeld zichtbaar wordt.
De onderzoeksgroep van de Boer richt zich op het scheidsvlak van fundamenteel en toegepast onderzoek. De Boer: ‘Ons basale onderzoek richt zich op de nieuwste medicijnen en biomarkers, die tegelijkertijd in klinisch onderzoek worden onderzocht. Op die manier kunnen we snel schakelen tussen het laboratorium en klinische patiëntenzorg. Onze infrastructuur is hierin uniek en collegae uit het binnen- en buitenland zijn altijd verbaasd en enthousiast als ze horen hoe wij het hebben geregeld.’